prikkels en gedrag

Aangeboren of Aangeleerd?
Gedrag
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Aangeboren of Aangeleerd?
Gedrag

Slide 1 - Slide

Thema 4
  • Wat is gedrag?
  • Het verschil tussen gedrag en een prikkel
  • Inwendige en uitwendige prikkel
  • Hoe onderzoek je gedrag

Slide 2 - Slide

leerdoelen h4 gedrag
  • Je kunt beschrijven wat gedrag is
  • Je kunt beschrijven waardoor gedrag ontstaat
  • Je kunt uitleggen hoe je gedrag onderzoekt
  • Je kunt vertellen waarom je gedrag onderzoekt.

Slide 3 - Slide

onderwerpen
  • gedrag

  • soorten prikkels:
inwendig
uitwendig
sleutel

Slide 4 - Slide

Gedrag
Alle reacties op prikkels
vormen je gedrag
dus...
ALLES WAT EEN MENS OF DIER DOET

Prikkel-Respons-Handelingen

Slide 5 - Slide

Gedrag wordt veroorzaakt door een Prikkel

Een prikkel is een invloed/verandering vanuit de omgeving, waarop mensen en dieren reageren. 

Slide 6 - Slide

opstart vraagje
Wat is het verband met Thema 2?

Daarin ging het over zintuigen

Slide 7 - Slide

Hoe ontstaat gedrag?
Gedrag wordt veroorzaakt door prikkels:
- intern
- extern

Slide 8 - Slide

verschillen tussen prikkels


- Inwendige prikkels

- uiwendige prikkels 

Slide 9 - Slide

van prikkel tot (re)actie
  1. telefoon gaat af, dat is de prikkel
  2. oor, gehoorzintuig
  3. gevoelszenuw
  4. hersenen, bewustwording gevaar!
  5. bewegingszenuw
  6. spieren van de benen, respons weg lopen!


Slide 10 - Slide

Aanleiding gedrag
Gedrag is vaak gevolg van bepaalde prikkels

Prikkels die altijd leiden tot bepaald gedrag zijn sleutelprikkels

Slide 11 - Slide

Werkt een prikkel altijd?

  • Gedrag ontstaat doordat mensen en dieren reageren op prikkels

  • Prikkels die altijd tot gedrag leiden en ook altijd hetzelfde gedrag oproepen, noemen we sleutelprikkels 


  • Zulke sleutelprikkels zijn vaak afhankelijk van de leeftijd 
  • Sperren (jonge vogeltjes) 
  • Dreigen (volwassen stekelbaars)

Slide 12 - Slide

waarom onderzoek je gedrag?
Je wilt iets weten over dat dier:
geschikt voor deze klus?
voelt het dier zich thuis?
is het dier ziek?

Slide 13 - Slide