Thema 4 seksualiteit OEFENTOETS

Thema 4 seksualiteit 

Herhalingsvragen
Herhaling
Thema seksualiteit
1 / 44
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Thema 4 seksualiteit 

Herhalingsvragen
Herhaling
Thema seksualiteit

Slide 1 - Slide

Wat betekent het woord vruchtbaar? Wanneer ben je vruchtbaar?

Slide 2 - Mind map

Wat is het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken?

Slide 3 - Mind map

Wat weet je over zaadcellen?

Slide 4 - Mind map

Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Opdracht: Verschuif de woorden in de blauwe vakken naar het juiste rode vak.
Penis
Borsten
Baard in de keel
Grote schaamlippen
Vagina
Bredere heupen
Balzak
Toename spiermassa
Baardgroei

Slide 5 - Drag question

Hiernaast zie je een schematische afbeelding van het geslachtsorgaan van een man. 
Sleep de naam van het onderdeel naar de juiste plek.
Zaadleider
Zaadblaasje
Prostaat
Zwellichaam
Bijbal
Zaadbal
Urinebuis

Slide 6 - Drag question

Baarmoeder
Eileider
Eierstok
Urineblaas
Urinebuis
Vagina

Slide 7 - Drag question

Baarmoeder
Eierstok
Vagina
Clitoris
Plaats waar het embryo groeit
Hier rijpen de eicellen
Verbinding naar de buitenwereld
Meest gevoelige deel

Slide 8 - Drag question

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het mannelijke geslachtsorgaan?
teelbal
bijbal
prostaat
zaadblaasje
zwellichaam
zaadleider
Sperma
1
2
3
4
5
6
7

Slide 9 - Drag question

Hoe lang duurt het orgasme van een varken
A
1 minuut
B
5 minuten
C
10 minuten
D
30 minuten

Slide 10 - Quiz

Tekst
Tekst
Tekst
Te
teelbal
zaadleiders
de prostaat
teelballen
zaadblaasjes
worden zaadcellen gemaakt
Opslag plaats voor zaadcellen
zorgen voor het vervoer van zaadcellen
voegt vocht toe aan de zaadcellen
voegt vocht toe aan de zaadcellen

Slide 11 - Drag question

Waar worden zaadcellen gemaakt?
A
Teelballen
B
Bijballen

Slide 12 - Quiz

Hoe noemen we het samen komen van zaadcel en eicel?
A
bevruchting
B
innesteling
C
menstruatie
D
ovulatie

Slide 13 - Quiz


Wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5 van de menstruatiecyclus?
A
ovulatie/ eisprong
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling

Slide 14 - Quiz


Wat gebeurt er tijdens dag
14 van de menstruatiecyclus?
A
ovulatie / eisprong
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling

Slide 15 - Quiz

4. Tijdens de zwangerschap treden geen menstruaties op.
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Hoeveel % van de meisjes kijkt naar porno?
A
10%
B
15%
C
20%
D
50%

Slide 17 - Quiz

Hoeveel % van de jongens kijkt porno?
A
30%
B
40%
C
50%
D
60%

Slide 18 - Quiz

Tijdens de menstruatiecyclus verandert de slijmlaag aan de binnenkant van de baarmoeder.
Hier zie je drie keer de doorsnede van een baarmoeder afgebeeld.

Bij welk moment van de menstruatiecyclus hoort de doorsnede?
Tijdens de menstruatie
Kort na de menstruatie
Tijdens de ovulatie

Slide 19 - Drag question

waar
niet waar
Meisjes worden geboren met al hun eicellen
Menstruatiebloed bevat een eicel 
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Na de overgang wordt een vrouw nog steeds elke maand ongesteld. 

Slide 20 - Drag question

Bescherming tegen SOA?
NIET
WEL
het condoom
vrouwencondoom
de pil
het spiraaltje
de nuvaring

Slide 21 - Drag question

Als de vrouw de pil gebruikt kan ze geen soa krijgen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

Een man en een vrouw proberen niet zwanger te raken, door geen geslachtsgemeenschap te hebben tijdens de vruchtbare periode.
A
voor het zingen de kerk uit
B
periodieke onthouding
C
aanranding
D
incest

Slide 23 - Quiz

betrouwbaar
onbetrouwbaar
condoom
pil
periodieke onthouding
Voor het zingen de kerk uit gaan. 
coitus interruptus

Slide 24 - Drag question

Noem 4 voorbeelden van secundaire geslachtskenmerken.

Slide 25 - Open question

Hoe vaak komt er bij een vrouw een eicel vrij?
A
Om de week
B
Om de 14 dagen
C
1 keer per maand
D
1 keer per jaar

Slide 26 - Quiz

Worden eicellen gemaakt in de eierleiders of in de eierstok?

A
eierleiders
B
eierstok

Slide 27 - Quiz

Wat is een prenataal onderzoek?
A
B
buitenste vulvalippen
C
pubishaar
D
kleine penis

Slide 28 - Quiz

HERHALING STOF
4.1 Puberteit 

Slide 29 - Slide

Geslachtskenmerken
Primaire geslachtskenmerken: kenmerken vanaf geboorte Jongen -> Penis en balzak
Meisje -> Vulva

Bepalen je geslacht of sekse

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

HERHALING STOF
4.2 de vrouw

Slide 32 - Slide

Vrouwelijk voortplantingsorgaan

Slide 33 - Slide

Menstruatiecyclus: menstruatie -> ovulatie -> menstruatie

Slide 34 - Slide

HERHALING STOF
4.3 de man

Slide 35 - Slide

HERHALING STOF
4.4 seks enzo

Slide 36 - Slide

Zaadcellen en eicellen
Zaadcel:
  • bewegen met zweepstaart
  • geen voedingsstoffen
  • miljoenen per zaadlozing
Eicel:
  • kan niet zelf bewegen
  • heeft voedingsstoffen 
  • 1 eicel per 4 weken

Slide 37 - Slide

Gender & Geslacht
Geslacht -> Man, vrouw of intersekse


Gender -> geslacht, identiteit, expressie

Slide 38 - Slide

Seksuele oriëntatie
Seksuele oriëntatie zegt iets over op wie je verliefd wordt

LHBTI(+):
Lesbisch - Homoseksueel - Biseksueel- Transgender - Intersekse

Aseksueel: niet seksueel aangetrokken tot anderen
Panseksueel: vallen op 'mensen', het geslacht/gender maakt niet uit

Slide 39 - Slide

HERHALING STOF
4.5 veilig vrijen

Slide 40 - Slide

Veilig vrijen
Veilig vrijen is vrijen met een voorbehoedsmiddel /anticonceptiemiddel
Jezelf beschermen tegen SOA's of geslachtsziekten: condoom
Chlamydia en HIV/ SOA-test bij GGD
Zwangerschap tegen gaan: condoom en/of pil gebruik
Noodmaatregelen: morningafter pil ( binnen 72 uur)/ abortus< 7 weken: abortuspil >7 weken: zuigpompje

Slide 41 - Slide

HERHALING STOF
4.6 zwangerschap

Slide 42 - Slide

Zwangerschap
Ovulatie (eisprong rond 14e dag) -> vrijen-> bevruchting van eicel met zaadcel in eileider -> bevruchte eicel gaat delen en naar baarmoeder-> innestelen-> na 9 maanden wordt baby geboren 

Slide 43 - Slide

Wat vind je nog lastig?
Hoe ga je dat aanpakken?

Slide 44 - Mind map