subcutaan injecteren

Subcutaan injecteren
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Subcutaan injecteren

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

       Wat gaan we doen?

  • Terugblik vorige les
  • Lesson Up in Teams
  • Subcutaan injecteren oefenen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Terugblik vorige les  -  insuline injecteren

Welke techniek van injecteren wordt gebruikt?
Betekenis EH/IE/IU?
Bij hoeveel EH gooi je de pen/patroon weg?
Hoeveel EH spuit je vóór injecteren weg?
Zwenk je altijd de insulinepen?
Op welke plek wordt insuline het snelst opgenomen?

Slide 3 - Slide

Je hebt nodig:
Het theorieboek verpleegtechnische handelingen en je zoekt protocollen op via internet via het Vilans Kick-portaal.
Voorbehouden handeling

- Injecteren is een voorbehouden handeling.
- Je moet hiervoor bevoegd en bekwaam zijn.
- Voorbehouden handelingen vormen een specifieke groep binnen de risicovolle handelingen. Het betreft handelingen die door de individuele professionals beroepsmatig worden verricht. In de Wet BIG worden 14 risicovolle handelingen aangemerkt als voorbehouden handelingen.
 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Indicaties subcutaan injecteren?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

  1.  Snellere opname bij een injectie (bijvoorbeeld bij pijnklachten, allergische reactie)
  2.  Bij braken of diarree
  3.  Soms is het medicijn alleen per injectie toe te dienen
  4.  Wanneer de zorgvrager niets via de mond mag innemen ( darmoperatie, slikklachten)
  5.  Wanneer de zorgvrager niets via de mond kan nemen (bewustzijnsdaling, CVA, tijdens operatie)
  6.  Als er een constante spiegel in het bloed nodig is (bijvoorbeeld antibiotica, insuline, morfine)







Slide 6 - Slide

This item has no instructions


Keuze injectieplaats? 
Waar wel en waar niet?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Injectieplaatsen

  • 2 cm onder/naast 
     navel
  • BBB
    bovenarm &
    bovenbeen








Slide 8 - Slide

This item has no instructions

  • Niet prikken in:

  • hematoom (blauwe plek)
  • vochtophoping (oedeem)
  • wondgebied
  • ledemaat waar infuus/shunt in zit.
  • moedervlek/littekenweefsel
  • rode huid/ontstekingsgebied/wondjes/eczeem







Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Complicaties bij injecteren?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

  • Allergische reactie op de toediening van het medicijn (huiduitslag-shock)​
  • Infectieverschijnselen.​
  • Duizeligheid en flauwvallen.​
  • Hematoomvorming (aanprikken bloedvat)​
  • Ontsteking rond de injectieplaats.​
  • Uitvalsverschijnselen (aanprikken van een zenuw)​
  • Abces, necrose of bloeding (onjuist of op verkeerde plaats injecteren)​
  • Afbreken van de naald.​
  • Prikaccident (bij de zorgverlener)








Slide 11 - Slide

This item has no instructions

        Gauge (G)
  • De Diameter van de naald wordt uitgedrukt in de norm Gauge. 
  • Hoe hoger het nummer van de G is, hoe kleiner de diameter 
  • van de naald.
    Een naald van 26G is dus dunner dan een naald van 20G.
  • Diameter: 0,6 mm x 25 mm (23 G)
  • No-touch techniek








Slide 12 - Slide

This item has no instructions

     De 5 J's

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Benodigdheden
Ampul
Gaasjes (onsteriel)
Steriele spuit (3 ml)
Opzuignaald
Subcutane naald
Handschoenen (1 paar)
Afvalzakje
Naaldencontainer
Pleister
(Toedieningsetiket)

Slide 14 - Slide

Je hebt nodig:
Het theorieboek verpleegtechnische handelingen en je zoekt protocollen op via internet via het Vilans Kick-portaal.
   Vilans Kick-protocollen
Subcutaan injecteren (huidplooitechniek)
Medicijnspuit klaarmaken



Slide 15 - Slide

Je hebt nodig:
Het theorieboek verpleegtechnische handelingen en je zoekt protocollen op via internet via het Vilans Kick-portaal.