Hoofdstuk 7. Uitleg informeel telefoongesprek

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Hoofdstuk 7. Gesprekken voeren

Wat weet je nog van de vorige les?

Leerdoel

- Ik kan een formeel telefoongesprek voorbereiden

- Ik weet hoe ik een telefoongesprek moet voeren met een onbekende

- Ik weet aan welke gespreksregels ik me moet houden bij het voeren van een telefoongesprek met een onbekende

Formeel telefoongesprek

Formeel telefoongesprek:    Een gesprek met een (on)bekende

                                                           Zakelijk gesprek

                                                           Netjes spreken

                                                           Goed voorbereiden op papier

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Voorbereiden telefoongesprek:    

                                                        Naar wie moet ik bellen?

                                                        Waarom moet ik bellen?

                                                        Wat moet ik vertellen?

                                                        Wat moet ik vragen?

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Situatie

Je bent bij de Hema geweest om de lamp "Future" te kopen.

Helaas was de lamp uitverkocht.

Je moet mevrouw Janssen bellen wanneer de lamp weer in de winkel is.                                                     

SAMEN!

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Je bent bij de Hema geweest om een lamp te kopen.

Helaas was de lamp uitverkocht.

                                                       Je moet mevrouw Janssen bellen wanneer de lamp weer in de winkel is.                                                     

Naar wie moet ik bellen?

Waarom moet ik bellen?

Wat moet ik vertellen?

Wat moet ik vragen?

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Je bent bij de Hema geweest om een lamp te kopen.

Helaas was de lamp uitverkocht.

                                                       Je moet mevrouw Janssen bellen wanneer de lamp weer in de winkel is.                                                     

Naar wie moet ik bellen?

Hema, mevrouw Janssen

Waarom moet ik bellen?

Wat moet ik vertellen?

Wat moet ik vragen?

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Je bent bij de Hema geweest om een lamp te kopen.

Helaas was de lamp uitverkocht.

                                                       Je moet mevrouw Janssen bellen wanneer de lamp weer in de winkel is.                                                     

Naar wie moet ik bellen?

Hema, mevrouw Janssen

Waarom moet ik bellen?

Ik moet weten wanneer de lamp weer te koop is.

Wat moet ik vertellen?

Wat moet ik vragen?

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Je bent bij de Hema geweest om een lamp te kopen.

Helaas was de lamp uitverkocht.

                                                       Je moet mevrouw Janssen bellen wanneer de lamp weer in de winkel is.                                                     

Naar wie moet ik bellen?

Hema, mevrouw Janssen

Waarom moet ik bellen?

Ik moet weten wanneer de lamp weer te koop is.

Wat moet ik vertellen?

In de winkel geweest. Ik zocht de lamp "Future".

Helaas was hij uitverkocht.

Wat moet ik vragen?

Voorbereiden formeel telefoongesprek

Je bent bij de Hema geweest om een lamp te kopen.

Helaas was de lamp uitverkocht.

                                                       Je moet mevrouw Janssen bellen wanneer de lamp weer in de winkel is.                                                     

Naar wie moet ik bellen?

Hema, mevrouw Janssen

Waarom moet ik bellen?

Ik moet weten wanneer de lamp weer te koop is.

Wat moet ik vertellen?

In de winkel geweest. Ik zocht de lamp "Future".

Helaas was hij uitverkocht.

Wat moet ik vragen?

Wanneer is de lamp "Future" weer te koop?

Telefoongesprek met de Hema

Wie moet ik bellen:

Mevrouw Janssen

Waarom moet ik bellen:

Wat moet ik vertellen:

Bij de Hema geweest.

Ik moet weten wanneer de lamp "Future"

weer te koop is.

De lamp "Future" is uitverkocht.

Opdracht 1. Een telefoon gesprek voorbereiden

Maken: opdracht 1 in je werkboek op blz. 80/81.

Wanneer de timer gaat gaan we verder met de les.

Telefoongesprek met een onbekende

Begroeten, zeg je voor- en achternaam

Vertel duidelijk waarom je belt

Stel eventueel vragen

Heb jij je doel bereikt?

Sluit het gesprek netjes af

Telefoongesprek met een onbekende

Zorg voor pen en papier

Naam opschrijven wie je gesproken hebt.

Belangrijke informatie opschrijven.

Bekijk het filmpje Voorbeeld telefoongesprek op Studiemeter

studiemeter.uitgeverij-deviant.nl

Luisteren en maken - klassikaal

Opdracht 2a: Naar een telefoongesprek kijken en luisteren

bladzijde 82

Luister naar het fragment : "Telefoongesprek 1".

Geef daarna antwoord op de vragen in opdracht 2a.

studiemeter.uitgeverij-deviant.nl

Luisteren en maken - klassikaal

Opdracht 2b: Naar een telefoongesprek kijken en luisteren

bladzijde 83

Luister naar het fragment : "Telefoongesprek 2".

Geef daarna antwoord op de vragen in opdracht 2b.

studiemeter.uitgeverij-deviant.nl

Gespreksregels

Praat rustig en duidelijk

Luister naar wat de ander zegt

Laat de ander uitpraten

Blijf vriendelijk

Formeel taalgebruik

Gebruik de U-vorm

Meneer, Mevrouw + achternaam

Nette en beleefde taal

Maken

Opdracht 3: Een telefoongesprek voeren

bladzijde 83 t/m 85

De leerkracht maakt 3-tallen.

Schrijf de namen met wie je samenwerkt in je boek.

Er zijn drie rollen:

De beller

. Voorbereiden gesprek op blz. 84 met behulp van gesprekskaart.

. Telefoongesprek voeren met de werknemer.

De werknemer

. Telefoongesprek voeren met de beller met behulp van de gesprekskaart.

De observant

. Vult het schema in op blz. 85.