AFP 1.1.16

Infectieziekten en afweer 1.1.16
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Infectieziekten en afweer 1.1.16

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
-De student kent de uitingsvormen van een bacteriële/virale infectie en kan de verschillen tussen een bacterie en een virus benoemen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Infectieziekten

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Opdracht
Ga naar CumLaude en maak de volgende opdracht:
Week 40 1e les opdracht virussen en bacteriën. 
timer
10:00

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

Empyeem=pusophoping in een bestaande holte bijv.  borst- of buikholte

Een empyeem of een abces kan zich een weg banen naar buiten (het pus wil er uit). Het graaft als het ware een gangetje.  Dit kan naar een lichaamsoppervlak zijn of naar de buikholte.  (fistel) 
Dit noem je fistel (pijpzweer)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

 Besmetting
-Pathogeen organisme
-Besmetting
-Infectie
-Porte d' entree

Slide 10 - Slide

In een latere les meer hierover

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Besmetting -> Infectie
De mate waarin je symptomen van een infectie krijgt, hangt van verschillende factoren af:

  1. De plaats waar het micro-organisme je lichaam is binnengedrongen.
  2. Het aantal micro-organismen dat is binnengedrongen.
  3. De mate waarin het micro-organisme ziekteverwekkend is.  (virulentie)
  4. Het afweersysteem van je lichaam.


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Symptomen van een infectie
De ernst van de klachten kan variëren van je niet lekker en wat moe voelen of overal pijn voelen, tot zeer ziek zijn met hoge koorts en koude rillingen.

Vaak heeft een virale infectie (een virus) een wat sluipender verloop dan het meer acute ontstaan van een bacteriële infectie (een bacterie).

De klachten die je hebt bij een infectie worden vaak niet alleen veroorzaakt door de ziekteverwekker zelf, maar ook door de afweerreactie van je lichaam.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Infectie

Slide 15 - Slide

Herhaling eerder geleerde woorden.
Doel: toepassen

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Bacteriën
  • Eencellig organisme
  • Miljarden in- en op ons lichaam
  • Commensaal en pathogeen 

Slide 17 - Slide

Commensaal = nuttig
Pathogeen = ziekteverwekkend

Slide 18 - Slide

Bact. Kunnen zelfstandig leven en zichzelf delen.
Kok: tweetal = diplo, rijtjes = strepto, trosjes/groepjes = stafylo
De stafen liggen altijd los.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Huiswerk
-Inleiding medische kennis mee
-Lezen: Inleiding medische kennis H.7.2.3 t/m 7.2.5
-Leren: de theorie tot nu toe
-Vrijdag inleveren opdracht infectieziekten H.7 (via Cumlaude)
Zie voor de opdracht Cumlaude week 41

Slide 21 - Slide

This item has no instructions