Examen

Werkwoordspelling
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Werkwoordspelling

Slide 1 - Slide


Afgelopen weken (besteden)
we veel tijd aan werkwoordspelling
A
besteden
B
besteede
C
besteedden
D
besteeden

Slide 2 - Quiz

Weet je wel wat het beteken.... als je werkwoordspelling echt beheerst!?
A
betekend
B
betekent
C
betekende
D
betekente

Slide 3 - Quiz

1) Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt
D
gebeurdde

Slide 4 - Quiz

9) Vin.. jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?
A
Vindt
B
Vind
C
Vint
D
Vintd

Slide 5 - Quiz

werkwoordspelling
(worden) ... je vader boos als je een onvoldoende haalt?
A
word
B
wordt

Slide 6 - Quiz

werkwoordspelling
De jongens (begeleiden) gisteren de vrouw naar huis.
A
begeleiden
B
begeleidden
C
begeleidde
D
begeleden

Slide 7 - Quiz

WERKWOORDSPELLING
[vinden]
________ je moeder die bloemen mooi?

Slide 8 - Open question

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.
Heeft jouw vader dat team echt zo lang […] (coachen)?
werkwoordspelling 

Slide 9 - Open question

(worden, tt) jij ook zo moe van werkwoordspelling?

Slide 10 - Open question

Verbanden oefenen

Slide 11 - Slide

Tekstverbanden en signaalwoorden
oorzaak-gevolg
middel-doel
uitspraak-reden
uitspraak-tegen-stelling
uitspraak-voorbeeld
doordat
want
Zo
daarmee
namelijk
echter
zodat
om te...
bijvoorbeeld

Slide 12 - Drag question

Sleep de signaalwoorden naar de bijpassende signaalwoorden. 
opsomming
voorbeeld
tegenstelling
conclusie
onder andere
bovendien
kortom

daarom 
zo
dus
toch
ten eerste
echter 

Slide 13 - Drag question

Sleep de verbanden naar de juiste signaalwoorden
maar, daarentegen
Bijvoorbeeld, neem nou
Ten eerste, als laatste, ABC
Eerst, vervolgens, daarna
Doordat, waardoor
Tijdsvolgorde
Oorzaak- gevolg
Opsomming
Tegenstelling
Voorbeeld

Slide 14 - Drag question

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
voorwaarde
oorzaak - gevolg
tijdsvolgorde
indien
nadat
doordat
dadelijk
waardoor
tenzij

Slide 15 - Drag question

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
samenvatting
echter
maar
ook
samenvattend
daarnaast
kortom

Slide 16 - Drag question

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
middel-doel
oorzaak-gevolg
uitspraak-vergelijking
uitspraak-reden
waarmee
hetzelfde
doordat
zoals
om ... te
daarom
want
omdat

Slide 17 - Drag question