What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
herhaling werkwoordspelling
De Nederlandse
werkwoordspelling
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1-6
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De Nederlandse
werkwoordspelling
Slide 1 - Slide
tegenwoordige tijd (t.t.)
werken = hele werkwoord (infinitief)
ik werk
jij werk
t
hij/zij/het werk
t
wij werken
zij werken
jullie werken
onthoud:
In de
t.t
. kan er alleen een
t
achter de stam van het werkwoord.
Dus NOOOOIT een
d
.
Slide 2 - Slide
x Het gebeurd vaak x
gebeuren = hele werkwoord
stam = gebeur-
het (hij/zij) = +t
dus: gebeur
t
Het gebeurt vaak
Slide 3 - Slide
Testen..
dus de tegenwoordige tijd (t.t.)
A
Mijn klasgenoot vindt kauwgom goor.
B
Mijn klasgenoot vind kauwgom goor.
Slide 4 - Quiz
Werkwoordspelling
tegenwoordige tijd
A
Mijn klasgenoot vindt kauwgom goor.
B
Mijn klasgenoot vind kauwgom goor.
C
Mijn klasgenoot vint kauwgom goor.
Slide 5 - Quiz
Werkwoordspelling
tegenwoordige tijd
A
Ik praad niet graag met mijn bazige tante.
B
Ik praat niet graag met mijn bazige tante.
C
Ik praadt niet graag met mijn bazige tante
Slide 6 - Quiz
Werkwoordspelling
tegenwoordige tijd
A
Ik verslind tiramisu!
B
Ik verslindt tiramisu!
C
Ik verslint tiramisu!
Slide 7 - Quiz
Werkwoordspelling
tegenwoordige tijd
A
Snapt je nu de regels van de tegenwoordige tijd weer?
B
Snapdt je nu de regels van de tegenwoordige tijd weer?
C
Snap je nu de regels van de tegenwoordige tijd weer?
Slide 8 - Quiz
werkwoordspelling
verleden tijd
Slide 9 - Slide
<---
zwak
volgt gewoon de regel
sterk
--> durft te veranderen
Slide 10 - Slide
zwakke werkwoorden
de meeste werkwoorden!
volgen dus braaf de
REGELS
voor de vervoeging in de v.t.:
--> stam ('en' eraf)
--> laatste letter --> in '
t
k
o
fsch
i
p
?
JA--> + te of -ten
NEE-> + de of - den
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
sterke werkwoorden
minder werkwoorden: uitzonderingen
veranderen van klank - middenin het woord
't kofschip
heb je dus NIET nodig als hulpmiddel
voorbeeld: lopen , kijken, eten
ik loop -> ik liep
ik kijk -> ik keek
ik eet -> ik at
Slide 13 - Slide
verleden tijd (v.t.) even oefenen
Slide 14 - Slide
Werkwoordspelling
A
Voor mijn verjaardag aten we gisteren een taartje.
B
Voor mijn verjaardag eetten we gisteren een taartje.
C
Voor mijn verjaardag eten we gisteren een taartje.
Slide 15 - Quiz
Werkwoordspelling
A
Het hout brande op.
B
Het hout brandte op.
C
Het hout brandde op.
Slide 16 - Quiz
De laatste letter van de stam zit
wel
in 't kofschip-x, dus
+te(n)
De laatste letter van de stam zit
niet
in 't kofschip-x, dus
+de(n)
werken
vergissen
verbazen
knippen
branden
beloven
Slide 17 - Drag question
Werkwoordspelling
A
De oude man verstuurd de brief.
B
De oude man verstuurt de brief.
Slide 18 - Quiz
Werkwoordspelling
A
Hij belazerde de boel
B
Hij belazerte de boel
Slide 19 - Quiz
Werkwoordspelling
A
Zijn zusje kwam voor hem op.
B
Zijn zusje komte voor hem op.
C
Zijn zusje kwamen voor hem op.
Slide 20 - Quiz
werkwoordspelling
A
Onze hond schude het water van zich af na het zwemmen
B
Onze hond schudte het water van zich af na het zwemmen
C
Onze hond schudde het water van zich af na het zwemmen
Slide 21 - Quiz
werkwoordspelling
A
De kinderen begeleiden de vrouw naar huis gisteren.
B
De kinderen begeleidden de vrouw naar huis gisteren.
C
De kinderen begeleide de vrouw naar huis gisteren.
D
De kinderen begeleidde de vrouw naar huis gisteren.
Slide 22 - Quiz
werkwoordspelling
A
Vorig jaar verhuisden we naar Groningen.
B
Vorig jaar verhuisten we naar Groningen.
C
Vorig jaar verhuistten we naar Groningen.
Slide 23 - Quiz
werkwoordspelling
A
De oude man bestuurt toen de auto
B
De oude man bestuurdden toen de auto
C
De oude man bestuurdde toen de auto
D
De oude man bestuurde toen de auto
Slide 24 - Quiz
werkwoordspelling
verleden tijd
A
Vindt jij dit quizje leuk?
B
Vind jij dit quizje leuk?
C
Vond jij dit quizje leuk?
D
Vondt jij dit quizje leuk?
Slide 25 - Quiz
oefenen!
cambiumned.nl
of
Nieuw Nederlands
1V
:
Slide 26 - Slide
More lessons like this
Herhalen ww spelling v.t.
November 2022
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Omnia college NE klas 1 werkwoordspelling kofschip
October 2017
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Omnia college NE klas 1 werkwoordspelling kofschip
April 2017
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Werkwoordspelling
April 2024
- Lesson with
18 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
verleden tijd zwakke werkwoorden
June 2023
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Spelling Engelse werkwoorden
May 2018
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2
Spelling tegenwoordige tijd en verleden tijd - basisregels en stappen
October 2023
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Primary Education
Age 7
verleden tijd zwakke werkwoorden
24 days ago
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1