29-3 A2B Chapitre 3 Partie C
Le 29 mars
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Le 29 mars
Slide 1 - Slide
De doelen
Aan het einde van de les:
- kunnen jullie een dialoog voeren in een kledingwinkel.
- hierbij wordt de wordt de vocabulaire correct toegepast.
- hierbij wordt het aanwijzend voornaamwoord gebruikt.
- tijdens het dialoog is er een goede uitspraak van de lettergrepen "au" en "ou".
Slide 2 - Slide
De planning.
- Terugblik huiswerk.
- Uitspraak oefenen.
- Dialoog uitvoeren.
- Evalueren.
Slide 3 - Slide
le pull
le centre commercial
la robe
acheter
moche
Slide 4 - Drag question
Het dialoog
- Pagina 108.
- Opdracht 14a.
Slide 5 - Slide
Le dialogue
A. B
On va au centre commercial Oui, je voudrais acheter un
ce weekend? nouveau jean.
Comment tu trouves ce jean bleu? Il coute combien?
45 euros seulement. Ce n'est pas cher.
Tu fais quelle taille? Du M.
Tu veux l'acheter? Non, ce jean est moche.
Oui, ce jean est beau.
Slide 6 - Slide
Het dialoog
- 3x5 minuten.
- Duo's.
- Persoon A en B (afwisselen).
- Aanwijzend voornaamwoord.
- Woordenschat.
- Feedback.
- Klaar? Nieuwe woorden proberen die nog niet behandeld zijn.
Slide 7 - Slide
Le dialogue
A. B
On va au centre commercial Oui, je voudrais acheter un
ce weekend? nouveau jean.
Comment tu trouves ce jean bleu? Il coute combien?
45 euros seulement. Ce n'est pas cher.
Tu fais quelle taille? Du M.
Tu veux l'acheter? Non, ce jean est moche.
Oui, ce jean est beau.
timer
5:00
Slide 8 - Slide
Le dialogue
A. B.
On va au ... ce weekend? Oui, je voudrais acheter une nouvelle ... Comment tu trouves ce ... bleu? Il coute combien?
45 euros seulement. Ce n'est pas cher.
Tu fais quelle taille? Du M.
Tu veux l'acheter? Non, ... (aanwijzend vmw.)
Oui, ...
timer
5:00
Slide 9 - Slide
Le dialogue
A. B.
On va au ... ce weekend? [Zeg dat je dit graag wil om een nieuw kledingstuk te kopen]
Comment tu trouves ce ... bleu? [Vraag hoeveel het kost]
45 euros seulement. [Vertel dat je dit niet duur vindt]
Tu fais quelle taille? [Zeg dat je maat M hebt]
Tu veux l'acheter? [Vertel waarom je hem wel
wel of niet wil kopen]
timer
5:00
Slide 10 - Slide
Evaluatie.
- Terugblik op lesdoelen.
- Verwachtingen voor uiteindelijke resultaat:
- Minimaal 1x woordenschat toepassen.
- Minimaal 1x aanwijzend voornaamwoord.
- Juiste uitspraak "au" & "ou".
Huiswerk volgende les: Nieuwe versie dialoog op Google Classroom uploaden.
Slide 11 - Slide
Het dialoog
A. B.
1. [Vraag of de ander met jou 1. [Zeg dat je dit graag wil om naar het winkelcentrum wil] een nieuw kledingstuk te kopen]
2. [Vraag wat de ander van dit 2. [Vraag hoeveel het kost]
kledingstuk vindt]
3. [Vertel hoeveel het kost] 3. [Vertel dat je dit wel/niet duur vindt]
4. [Vraag welke maat de ander heeft] 4. [Zeg welke maat je hebt]
5. [Vraag of de ander het 5. [Vertel waarom je het kledingstuk
kledingstuk wil kopen] wel of niet wil kopen]
