4.3 Tandwielen en ketting les 2

1 / 17
next
Slide 1: Slide
TechniekMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Directe overbrenging 
  • Tandwielen raken elkaar
  • Tandwielen draaien in verschillende richting
  • Tandwielen zitten op verschillende assen
Een ander woord voor overbrengen = transmissie

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Indirecte transmissie

Kan voorkomen op 2 manieren. 
  • Kettingoverbrenging
  • Snaaroverbrenging
transmissie is hetzelfde als de overbrening (vorige slide).

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Kettingoverbrenging
 Kettingwielen :
  • (1) aandrijfwiel
  • (2) volgwiel

Tandwielen draaien
in dezelfde richting

De uitsteeksels passen precies in de schakels van de ketting

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Snaaroverbrenging


  • Goedkoper dan ketting
  • Minder lawaai

  • Mindere sterk
  • Kunnen slippen
Platenspeler:

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

V-snaar
Slipt 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Tandriemaandrijving
  • Goedkoop
  • Weinig lawaai
  • Slipt niet snel

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Dit is een....?
A
Directe overbrenging
B
Indirecte overbrenging

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Als de overbrenging door een snaar, riem of ketting wordt overgebracht, spreek je van een
A
Indirecte overbrenging
B
directe overbrenging
C
aandrijfwiel en volgwiel
D
Translatie en rotatie

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Versnellen en vertragen

Slide 10 - Slide

Vragen naar volgwiel en aandrijfwiel. 

Versnelt hij dan of vertraagt hij dan? 

Groot aandrijfwiel: versnel
Kost meer kracht
Hij gaat 3 keer zo snel
Als het aandrijfwiel 1 keer ronddraait, draait het volgwiel drie keer rond.
Versnellen en vertragen

Slide 11 - Slide

Vragen naar volgwiel en aandrijfwiel. 

Versnelt hij dan of vertraagt hij dan? 

Groot aandrijfwiel: versnel
Kost meer kracht
Hij gaat 3 keer zo snel
Als het aandrijfwiel 1 keer ronddraait, draait het volgwiel drie keer rond.
Overbrengverhouding
Hoe vaak 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Overbrengverhouding
Hoeveel keer draait het volgwiel rond als het aandrijfwiel 1 keer ronddraait?

Aantal tandjes van het volgwiel/
Aantal tandjes van het aandrijfwiel.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat is de overbrengings-
verhouding?
Aandrijfwiel
Volg
wiel
A
1:2
B
2:1
C
2
D
800

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

In deze overbrenging heb je een
Aandrijfwiel
Volg
wiel
A
versnelling
B
vertraging

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de overbrengings-
verhouding?
Aandrijfwiel
Volg
wiel
A
1:3
B
3:1
C
3
D
300

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

In deze overbrenging heb je een
Aandrijfwiel
Volg
wiel
A
versnelling
B
vertraging

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions