QUIZWEEK! Les 3: Spelling

1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Ik moet morgen voet ballen.
timer
0:20
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quiz

Heb jij de woordjes
voor engels al geleerd?
timer
0:20
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quiz

Ik ben zes jaar geleden naar Amsterdam-Zuid verhuisd.
timer
0:20
A
goed
B
fout

Slide 11 - Quiz

Heb jij vrachtwagenachteruitkijkspiegeltje al wel eens gebruikt bij Galgje?
A
goed
B
fout

Slide 12 - Quiz

Ik krijg nog zeven Euro van je!
timer
0:20
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quiz

Op 7 april is het mijn
Verjaardag en word
ik vijfenveertig jaar.
timer
0:20
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Aan elkaar
  • als het één ding is
  • pas op: weer wolf of weerwolf 
  • soms letters ertussen om woorden te plakken: boekENkast / groentesoep / schilderSkwast

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Maak één woord:
hond + voer

Slide 20 - Mind map

Wat is fout:

ik ga zeven September af studeren.
A
ik
B
zeven
C
September
D
af studeren

Slide 21 - Quiz

Ik schrijf mijn eigen voornaam en achternaam altijd met een hoofdletter.
Natuurlijk
Niet altijd
Oh, dat vergeet ik best vaak
Dat doe ik eigenlijk nooit

Slide 22 - Poll

In de zomervakantie hebben we minstens ... weken vrij.
A
zes
B
6
C
zes want het is een aantal (weken)
D
6 want het is een datum

Slide 23 - Quiz

Maak een samenstelling
met het woord "boek" (als eerste of
als tweede deel).

Slide 24 - Mind map

Welk woord moet met een hoofdletter?

In de zomervakantie gaan wij naar zweden en daar kopen wij altijd een kerstboom.

A
Zomervakantie
B
Zweden
C
Kerstboom

Slide 25 - Quiz

Welk woord moet met een hoofdletter?

Mijn engels is vreselijk, maar opa gaat na maart elke veertien dagen met mij oefenen.

A
Engels
B
Opa
C
Maart

Slide 26 - Quiz

Aan elkaar of los?

langeafstandsloper
A
Aan elkaar: langeafstandsloper
B
Los: lange afstandsloper
C
Los: langeafstands loper
D
Los: lange afstands loper

Slide 27 - Quiz

Televisie + uitzending =
A
televisieuitzending
B
televisie-uitzending

Slide 28 - Quiz

Maak een zin met een getal, een hoofdletter en een samenstelling.
Jan heeft gisteren zeventien boekenkasten geschilderd voor Sandra.

Slide 29 - Open question

Slide 30 - Slide