VzVee - Les 5 BBL - ziekteverwekkers - start koesignalen

VzVee - Les 5 BBL - ziekteverwekkers - start koesignalen
1 / 28
next
Slide 1: Slide
MelkveehouderijMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

VzVee - Les 5 BBL - ziekteverwekkers - start koesignalen

Slide 1 - Slide

Verzorgen van Vee
Leerjaar 1
Docent: Marloes de Rooij
Herhalen - Ziekteverwekkers

Slide 2 - Slide

Deze les
Herhalen vorige les

Nieuwe stof: 
Ziekteverwekkers 

BPV opdracht --> Had ingeleverd moeten zijn!

Slide 3 - Slide

Opdracht
Bestaat uit twee delen: 
1e deel -->
Iedereen krijgt een nummer 1, 2, 3, 4 of 5
Individueel aan de slag 15 minuten
Jij zoekt wat uit --> Wordt expert hierover!
2e deel --> In groepjes van 5 --> jij gaat vertellen aan jouw groepje wat je weet --> je maakt de andere expert!

Slide 4 - Slide

Opdracht
Jij wordt expert over: 
1: Bacteriën
2: Virussen
3: Parasieten (incl protozoën!)
4: Schimmels en gisten
5: Prionen
Jij weet straks de anderen te vertellen over: 
- Wat is het? 
- Hoe werkt het? (hoe komt het binnen, hoe vermenigvuldigd het? Hoe maakt het ziek?
- Hoe behandel je het? 
- Welke voorbeelden kun je noemen bij koeien? 
- Kan het een zoönose zijn? en zo ja, welke? 
- Hoe behandel je het als een koe het heeft?
- Hoe kan je voorkomen dat een koe het krijgt? 

Slide 5 - Slide

Aan de slag
Iedereen krijgt een nummer

15 minuten alleen --> expert voorbereiden onderwerp

Daarna met 5 personen --> vertel wat je van het onderwerp weet, zodat je groepsgenoten het ook kunnen vertellen!

Slide 6 - Slide

Bacterie
  • Eencellig --> vermenigvuldiging door deling --> kan snel gaan
  • Ook veel essentiële bacteriën --> denk maar aan pensbacteriën
  • Komt binnen via: huid, slijmvliezen, oraal, iedere toegangspoort
  • Gaat in cellen of organen zitten --> brengt schade aan --> infectie --> indien het de witte bloedcellen niet lukt dit aan te pakken --> ontsteking
  • Behandeling met antibiotica indien nodig
  • Voorkomen: door hygiënisch te werken, niet aankopen, eventueel vaccineren (mastitis)
  • Voorbeelden: Salmonella (Z), paratuberculose, leptospirose (Z), E.coli (Z)

Slide 7 - Slide

Virus
  • Klein deeltje erfelijk materiaal met eiwitomhulsel
  •  Vermeerderen in cellen --> past cellen aan zodat zij viruseiwitten gaan vormen --> cel gaat kapot, virus komt vrij en gaat naar volgend cel --> celschade
  • Komt binnen via slijmvliezen, huid, oraal enz.
  • Alleen ondersteunende behandelingen mogelijk, geen virusremmers bij koeien
  • Voorkomen: algemene hygiëne maatregelen, gescheiden groepen, geen aankoop, vaccinatie mogelijk
  • Voorbeelden: IBR, BVD, Pinkengriep, MKZ
  • Zoönose: volgens mij niet van belang --> wel bv rabiës (hondsdolheid)

Slide 8 - Slide

Parasieten
  • Klein 'beestje' dat alleen kan overleven in (endo) of op (exo) een gastheer 
  • Endoparasieten --> leven in de gastheer, overleven door eten op te eten of bv bloed te drinken, trekken door het lichaam heen om op de juiste plek te komen --> maken schade aan cellen of onttrekken te veel bloed/eten --> bv maagdarm wormen, leverbot, longworm --> komen oraal binnen
  • Exoparasieten --> voeden zich met dode huidcellen of bijten door de huid heen naar bloed --> bv mijten
  • Behandeling: anti-parasitair middel --> ontworming bv
  • Voorkomen: afhankelijk van parasiet, vaccineren tegen longworm, eventueel preventief behandelen
  • Zoönose: leverbot, cryptosporidium
  • Protozo --> ééncellig parasiet --> bv coccidiose, cryptosporidium

Slide 9 - Slide

Schimmels/gisten
  • Schimmels: Meercellig
  • Gisten: Eéncellig 
  • Verspreiden via sporen
  • Leven op of in de gastheer van organisch materiaal van de gastheer
  • Overgebracht via de lucht, direct contact --> dus huid, slijmvliezen, alle openingen
  • Behandeling: anti-schimmelmiddel --> bv neocidol
  • Preventie: Hygiëne, vaccineren tegen ringworm
  • Voorbeelden: Ringworm/ringschurft (Z)

Slide 10 - Slide

Prion
  • Verkeerd gevouwen eiwit in hersenen van dieren --> werd vroeger verwerkt tot diermeel --> dieren aten diermeel --> verkeerd gevouwen eiwitten via bloed naar hersenen --> Daar aanzetten tot nog meer verkeerd gevouwen eiwitten --> leidt tot echt gaten in de hersenen door schade 
  • voorbeeld: gekke koeien ziekte BSE (en Scrapie bij schapen)
  •  Is mogelijk een zoönose (gelinkt aan Creutzfeldt-Jakob)
  • Behandeling niet mogelijk!
  • Geen diermeel voeren (mag ook niet meer)
  • Soms spontane BSE!

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Waarom is het belangrijk?
Door te weten welke ziekteverwekkers er zijn, weet je ook dat ze allemaal hun eigen manier van besmetting, behandeling en preventie hebben! 

Dat is voor jou als veehouder van belang, dan weet je wat je er mee moet doen! 

Slide 13 - Slide

Wat is het verschil tussen een infectie en een ontsteking?

Slide 14 - Open question

Welke kenmerken heeft een ontsteking?

Slide 15 - Open question

Infectie en ontsteking
Infectie --> binnendringen van een ziekteverwekker in het lichaam
Ontsteking --> reactie van het lichaam op de binnengedrongen ziekteverwekker

Ontstekingskenmerken --> Pijn, zwelling, roodheid, warmte en gestoorde functie

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Sleep de juiste normaalwaarde naar de de bovenstaande onderdelen.
Temperatuur koe
Ademhaling koe
Pols koe
10-30x (20-40x)
38,0-39,0
50-80x
8-18x
38,5-40,5
108-300x

Slide 18 - Drag question

Bouw en werking
Afgesloten! 

Heeft iemand nog vragen? 

Slide 19 - Slide

Nieuwe lessenreeks:
KOESIGNALEN!

Slide 20 - Slide

Koesignalen - opdracht
Tweetallen
10 minuten
Nodig: pen en paier

Schrijf op je papier het antwoord op de volgende vragen: 
- Wat zijn koesignalen? 
- Geef minimaal 10 voorbeelden van koesignalen

Slide 21 - Slide

Koesignalen 
Signalen die de koe uitzendt, waarmee 
zij zo veel informatie geeft over 
haar gezondheid, welzijn, 
voeding en productie

De koe communiceert dmv
koesignalen met ons!
Wel koesignaal
Geen koesignaal
Vlokjes in melk
melk
Dikke kroonrand
Klauwen
Weinig pensvulling
Pens
Warme oren
Oren
Natte neus
Neus
Glanzende vacht
Vacht

Slide 22 - Slide

Koesignalen 
Waarom krijg je hier les over? 

Wat hoort er allemaal bij koesignalen?

Slide 23 - Slide

Koesignalen - wat hoort er bij?

Slide 24 - Mind map

Koesignalen - wat hoort er bij
  • Gedrag van koeien --> waar komt het gedrag vandaan? 
  • Zintuigen leren kennen
  • Hoe gaat een koe om met stress? 
  • Wat zie je aan een koe?
  • Hoe interpreteer je dat? 
  • Bewust kijken naar koeien
  • Scores uitvoeren aan koeien (pensscore e.d.)

Slide 25 - Slide

Koesignalen - BPV opdrachten
Twee BPV opdrachten! 

1 = VLOGje maken van 5 koesignalen --> appen naar 0612185447 voor 23 januari
2 = conditiescore/pensscore uitvoeren --> krijgen jullie later uitleg over

Slide 26 - Slide

Koesignalen - VLOG
VLOG maken!

- Je bent zelf eerst even in beeld --> Jezelf voorstellen + introductie over het bedrijf
- 5 koesignalen bij 5 verschillende koeien --> hoe moeilijker (minder voor de hand liggend) = hogere beoordeling
- Benoem of het normaal/gewenst is, of afwijkend, wat kan je er aan doen?
- Conclusie over de belangrijkste koesignalen + afsluiting filmpje

Inleveren: uiterlijk 23 januari --> app mij maar: 06-12185447

Slide 27 - Slide

Vragen tot dusver?

Slide 28 - Slide