Startles

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1-5

BURGERSCHAP

Je identiteit

Startles

Startklaar

Het lesdoel

Instructie

Begeleide inoefening

Kleine lesafsluiting

Zelfstandige verwerking

Grote lesafsluiting

Voorkennis activeren

                     Startklaar

• Schoolspullen op tafel: 

      - pen + 1 rode stift + 1 blauwe stift (óf potlood) 

      - boek

• Laptop    (log alvast in!) 
• Op je plek zitten  

Voorkennis activeren

In het woordenboek staat:

Identiteit = wat voor jou karakteristiek is.

Ander woord: eigenheid óf persoonlijkheid

Waar denk jij dan aan?

Met een Inleiding op de les kun je de voorkennis van leerlingen activeren.

Voorkennis wordt:

1. opgehaald (opgedane kennis beïnvloed een groot deel van het opnemen van nieuwe kennis)

2. gecontroleerd (zodat je zeker weet dat ze de juiste verbanden leggen)

3. herhaald (zodat ze het kunnen reproduceren)

4. geïntegreerd (afsluiten van voorkennis door verband te leggen met het lesdoel)

Verschillende tools die je kunt inzetten bij het activeren van de voorkennis:

- Quizlet

- Woordweb (in LessonUp)

- Open vragen of Quiz-vragen in - LessonUp (multiple choice)

Tips:

- activeer de leerlingen ipv zelf kennis opsommen

- stel je vraag aan heel de klas, zodat iedereen nadenkt/schrijft.

- maak gebruik van diverse werkvormen (wisbordjes, coöp)

Checklist:

Bepaal welke voorkennis relevant is voor de nieuwe lesstof.

Ontwerp een terugblik-opdracht die deze voorkennis activeert.

Overweeg of en hoe thuistalen ingezet kunnen worden om de voorkennis te activeren.

Placemat (in groepjes)

Etc...

Identiteit

2. Voorkennis activeren

De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 

                     Omschakelen naar bord / werkboek

Sluit je laptop-scherm voor de helft.

Zo ziet de docent dat jij aandacht hebt voor de les.

Voorkennis

Voorkennis

Voorkennis

Voorkennis

Voorkennis

Vraag 1

Vraag 2

Vraag 3

Vraag 4

Lesdoel

• Ik krijg een beeld van waar dit thema     over gaat.
• Ik ga leren op een positieve manier       naar mijzelf te kijken.
• Ik ga leren op een positieve manier     naar mijn klasgenoten te kijken.

*Met het lesdoel wil je dat de leerlingen weten waar ze naartoe werken en indien mogelijk ook waarom.

Het lesdoel bevat:

- een concept (waar gaat het om?)

- een vaardigheid (actief werkwoord)

- een context (in welke situatie het van toepassing is; is optioneel i.v.m. te lang worden van een doel)

Tips:

- Zet er een voorbeeld bij

- Maak het betekenisvol voor de leerlingen.

Feedback

Instructie

Begeleide inoefening

Kleine lesafsluiting

Zelfstandige verwerking

Vanaf de fase van instructie kan d.m.v. cvb gepeild worden of de leerling de stof begrijpen. Door directe feedback te geven kunnen we bijsturen om de leerling verder te helpen naar volledig begrip.

Effectieve feedback:

- Feedup

- Feedback

- Feedforward

Tips:

- Laat de leerling de feedback actief verwerken

- Laten overleggen met buur (hele klas)

- Gebruik van wisbordjes

- Feedback met codes

Instructie

blz. 30

Identiteit

Dit thema gaat over identiteit.

Je identiteit is alles wat jou maakt tot wie je bent.

Denk bijvoorbeeld aan wat je leuk vindt en waar je goed in bent.

Wat hoort er allemaal bij jouw identiteit?

1. modelen en (gestaag) verantwoordelijkheid overdragen
2. Cvb toepassen

Tips:

- Stel om de twee minuten een vraag

- Gebruik wisbordjes/ interactieve onderdelen om begrip te checken.

- Werk je voorbeelden ter plekke uit op het bord

- Geef tijd om het over te laten schrijven

- Zet het ik-wij-jullie-jij principe in

- Uitleg door middel van het bord of met materialen

Begeleide inoefening

Opdracht 1 - Identiteit                                                                         blz. 30

a.   Je bekijkt een filmpje.

      In het filmpje wordt uitgelegd waar dit thema over gaat.

b.   Wat vind jij het leukst aan jezelf?

      ______________________________________________________

      ______________________________________________________

Ik doe het voor

Wij doen het samen

Jullie doen het samen

Kleine lesafsluiting

Je hebt opgeschreven wat je het leukst vindt aan jezelf.

In het woordweb mag je dit antwoord nog eens invullen.

Weet je meer dingen die leuk zijn aan jezelf?

Dan mag je die ook opschrijven!

- Het beheersen van het lesdoel staat centraal.

Dit vind ik leuk aan mijzelf

                     Omschakelen naar bord / werkboek

Sluit je laptop-scherm voor de helft.

Zo ziet de docent dat jij aandacht hebt voor de les.

Zelfstandige verwerking &

verlengde instructie 

Opdracht 2 - Complimentenspel                                                        blz. 31

a.   Je gaat complimenten aan je klasgenoten geven.    

      Een compliment is altijd positief.

      Je kunt iets aardigs zeggen over:

      - iemands gedrag

      - iemands uiterlijk

      - wat iemand goed kan

      - een eigenschap van iemand

      Deze complimenten vormen voor een deel jouw identiteit.

                                                                          

- leerlingen kunnen verder met deze fase als ze de kleine lesafsluiting succesvol hebben doorlopen.

Stappenplan:

1. Samenwerken of niet?

2. Toegestane stemvolume

3. Benoem beschikbare tijd

4. Eigen beschikbaarheid benoemn

5. Wat als een leerling klaar is?

Tips:

- Zet pre-teaching in.

Zelfstandige verwerking &

verlengde instructie 

Opdracht 2 - Complimentenspel                                                        blz. 31

a.   Je gaat complimenten aan je klasgenoten geven.    

      Doe het zo:

      - Je krijgt 3 briefjes.

      - Schrijf bovenaan de naam van jouw klasgenoot. 

      - Schrijf jouw compliment op.     (Ik vind...)         

      - Schrijf hieronder jouw eigen naam op.

      - Doe dit 3 keer. (3 verschillende klasgenoten!)

                                                                          

- leerlingen kunnen verder met deze fase als ze de kleine lesafsluiting succesvol hebben doorlopen.

Stappenplan:

1. Samenwerken of niet?

2. Toegestane stemvolume

3. Benoem beschikbare tijd

4. Eigen beschikbaarheid benoemn

5. Wat als een leerling klaar is?

Tips:

- Zet pre-teaching in.

Zelfstandige verwerking &

verlengde instructie 

Opdracht 2 - Complimentenspel                                                        blz. 31

a.   Leg nu jouw complimenten op de tafels van jouw klasgenoten.

  

       De mentor legt ook bij alle kinderen in de klas een compliment op  

       de tafel.

                                                                          

- leerlingen kunnen verder met deze fase als ze de kleine lesafsluiting succesvol hebben doorlopen.

Stappenplan:

1. Samenwerken of niet?

2. Toegestane stemvolume

3. Benoem beschikbare tijd

4. Eigen beschikbaarheid benoemn

5. Wat als een leerling klaar is?

Tips:

- Zet pre-teaching in.

Zelfstandige verwerking &

verlengde instructie 

Opdracht 2 - Complimentenspel                                                        blz. 31

b.   Welke complimenten heb je gekregen?

      Schrijf ze over op de gele briefjes in je werkboek.

                                                                          

- leerlingen kunnen verder met deze fase als ze de kleine lesafsluiting succesvol hebben doorlopen.

Stappenplan:

1. Samenwerken of niet?

2. Toegestane stemvolume

3. Benoem beschikbare tijd

4. Eigen beschikbaarheid benoemn

5. Wat als een leerling klaar is?

Tips:

- Zet pre-teaching in.

Zelfstandige verwerking &

verlengde instructie 

Opdracht 2 - Complimentenspel                                                        blz. 31

c.   Welk compliment past goed bij jou?

      Omcirkel dat compliment met rood.

d.   Welk compliment maakt je trots?

      Omcirkel dat compliment met blauw.

                                                                          

- leerlingen kunnen verder met deze fase als ze de kleine lesafsluiting succesvol hebben doorlopen.

Stappenplan:

1. Samenwerken of niet?

2. Toegestane stemvolume

3. Benoem beschikbare tijd

4. Eigen beschikbaarheid benoemn

5. Wat als een leerling klaar is?

Tips:

- Zet pre-teaching in.

Zelfstandige verwerking &

verlengde instructie 

Opdracht 2 - Complimentenspel                                                        blz. 31

e.   Geef jezelf een compliment dat je nog niet van een ander hebt   

      gekregen.

Als je dit lastig vindt, denk dan eens aan wat je ouders wel eens tegen je zeggen, je opa of oma, een vriend of vriendin óf een docent op school.

                                                                          

- leerlingen kunnen verder met deze fase als ze de kleine lesafsluiting succesvol hebben doorlopen.

Stappenplan:

1. Samenwerken of niet?

2. Toegestane stemvolume

3. Benoem beschikbare tijd

4. Eigen beschikbaarheid benoemn

5. Wat als een leerling klaar is?

Tips:

- Zet pre-teaching in.

Lesafsluiting

Opdracht 3 - Wat ga je leren?                                                             blz. 32

Bekijk de lijst met de onderwerpen uit dit thema.

Kies of jij de onderwerpen leuk óf lastig vindt.

Het proces staat centraal:

- Hoe vereenvoudig je een breuk?

- Waar moet je aan denken als je een zakelijk telefoongesprek voert?

- Hoe vind je de betekenis van een verwijswoord?

Lesafsluiting

Opdracht 3 - Wat ga je leren?                                                             blz. 32

Bekijk de lijst met de onderwerpen uit dit thema.

Kies of jij de onderwerpen leuk óf lastig vindt.

Het proces staat centraal:

- Hoe vereenvoudig je een breuk?

- Waar moet je aan denken als je een zakelijk telefoongesprek voert?

- Hoe vind je de betekenis van een verwijswoord?

Hoe voel jij je als je een compliment krijgt?

😒🙁😐🙂😃

Lesafsluiting

Einde van de les:

• Sluit je laptop af.
• Zet je laptop in de locker.
• Zit op je plek.
• De boeken worden opgehaald.

Het proces staat centraal:

- Hoe vereenvoudig je een breuk?

- Waar moet je aan denken als je een zakelijk telefoongesprek voert?

- Hoe vind je de betekenis van een verwijswoord?