2.1 t/m 2.3 herhalen + 2.4 bevruchting & zwangerschap

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

2.1 t/m 2.3 herhalen 

+ 2.4 bevruchting & zwangerschap

Wat gaan we doen?

- 2.1 t/m 2.3 herhalen van seksualiteit en voortplanting

- werkbladen maken + klassikaal bespreken

- Leerdoelen 2.4 bevruchting en zwangerschap 

-Uitleg

-Aan de slag!

- Terugkoppelen op leerdoelen

Les 1

Les 2

Referentie

http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg

1. Blaas
2. Eikel
3. Teelbal
4. Voorhuid

Referentie:

http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg

Wat is de geslachtscel van een man?

1. Zaadcel
2. Eicel

De geslachtschromosomen van een man zijn

1. XX
2. XY

Referentie

http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg

1. Spermakanaal
2. Urinebuis
3. Urineleider
4. Zaadleider

Referentie:

http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg

Wat doen de teelballen vanaf de puberteit?

1. Maken miljoenen zaadcellen
2. Maken urine
3. Vervoeren sperma
4. Produceren hormonen

Het gevoeligste deel van het vrouwelijk geslachtsorgaan is

1. De schaamlippen
2. De vagina
3. De clitoris
4. De eierstokken

Wat wordt er bedoeld met de uitwendige geslachtsorganen?

1. Dat die organen juist aan de binnenkant zitten.
2. Dat die organen juist aan de buitenkant zitten.
3. Dat de organen vanaf de geboorte aan te zien zijn.
4. Dat de organen zich pas op latere leeftijd ontwikkelen.

Een vrouw heeft zwellichamen?

1. Waar
2. Niet waar

Wat veroorzaakt de veranderingen tijdens de puberteit?

1. Bloed
2. Vagina
3. Hormonen
4. Bacteriën

Wat is de puberteit?

1. Periode waarin je naar de middelbare school gaat.
2. Periode waarin je geestelijk en lichamelijk volwassen wordt.
3. Periode waarin je veel vrienden en vriendinnen krijgt.
4. Periode waarin je op kamers gaat wonen.

De schaamlippen bij een vrouw zijn

1. Primaire geslachtskenmerken
2. Secundaire geslachtskenmerken

Wanneer is een vrouw vruchtbaar?

1. Tijdens de menstruatie
2. Tijdens de ovulatie (eisprong)
3. Direct na de menstruatie
4. Vlak voor de menstruatie

werkblad man	werkblad vrouw
........................................................................................................................................................................................................................................................................................
Tijd: 10 min Wie: Individueel (stilte) Hulp?: gebruik je boek klaar?: maak overige vragen blad	Tijd: 10 min Wie: Individueel (stilte) Hulp?: gebruik je boek klaar?: maak overige vragen blad
na 10 min bespreken	na 10 min bespreken

Wat gaan we doen?

- 2.1 t/m 2.3 herhalen van seksualiteit en voortplanting

- werkbladen maken + klassikaal bespreken

- Leerdoelen 2.4 bevruchting en zwangerschap 

-Uitleg

-Aan de slag!

- Terugkoppelen op leerdoelen

Les 1

Les 2

2.4 Bevruchting en zwangerschap

Hoeveel dagen duurt de menstruatiecyclus?

1. 14 dagen
2. 20 dagen
3. 28 dagen
4. 31 dagen

Op welke dag van de menstruatiecyclus vindt de ovulatie plaats?

1. dag 1
2. dag 7
3. dag 14
4. dag 28

vorige les: menstruatiecyclus

Leerdoelen vandaag

Aan het einde van de les:

- weet je wat er bedoeld wordt met bevruchting

- weet je waar de bevruchting plaatsvindt

- weet je wat er met een bevruchte eicel gebeurt vlak na de bevruchting

- weet je wat er wordt bedoeld wordt met innesteling

nieuwe theorie: bevruchting

bevruchting = samensmelten van de kern van een zaadcel met de kern van een eicel

Vindt plaats in de eileider

bevruchting

Als een eicel wordt bevrucht, dan wordt een vrouw niet ongesteld.

Ook sterft het gele lichaam niet af. Het gele lichaam blijft voldoende hormonen produceren waardoor het baarmoederslijmvlies dik en goed doorbloed blijft.

bevruchting

vruchtbare periode = de periode waarin er bevruchting kan plaatsvinden. Dit is rond de ovulatie.

Een eicel blijft 12-24 uur in leven 

Een zaadcel blijft ongeveer 3 dagen in leven in het lichaam van een vrouw.

bevruchting

Een zaadcel komt een eicel binnen door met zijn kop door de buitenkant van de eicel heen te gaan.

Als 1 zaadcel binnen is, wordt de eicel ondoordringbaar voor andere zaadcellen.

bevruchting

De kern van de eicel en de zaadcel smelten samen. Meteen daarna begint de bevruchte eicel een paar keer te delen.

Er ontstaat een klompje cellen dat van de eileider naar de baarmoeder wordt vervoerd. Na 5-7 dagen komt het klompje daar aan.

bevruchting

Innesteling: het klompje cellen nestelt zich in het baarmoederslijmvlies in.

De vrouw is nu zwanger.

Het klompje cellen ontwikkelt zich daarna tot een embryo.

zwangerschap 

De zwangerschap van een vrouw duurt 9 maanden.

Tijdens de zwangerschap produceert eerst het gele lichaam hormonen. Later in de zwangerschap neemt de placenta dit over. 

Er treedt tijdens de zwangerschap geen nieuwe ovulatie op.

film bevruchting + Bevalling

https://www.youtube.com/watch?v=s-Xpa5UZAZs

Vragen?

Aan de slag! (BLZ. 98 - 106)

-Maken opdracht 1 t/m 7 van 2.4

-Hulp nodig? LEES eerst de tekst van 2.4

Klaar? -> Laten zien aan docent

herhalen leerdoelen

Aan het einde van de les:

- weet je wat er bedoeld wordt met bevruchting

- weet je waar de bevruchting plaatsvindt

- weet je wat er met een bevruchte eicel gebeurt vlak na de bevruchting

- weet je wat er wordt bedoeld wordt met innesteling