Afronding H1.2 en H1.3

Wat gaan we doen?
Leerdoel: Kunnen rekenen met de onderdompel methode

Instructie 
Gemaakte opdrachten nakijken en bespreken (geen HW)
Lees H1.3 en maak 34 t/m 40.

Aan de slag: 41 t/m 49 en 59 t/m 62




1 / 18
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
Leerdoel: Kunnen rekenen met de onderdompel methode

Instructie 
Gemaakte opdrachten nakijken en bespreken (geen HW)
Lees H1.3 en maak 34 t/m 40.

Aan de slag: 41 t/m 49 en 59 t/m 62




Slide 1 - Slide

Tijd omrekenen

Slide 2 - Slide

Bekijk video tijd omrekenen
Te vinden via de online methode. 

Slide 3 - Slide

Onderdompel methode
  • Vul een maatcilinder met water.
  • Lees de maatcilinder af (65 cm3)
  • Doe het voorwerp in de vloeistof (moet helemaal onder water zitten)
  • Lees de maatcilinder weer af (85 cm3)
  • Bepaal het verschil tussen de twee waarnemingen ((85 - 65 = 20 cm3)
  • Het antwoord is het volume van het voorwerp.

Slide 4 - Slide

Het volume van een onregelmatig voorwerp kun je bepalen met behulp van de onderdompel-methode.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Meetbereik
= het verschil tussen de hoogste en de laagste waarde die de thermometer kan meten

Slide 6 - Slide

Het meetbereik is hier van -20°C tot 120°C.
De  onderdelen v.e. vloeistofthermometer  zijn:
- reservoir
- schaalverdeling
- stijgbuis
- vloeistof (meestal alcohol)

Slide 7 - Slide

Je hebt een vloeistofthermometer met een meetbereik van −20 °C tot 70 °C.
Kun je hiermee de luchttemperatuur van het schoollokaal meten?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Meetbereik en schaaldeel

De waarden die je met een meetinstrument kunt meten, noem je het meetbereik van het meetinstrument.
Een schaaldeel is de waarde tussen twee streepjes op de schaalverdeling.

Meetbereik:
 
Schaaldeel: 
°50°300
°5

Slide 9 - Slide

Een schaaldeel is dan.....
A
0,1 V
B
0,5 V
C
1 V

Slide 10 - Quiz

Hoe groot is het
"schaaldeel" van de liniaal?
A
1 cm
B
1 mm
C
0,1 cm
D
0,01 cm

Slide 11 - Quiz

Hoe groot is het schaaldeel op de thermometer als je meet in ˚C?
A
1
B
2
C
10
D
20

Slide 12 - Quiz

omrekenen Kelvin


Graden Celsius —> Kelvin 



Kelvin —> Graden Celsius
+273
-273

Slide 13 - Slide

Wat is de eenheid van temperatuur?
A
graden Kelvin
B
Lord Kelvin
C
Celsius
D
graden Celsius

Slide 14 - Quiz

Reken om: 25 graden Celsius is gelijk aan:
A
-248 Kelvin
B
298 Kelvin
C
248 Kelvin
D
6825 Kelvin

Slide 15 - Quiz

Plattegrond maken
Volgende dia: eerst starten met werken

Slide 16 - Slide

Wat gaan we doen?
Leerdoel: Kunnen rekenen met de onderdompel methode

Instructie 
Gemaakte opdrachten nakijken en bespreken (geen HW)
Lees H1.3 en maak 34 t/m 40.

Aan de slag: 41 t/m 49 en 59 t/m 62




Slide 17 - Slide

Plattegrond maken
We gaan het online doen.

Slide 18 - Slide