Samenvatting ismen

Samenvatting "-ismen"
1 / 27
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Samenvatting "-ismen"

Slide 1 - Slide

Filmpje
Nationalisme

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Nationalisme
Nationalisme gaat erom dat je trots bent op je land
Je voelt je dan ook onderdeel van het volk
Sommige nationalisten voelen zich ook beter dan andere landen

Slide 4 - Slide

Conservatisme
Conserveren = behouden
Dus conservatieven willen veel hetzelfde houden
19de eeuw: terug naar de situatie vóór de Franse Revolutie
Standpunten kunnen met de tijd veranderen

Slide 5 - Slide

Liberalisme
Komt van het Latijnse "liber" wat vrijheid betekent
Vrijheid was voor liberalen het belangrijkst
Burgers moesten alles kunnen zeggen en doen
De overheid hoefde de armen niet te helpen

Slide 6 - Slide

Socialisme
Socialisten wilden meer gelijkheid
De verschillen tussen arm en rijk moesten kleiner
Hiervoor moesten de productiemiddelen van de staat worden
De arbeiders aan de macht!
Alles waar je producten mee kan maken (fabrieken, machines, gereedschap, etc.)

Slide 7 - Slide

Filmpje
Socialisme

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Sociaaldemocraten en communisten
Karl Marx was de bedenker van het socialisme
Hij zei dat socialisme bereikt moest worden met een revolutie
Anderen vonden dat het gewoon via de politiek moest

Sociaaldemocraten
Gelijkheid kan bereikt worden door mee te doen in de politiek (Tweede Kamer)
Communisten
Voor gelijkheid moeten alle productiemiddelen in handen van de staat komen door een geweldadige revolutie

Slide 10 - Slide

Confessionalisme
Een ander woord voor geloof is "confessie"
Confessionelen vonden dat geloof het belangrijkst was
Je had katholieken en protestanten
Ze wilden vooral geld voor christelijk onderwijs
Dit wordt ook wel de schoolstrijd genoemd. De strijd om voor christelijk onderwijs ook geld te krijgen van de overheid, net als bij openbaar onderwijs.

Slide 11 - Slide

Filmpje
De schoolstrijd

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Feminisme
Confessionelen en socialisten wilden emancipatie
Feministen wilden emancipatie voor vrouwen
Zij voelden zich "minder waard" dan mannen
Hun belangrijkste doel was vrouwenkiesrecht

Slide 14 - Slide

Filmpje
De pil

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Imperialisme
Bij kolonialisme werden gebieden economisch gebruikt
Bij imperialisme wordt het écht deel van het rijk (imperium)
Dus ook politiek en cultureel beïnvloeden (macht!)
Ook economisch bleef het belangrijk (afzetgebied)

Slide 17 - Slide

Koppel de standpunten aan de stromingen
Liberalisme
Socialisme
Confessionalisme
Feminisme
Weinig regels en wetten
Vrijheid voor de burger
Eerlijk verdelen welvaart
Gelijkheid voor iedereen
Geloof is het belangrijkst
Geld voor christelijk onderwijs
Vrouwen mogen stemmen
Vrouwen gelijk aan mannen

Slide 18 - Drag question

Iedereen moet hetzelfde verdienen
A
Socialisme
B
Liberalisme
C
Confessionalisme

Slide 19 - Quiz

Katholieke scholen moeten geld krijgen van de overheid
A
Socialisme
B
Liberalisme
C
Confessionalisme

Slide 20 - Quiz

De overheid moet zich niet zo veel met de burgers bemoeien
A
Socialisme
B
Liberalisme
C
Confessionalisme

Slide 21 - Quiz

De regering moet zich alleen bezighouden met veiligheid
A
Sociaal democratie
B
Liberalisme
C
Confessionalisme
D
Communisme

Slide 22 - Quiz

Alleen door een revolutie kan een maatschappij veranderen
A
Sociaal democratie
B
Liberalisme
C
Confessionalisme
D
Communisme

Slide 23 - Quiz

De burger is zelf verantwoordelijk voor alles wat hij/zij nodig heeft in het leven
A
Socialisme
B
Liberalisme
C
Confessionalisme

Slide 24 - Quiz

De beste manier om welvaart beter te verdelen is door gebruik van het parlement
A
Sociaal democratie
B
Liberalisme
C
Confessionalisme
D
Communisme

Slide 25 - Quiz

Iedereen mag beslissen over zijn/haar eigen leven
A
Sociaal democratie
B
Liberalisme
C
Confessionalisme
D
Communisme

Slide 26 - Quiz

Burgerrechten zijn minder belangrijk dan de wil van God
A
Sociaal democratie
B
Liberalisme
C
Confessionalisme
D
Communisme

Slide 27 - Quiz