Cursus 3 - Fictie - paragraaf 3 - smaak

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Start met 10 minuten lezen. 
timer
10:00000
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Start met 10 minuten lezen. 
timer
10:00000

Slide 1 - Slide

Paragraaf 3 Smaak
Pak je boek (blz 78) en schrift/pen
  • Doel van deze les 
  • Voorkennis
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk volgende week les

Slide 2 - Slide

Doel
Ik kan genres herkennen. 
Ik kan mijn voorkeur voor bepaalde onderwerpen en genres uitleggen

Slide 3 - Slide

Voorkennis
Hoe noem je alle personen die een rol spelen in een verhaal?


Antwoord
Personages

Slide 4 - Slide

Voorkennis
Hoe noem je de belangrijkste persoon uit een verhaal?


Antwoord
Hoofdpersoon

Slide 5 - Slide

Voorkennis
Hoe kun je 'bijfiguren' omschrijven?
Antwoord
Personen in een verhaal die niet het belangrijkste zijn in een verhaal, maar wel een rol spelen. 

Slide 6 - Slide

Voorkennis
Doordat je van de hoofdpersoon weet hoe hij/zij zich voelt en wat zij/denkt kun je het gedrag vaak beter begrijpen. Hoe noem je dit?
Antwoord
Inleven

Slide 7 - Slide

Instructie 
Als iemand jou vraagt van wat voor soort films en series jij houdt, kun je dat waarschijnlijk in een paar woorden uitleggen. Zo is het ook met boeken. 

Je noemt dit smaak

Slide 8 - Slide

Instructie 
Om uit te leggen wat jouw smaak is, kun je iets zeggen over:
  • het onderwerp − datgene waarover het verhaal gaat, bijvoorbeeld: voetbal, pesten of vriendschap.
  • het genre (spreek uit: zjan-re), het soort verhaal


Slide 9 - Slide

Instructie 
In de bibliotheek staat op de boeken een pictogram dat het genre aanduidt, bijvoorbeeld:

Slide 10 - Slide

Instructie 
Sommige mensen noemen psychologische verhalen ook wel probleemboeken. Daarin worstelt de hoofdpersoon met een probleem. Hij is bijvoorbeeld ernstig ziek of zijn ouders gaan scheiden.

Slide 11 - Slide

Instructie 
Of je een boek wel of niet leuk vindt, hangt vaak ook af van hoe het boek eruitziet en hoe het is geschreven. Daarnaast kun je zeggen of je meer van fictie of non-fictie houdt en of je realistische en fantasieverhalen wel of niet leuk vindt.

Slide 12 - Slide

Aan de slag  - klassikaal   
We maken samen opdracht 4 

Slide 13 - Slide

Aan de slag (les vrijdag)
Ga aan de slag met opdracht 4 en 5 op bladzijde 80-81

Ben je klaar? Kies uit:
- afmaken huiswerk: 
  blz 75-81 opdr. 2 t/m 5
- leren leren theorie blz. 64, 69 en 75
- ga lezen in je leesboek

Slide 14 - Slide