steunles werkwoordspelling les 2: VD, OVD, INF

Steunles WERKWOORDSPELLING
LES 2: VD, OVD en INF
 
 Havo 1 P1 2020-2021
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Steunles WERKWOORDSPELLING
LES 2: VD, OVD en INF
 
 Havo 1 P1 2020-2021

Slide 1 - Slide

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

Slide 2 - Open question

Hoe vind je het onderwerp in een zin?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Sterke ww met vdw dat niet op -en eindigt

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Soms heeft het voltooid deelwoord van een werkwoord dezelfde vorm als de persoonsvorm tegenwoordige tijd (mv).

  1. Wij ontvangen een brief.
  2. Wij hebben een brief ontvangen.

Hoe weet je met welke werkwoordsvorm je te maken hebt?
Door de kenmerken van de werkwoordsvormen erbij te halen.

Slide 8 - Slide

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Kenmerken persoonsvorm: verandert als de tijd/getal verandert.
Kenmerken voltooid deelwoord: heeft een hulpwerkwoord bij zich (hebben, zijn, worden).

  1. Wij ontvangen een brief. - Wij ontvingen een brief. - Ik ontvang een brief.
  2. Wij hebben een brief ontvangen. - Hebben = hulpwerkwoord

Ontvangen in zin 1 = persoonsvorm
Ontvangen in zin 2 = voltooid deelwoord


Slide 9 - Slide

Maak een voltooid deelwoord van het werkwoord.

1. Marieke had zich echt wel …. (haasten)

Slide 10 - Open question

Maak een voltooid deelwoord van het werkwoord.

2. Waarom zou Erik deze rommelige camping … hebben? (uitzoeken)

Slide 11 - Open question

Maak een voltooid deelwoord van het werkwoord.

3. Jacco heeft jarenlang zijn foto’s zelf …. (ontwikkelen)

Slide 12 - Open question

Maak een voltooid deelwoord van het werkwoord.

4. De oude man heeft de auto …. (parkeren)

Slide 13 - Open question

Maak een voltooid deelwoord van het werkwoord.

5. Heb je de afspraak echt …? (annuleren)

Slide 14 - Open question

Onvoltooid deelwoord
  • Sam en Duco gaan fietsend naar de training.
  • Kletsend lopen Suus en Eva door de winkelstraat.

Regel:
  • Voor of na de persoonsvorm in de zin;
  • Altijd hele werkwoord + d;
  • Geeft aan hoe iemand iets doet.

Slide 15 - Slide

_____ (zoeken) naar een tekstbestand op zijn laptop heeft Jasper per ongeluk enkele bestanden gewist.
A
zoekend
B
zoekent

Slide 16 - Quiz

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

1. Niets ... ging hij op pad. (vermoeden)

Slide 17 - Open question

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

2. ... gingen ze naar huis. (strompelen)

Slide 18 - Open question

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

3. Hij vertrok, nog over zichzelf ... . (nadenken)

Slide 19 - Open question

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

4. ... smeekte hij om genade. (kermen)

Slide 20 - Open question

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

5. ... van blijdschap, kwam hij naar me toe. (huppelen)

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

1. Wat zitten jullie toch te ... met z'n allen? Zo komt het nooit af. (prutsen)

Slide 28 - Open question

2. Wanneer de dagen gaan lengen en het ook wat warmer wordt, gaan de meeste tuinvogels ...(nestelen).

Slide 29 - Open question

3. Melissa zit een ijsje te ...(eten).

Slide 30 - Open question

4. Alle kinderen zijn een film aan het ... (kijken).

Slide 31 - Open question

5. Steef en Mo mogen een tekening ... (maken).

Slide 32 - Open question