Paragraaf 4.3: Onrust in de Nederlanden (deel 1)

Paragraaf 4.3: Onrust in de Nederlanden (deel 1)
1 / 29
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Paragraaf 4.3: Onrust in de Nederlanden (deel 1)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In deze les
  • Korte terugblik
  • Instructie paragraaf 3 (deel 1)
  • Aan de slag
  • Lesdoel: 
  • --> Let op: deze komt straks terug.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

4.3 onrust in de Nederlanden

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe zat het ook alweer? Welke kritiek komt er op de katholieke kerk? En wat is het gevolg hier van?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

De Nederlanden rond 1519
  • In 1519 waren de Nederlanden onder bestuur van keizer Karel V. 
  • Hij was katholiek
  • Hij heerste over Spanje, Spaanse koloniesin Amerika, gebieden in Duitsland, Italië en de Nederlanden. 
  • Zijn rijk was zó groot dat hij zei: "In mijn rijk gaat de zon nooit onder" – ergens was het altijd daglicht.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

De Nederlanden rond 1519
  • Nederland had 17 gewesten (provincies). 
  • Elk gewest had een eigen bestuur, rechtspraak en wetten. 

Er waren dus veel verschillen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

De Nederlanden
  • Moeilijk om groot rijk alleen te besturen -->
  • Stadhouders = Edelman die gewest bestuurt als plaatsvervanger koning 
  • Bekende stadhouder = Willem van Oranje (Holland, Utrecht, Zeeland)


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

De Nederlanden
Karel V voerde veel oorlog -->  hogere belastingen --> onderhandelen met gewesten.
Dit was lastig. 

Wat zou Karel graag willen?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De Nederlanden
  • Liever een centraal bestuur  --> overal zelfde wetten + even hoge belasting.

  • De adel zag dit niet zitten.

  • En dan: wordt de oude Karel opgevolgd door zijn zoon Filips II.
  • Hij heeft een strengere aanpak.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Karel V
Zijn opvolger in 1555: Filips II

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
  • Je kunt beschrijven wat de Spaanse koning rond 1550 wilde veranderen aan het bestuur in de Nederlanden.
  • Klaar? Laat je antwoord zien aan je buurman/buurvrouw

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Begrippen
  • Weet jij wat de begrippen uit deze les betekenen? 
  • Probeer eerst eens in je eigen woorden uit te leggen aan je buurman/buurvrouw wat ze betekenen
  • Lukt dit niet? Zoek dan in je boek naar de betekenis.
  • Gewest
  • Stadhouder 
timer
1:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Video-opdracht
Na de video kun je:

Benoem twee redenen waarom de Nederlanden ontevreden waren over het Spaanse bestuur.
De Nederlanden
  • Filips probeerde de macht van de adel te verkleinen.
  • Hij werkte liever met ambtenaren.
  • Een ambtenaar is iemand die werkt voor de koning en hem helpt met het besturen.
  • Een ambtenaar kon Filips zelf uitkiezen, de adel niet.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Link

This item has no instructions

Heb je de uitleg begrepen?
Ja
Niet helemaal maar ik kom er zelfstandig wel uit
Nee, ik vraag hulp aan een klasgenoot
Nee, ik schuif aan voor extra instructie

Slide 17 - Poll

This item has no instructions

Aan de slag

  • Huiswerk: af 1 t/m 4
  • Tijd over: verlengde instructie
  • Volgende les: paragraaf 3 afmaken en nakijken
timer
4:00

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

4.3 Onrust in de Nederlanden

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

4.3 Onrust in de Nederlanden
Groeiende ontevredenheid

1. De Nederlandse edelen en gewesten wilden geen centraal bestuur. 
Omdat Filips ambtenaren aanstelde, kregen de edelen minder te zeggen over het bestuur.
En de gewesten wilden niet dat de koning zomaar belastingen kon opleggen.


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

4.3 Onrust in de Nederlanden
Groeiende ontevredenheid

2. Protestanten werden zwaar vervolgd. 
Veel mensen waren protestant geworden.
Filips II zag het als zijn plicht om de katholieke kerk te beschermen en pakte de protestanten streng aan.
Als je je niet wilde bekeren, werd je gedood. 
Zelfs veel katholieken vonden de straffen te zwaar. 


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Ga aan de slag! (hw)
Maak op 1 t/m 6 van paragraaf 4.3.

Klik NIET op 'nakijken'.
Bespreking: 6 minuutjes.
timer
4:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De Beeldenstorm
  • Soms lieten mensen zich ophitsen tegen de katholieke kerk.
  • Dat gebeurde in 1566.
  • Na afloop vernielden een groep protestanten in een klooster alle beelden van heiligen.
  • Begin van de Beeldenstorm.
  • Overal werden beelden in kerken en kloosters vernield.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

De Beeldenstorm
  • Filips II was woedend!
  • Ook op de Nederlandse adel.
  • Hij stuurde de Spaanse hertog Alva met een leger naar de Nederlanden om de orde te herstellen en de protestanten te straffen.
  • Veel protestanten vluchtten!
  • Ook Willem van Oranje.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Link

This item has no instructions

Slide 27 - Video

This item has no instructions

4.3 onrust in de Nederlanden
Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven wat de Spaanse koning rond 1550 wilde veranderen aan het bestuur in de Nederlanden.
  • Je kunt 2 redenen noemen waarom mensen in Nederland ontevreden waren over het Spaanse bestuur.
  • Je kunt een oorzaak en gevolg noemen van de beeldenstorm.
  • Je kunt de volgende begrippen omschrijven: gewesten, stadhouders en beeldenstorm

Slide 28 - Slide

This item has no instructions


En nu?
4.3  3 t/m 10

Slide 29 - Slide

This item has no instructions