week 3 Z-Amerika

• Aardrijkskunde
• HBO
• Studiejaar 1

22 februari

miniles Lisa
Dry Canal

terugblik
en nakijken atlasvragen

starten H5 Zuid Amerika (topo, ruimtelijke structuurschets, atlasvragen;  GB55 blz 220-231) 

vooruitblik en afspraak miniles

afronding (evt boek doorlopen en topolijst)

Leerdoelen week 3 

1. Classificeer de belangrijkste kenmerken van de diverse fysische geografie van Zuid-Amerika.  
   
2. Beschrijf de brede aspecten van de historische geografie van Zuid-Amerika vanaf de tijd van de Inca's tot het postkoloniale tijdperk (oude en moderne staten)  
   
3. Interpreteer het culturele mozaïek van de realm (vooral de clusters van inheemse, Afrikaanse, mestiezen- en Europese volkeren.  
   
4. Bespreek de agrarische en industriële activiteiten en de inspanningen van het land op het gebied van economische integratie.  
   
5. Beschrijf de algemene patronen van de verstedelijking van Zuid-Amerika en de ruimtelijke inrichting van de steden.  
   
6. Analyseer de uitdagingen en kansen die zijn ingebed in de geografische problemen waarmee Zuid-Amerika wordt geconfronteerd. 
7. Beschrijven wat verstaan wordt onder, ontbossing, migratieprocessen, krottenwijken, informele sector, Altiplano en het Latijns-Amerikaans stadsmodel;
8. Verschillen tussen Inca’s, Maya’s en Azteken aan kunnen geven;
9. Uitleggen op basis van welke kenmerken de realm Midden-Amerika en Zuid-Amerika verschillen en of overeenkomsten vertonen;
   

Uitleggen welke gevolgen El Nino heeft voor Zuid-Amerika;

Verklaren wat de rol van de Forward Capital van Brazilië is;

De rol van Brazilië als reus van de Realms;

De economische positie van Zuid-Amerika beschrijven

De diversiteit van vegetatie zones herkennen

Acculturatie is

1. het overnemen van elementen van elkaars cultuur
2. het respecteren van elkaars cultuur
3. het opdringen van een cultuur ten koste van een andere cultuur
4. het verwerpen van elkaars cultuur.

Bananen worden vooral verbouwd in de

1. Tierra templada
2. Tierra Caliente
3. Tierra Helada
4. Tierra Fris

Rio de Janeiro is de hoofdstad van Brazilië

1. ja
2. nee

Inca's en Maya's leven in dezelfde realm

1. ja
2. nee

atlas vragen

Nakijken

Maak 6 groepen en beantwoord de onderstaande vragen en maak een korte presentatie (vrij)

1. Gebruik je boek, (al gelezen)  atlas en evt internet. Je krijgt 30 minuten.
2. Classificeer de belangrijkste kenmerken van de diverse fysische geografie van Zuid-Amerika. 
3. Beschrijf de brede aspecten van de historische geografie van Zuid-Amerika vanaf de tijd van de Inca's tot het postkoloniale tijdperk (oude en moderne staten) 
4. Interpreteer het culturele mozaïek van de realm (vooral de clusters van inheemse, Afrikaanse, mestiezen- en Europese volkeren. 
5. Bespreek de agrarische en industriële activiteiten en de inspanningen van het land op het gebied van economische integratie. 
6. Beschrijf de algemene patronen van de verstedelijking van Zuid-Amerika en de ruimtelijke inrichting van de steden. 
7. Analyseer de uitdagingen en kansen die zijn ingebed in de geografische problemen waarmee Zuid-Amerika wordt geconfronteerd. 
   

een regio van contrasten...............

Fysisch: hoogtezones: 

•  gedomineerd door het Andesgebergte,  
  
• tropisch laagland (met Orinoco, Amazone en Paraná en het Amazonegebied,  
  
• hooglandgebieden (Guyana en Brazilië),  
  
• hoogvlakte Altiplano, Cono Sur, plateau Patagonië,  
  
• diepe trog, Atacamatrog (-8085m
  

Belangrijkste geografische kenmerken

• Bevolking: geconcentreerd rondom de periferie, langs de kust. Helft totale bevolking realm geconcentreerd in reus Brazilië. 
  
• Cultureel pluralisme bestaat in de meeste landen en is regionaal zichtbaar (indiaanse volkeren, kolonisten en immigranten)(latino’s, mestizen) 
  
• Regionale economische interactie neemt toe. 
  
• Regionale ongelijkheid is groot.   
  
• Realm is sterk verstedelijkt.

Plaattektoniek GB224C

• Zuid-Amerikaanse plaat staat centraal. 
  
• Botsing Caribische plaat: Twee plateaus in N en O kratons/schilden (gebergtevorming) 
  
• Scotiaplaat transforme plaat, Z-punt krult oostwaarts. 
  
• 250 milj geleden supercontinenten Pangea 
  
• Jura: afbraak Europa en Noord-Amerika 
  
• Krijt: breuken tussen Afrika en Z-Amerika (zie O-Afr) opgevuld met water Atlantische Oceaan en MAR 
  
• Nazcaplaat en Z-Amerikaanse plaat, subductiezone (Atacamatrog) 
  
• Parallel aan W-kust honderden stratovulkanen, kegel (Andesiet) 
  
• Sommige gebieden geen vulkanisme (ondiepe platen) 
  
• Hot spot: Galapagoseilanden (schildvulkanen, vlakke helling) 
  
• Andesgebergte (250km -800m breed), Altiplano 
  
• Aardbevingen en tsunami’s 
  

Natuurlijke zones GB222

Natturlijke zones vallen samen met klimaatzones (behalve Andes)

• Selva: Tropische plantengroei grootste deel Z-AM: (Amazoneregenwoud 
  
• Pampa: uitgestrekte graslanden (tarwe, soja, zonnebloem) 
  
• Steppen: (rundveehouderijen) 
  
• Costa: Woestijnen, woestijnsteppen,  
  
• Mangrove (verval ivm garnalenkwekerijen) 
  
• Savanne: - Cerrado(boomsavanne) - Ilanos (grassavanne)  - Caatinga (savanne met doornachtige struiken) 

blz 249 Highway to China

evaluatie

1. Geef de belangrijkste kenmerken van de diverse fysische kenmerken van Zuid-Amerika.   
   
2. Geef duidelijk aan hoe de ontwikkeling oude en moderne staten is geweest  
   
3. Interpreteer het culturele mozaïek van de realm  
   
4. Beschrijf de agrarische en industriële activiteiten en de inspanningen van het land op het gebied van economische integratie.   
   
5. Beschrijf de algemene patronen van de verstedelijking van Zuid-Amerika.
   
6. Leg de ruimtelijke inrichting van de steden in Zuid-Amerika uit..   
   
7. Benoem de mogelijke uitdagingen en kansen die de geografische problemen binnen Zuid-Amerika kunnen oplossen.  
   
8. Beschrijf wat verstaan wordt onder, ontbossing, migratieprocessen, krottenwijken, informele sector, Altiplano en het Latijns-Amerikaans stadsmodel; 
   

Verschillen tussen Inca’s, Maya’s en Azteken aan kunnen geven;

Uitleggen op basis van welke kenmerken de realm Midden-Amerika en Zuid-Amerika verschillen en of overeenkomsten vertonen;