§4,6 Goed verzekerd

4.6 
Goed verzekerd

Ik kan uitleggen welke soorten verzekeringen er zijn.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

4.6 
Goed verzekerd

Ik kan uitleggen welke soorten verzekeringen er zijn.

Slide 1 - Slide

§4.6 Goed verzekerd
Opdracht: Zoek voor de volgende verzekeringen op wat je verzekerd.
  • autoverzekering.
  • inboedelverzekering.
  • opstalverzekering.
  • aansprakelijkheidsverzekering.
  • zorgverzekering
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Opstalverzekering
  • Opstalverzekering = voor schade aan het huis bij brand, storm en diefstal
  • Herbouwwaarde
  • Alleen bij een koophuis!!
  • Premie is een promillage van verzekerd bedrag
  • Krijgt nooit meer uitgekeerd dan verzekerde waarde

Slide 3 - Slide

Inboedelverzekering
  • Inboedelverzekering = voor schade aan de spullen in je huis bij brand, wateroverlast en diefstal
  • Nieuwwaarde
  • Bij koophuis en huurhuis!!
  • Premie is een promillage van verzekerd bedrag
  • Krijgt nooit meer uitgekeerd dan verzekerde waarde

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

verzekeringskosten berekenen
Premie = € 110. Poliskosten = € 9,50. Assurantiebelasting = 21%. 





  • Bereken de verzekeringskosten 

Slide 6 - Slide

Bereken de premie
inboedel verzekerd voor € 60.000
premie € 2,55 per promille
beveiligd inbraaksysteem geeft 0,20 korting
poliskosten € 2,50
assurantiebelasting 21%
Wat is de premie? Kiest voor inbraaksysteem

Slide 7 - Slide

Antwoord
inboedel verzekerd voor € 60.000
€ 60.000 : 1000 x 2,35 = € 141
+ poliskosten € 2,50
=  € 141 + € 2,50 =  € 143,50
+assurantiebelasting 21%
€ 143,50 : 100 x 21 = € 30,14
totaalbedrag € 143,50 + € 30,14 = € 173,64

Slide 8 - Slide

§4.6 Goed verzekerd
De onderverzekeringsbreuk is: (verzekerd bedrag : getaxeerde waarde) x schade = schadevergoeding
Een verzekeraar vergoedt nooit meer dan de getaxeerde waarde.


Voorbeeld
Het verzekerde bedrag is € 40.000; de getaxeerde waarde is € 50.000 en de schade is € 10.000.
De verzekeraar keert uit:
(€ 40.000 : € 50.000) x € 10.000 = € 8.000

Slide 9 - Slide

Schadevergoeding berekenen:






Let op: bovenstaande formule geldt alleen bij onderverzekering.

Slide 10 - Slide

Onderverzekering: 
                       verzekerde waarde < werkelijke waarde

Oververzekering:
                       verzekerde waarde > werkelijke waarde

Juiste verzekering:
                       verzekerde waarde = werkelijke waarde

Slide 11 - Slide

Aansprakelijkheidsverzekering



  • Vergoedt schade aan mensen = lichamelijke schade
  • + Vergoedt schade aan spullen = materiële schade
  • Bij opzet GEEN vergoeding!!!
  • Geen vergoeding schade aan eigen spullen
  • Geen vergoeding bij nalatigheid

Slide 12 - Slide

WA-verzekering
  • Auto, scooter, brommer
  • Schade aan lichaam van anderen
  • Schade aan spullen van anderen
  • Is verplicht als je motorvoertuig hebt

Slide 13 - Slide

Huiswerk 
Wat: Maken hoofstuk 4 paragraaf 6
Wie: Individueel
Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt)
Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw
Tijd: 20 minuten
Klaar: Vraag mij voor de volgende opdracht
timer
20:00

Slide 14 - Slide