schrijven hoofdstuk 4: een verslag schrijven

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Schrijven H4

een verslag

Doel

Ik weet wat het verschil is tussen een persoonlijk en zakelijk verslag

Ik kan een kort persoonlijk verslag schrijven aan de hand van de 5w+h-vragen

Wat schrijf je in de inleiding?

1. De inhoud van het verslag
2. De titel
3. Waar het verslag over gaat

Wat is het beste antwoord?

Wat is een alinea?

Wat is een 'kernzin' en waar staat deze zin (meestal)?

Wat schrijf je in de kern?

1. De inhoud van je verslag
2. Een herhaling van de inleiding
3. Wat de lezer kan verwachten

Wat schrijf je in het slot?

1. Nieuwe informatie geven
2. Kort samenvatten
3. Vertellen wat de lezer kan verwachten

Een verslag schrijven

- Je schrijft over iets wat je hebt gezien, meegemaakt of hebt onderzocht

- Je vertelt de lezer alles wat hij/zij moet weten

- Hiervoor kun je de 5 w + h-vragen beantwoorden

5w+h-vragen

wie

wat

waar

wanneer

waarom

hoe

(waardoor)

Zakelijk verslag

- hierin schrijf je alleen over dingen die gebeurd zijn (feiten)

Voorbeeld:

je schrijft over een scienceproef

Persoonlijk verslag

- hierin schrijf je feiten, persoonlijke ervaringen en gevoelens

Voorbeeld:

voetbalwedstrijd waarin je team kampioen werd

Zo schrijf je een verslag

- bedenk wat je gaat schrijven: geef antwoord op de 5w+h-vragen

- zet alle informatie in een juiste volgorde

- verdeel de informatie in alinea's

- besteed in een persoonlijk verslag aandacht aan wat je zelf van de gebeurtenis vond

- Noteer, indien van toepassing, het materiaal dat je gebruikt hebt

Welke tekst leest het fijnst? Waarom? 

Wat zijn alinea's? (Wat zijn tussenkopjes?)

Aan de slag

Maak opdracht 1 in je schrift

Aan de slag

Maak opdracht 2 in je schrift

Aan de slag

Maak opdracht 3 in je schrift

kern

Wie 

Wat

Waar

Waarom

Wanneer

Hoe

Op welke vragen geeft de
"5W+H methode" antwoord?