10 mei - Argumentatiestructuren - 4Vnetl2

Welkom terug!
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom terug!

Slide 1 - Slide

Weekplanning
Vandaag en morgen: argumentatiestructuren
Woensdag: werken aan de krantopdracht

Heb je je leesboek nog niet doorgegeven? Doe dit dan z.s.m. via itslearning!

Slide 2 - Slide

Argumentatie tot nu toe
Standpunt
Argumenten 
Tegenargumenten
Weerleggen
Argumentatieschema's 

Slide 3 - Slide

Opdrachten voor vandaag: opdr. 1 t/m 6 op blz. 9-11. 
Standpunt & argument
Welk argumentatieschema?

Slide 4 - Slide

Opdrachten voor vandaag: opdr. 1 t/m 6 op blz. 9-11. 
Standpunt & argument
Welk argumentatieschema?

Slide 5 - Slide

Opdrachten voor vandaag: opdr. 1 t/m 6 op blz. 9-11. 
Standpunt & argument
Welk argumentatieschema?

Slide 6 - Slide

Opdrachten voor vandaag: opdr. 1 t/m 6 op blz. 9-11. 
Standpunt & argument
Welk argumentatieschema?

Slide 7 - Slide

Opdrachten voor vandaag: opdr. 1 t/m 6 op blz. 9-11. 
Standpunt & argument
Welk argumentatieschema?

Slide 8 - Slide

Opdrachten voor vandaag: opdr. 1 t/m 6 op blz. 9-11. 
Standpunt & argument
Welk argumentatieschema?

Slide 9 - Slide

Argumenatiestructuren
Met argumentatiestructuren breng je de samenhang tussen standpunt en argument(en) visueel in beeld. 

3 basisstructuren: enkelvoudig, nevenschikkend en onderschikkend. 

Slide 10 - Slide

Enkelvoudige argumentatie 
Standpunt met één argument. 



Slide 11 - Slide

Enkelvoudige argumentatie 
Standpunt met één argument. 



Slide 12 - Slide

Onderschikkende argumentatie
Argument met een eigen ondersteunend argument. 

Slide 13 - Slide

Onderschikkende argumentatie
Argument met een eigen ondersteunend argument. 

Slide 14 - Slide

Nevenschikkende argumentatie 
Meerdere argumenten bij een standpunt. 

Onderscheid in de onderlinge relatie argumenten 
*Onafhankelijk: de argumenten staan los van elkaar 
*Afhankelijk: de argumenten ondersteunen alleen samen het standpunt. 

Slide 15 - Slide

Onafhankelijke nevenschikkende argumentatie
Losse argumenten
Vaak een opsomming. 

Slide 16 - Slide

Onafhankelijke nevenschikkende argumentatie

Slide 17 - Slide

Afhankelijke nevenschikkende argumentatie
Twee of meer argumenten die elkaar nodig hebben om het standpunt te onderbouwen. Los van elkaar zijn ze te 'zwak' hiervoor. 

Slide 18 - Slide

Afhankelijke nevenschikkende argumentatie

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Even een kleine check met een drietal argumentaties.

Slide 21 - Slide

Wat is de argumentatiestructuur?

Ik heb écht niets met haar: ik val op grappige, kleine vrouwen en zij is groot en altijd bloedserieus.
A
Enkelvoudig
B
Onderschikkend
C
Afhankelijk nevenschikkend
D
Onafhankelijk nevenschikkend

Slide 22 - Quiz

Ik ben absoluut niet fit. Ik denk dat ik naar huis ga. Daar kan ik tenminste slapen, omdat niemand me daar stoort. Er is niemand thuis.
A
B
C

Slide 23 - Quiz

Wat is de argumentatiestructuur? Leg je keuze uit.
Je moet niet sporten met een lege maag. Het glucosegehalte in je bloed daalt namelijk. Je loopt dan zelfs de kans om flauw te vallen.

Slide 24 - Open question

Nu: aan de slag met opdr. 7 en 8 op blz. 13-14.
Opdr. 7: vul de uitspraken op de juiste plek in. 
Opdr. 8: je hoeft de argumentatiestructuren niet te tekenen, maar onderstreep wel even het standpunt. 

= hw voor morgen

Slide 25 - Slide