Training techniek projectmatig/gedifferentieerd onderwijs 10-11-2022

Mini-training

Projectmatig/ gedifferentieerd onderwijs
1 / 40
next
Slide 1: Slide
OnderwijsScrumHBOStudiejaar 4

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

Mini-training

Projectmatig/ gedifferentieerd onderwijs

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Overzicht van de dag


09:00 | Opening, welkom, voorstellen
09:10 | Terugblik consortium
09:20 | Doelen vandaag
09:25 | Samenwerken
09:45 | Wat is belangrijk bij leren
10:00 | Pauze
10:15 | Projectmatig werken
11:00 | Differentiatie
11:25 | Afronding

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welkom
Voorstellen

Slide 3 - Slide

Wie ben ik
Wie zijn jullie
Hoe zit je er op dit moment bij?
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Poll

Schrijf je gedachten op wanneer je weerstand ervaart. 
Schrijf op waar je wat aan hebt. Wat is nieuw, wat was fijn om weer even in de herhaling te horen/ontdekken.
Schrijf op wat je kwijt wil b.v. vragen of opmerkingen, maar niet voor deze training of op dat moment van toepassing is.
Placemat
Vul individueel en in stilte in wat je nog weet van de training van het consortium.

Bespreek met je groepje de belangrijkste punten en schrijf die in het midden op.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je doen?
  1. Handvatten voor jezelf creëren die je bij projectmatig werken kan gebruiken
  2. Laten zien op basis waarvan je gaat differentiëren.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hoe ga je dat doen?
  • Met behulp van kennis
  • Door reflectie.
  • Door opdrachten.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Waarom ga je dat doen?
Om te komen tot verhoogde motivatie, welbevinden, leerwinst en/of leerefficiëntie.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan bij samenwerken?

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

Leren samenwerken
Koppeling met:
  • Groepsdynamica
  • LOB
  • 21e eeuwse vaardigheden
  • Gedrag uit KD
  • Beroepshouding
  • Metacognitieve vaardigheden

Slide 10 - Slide

  • Groepsdynamica - vertrouwen
  • LOB - kwaliteiten, netwerken, motieven
  • 21e ev - zelfregulering, problemen oplossen, samenwerken, communiceren, ict-basisvaardigheden
  • Gedrag KD - samenwerken, overleg met collega's
  • Beroepshouding - afspraken nakomen
  • Metacognitie - leren leren: is een veel voorkomend begrip in het onderwijs. Het geeft leerlingen de kennis en vaardigheden om het eigen denken, handelen en leren te organiseren, te sturen en te controleren. Wanneer iemand dit proces goed beheerst, weet deze persoon welke manier van denken nodig is om een probleem op te kunnen lossen.
Leren samenwerken
Belangrijk dat:
  • interactie kwalitatief goed is;
  • iedereen weet dat hij verantwoordelijk is;
  • ze elkaar willen helpen;
  • ze weten waar ze goed in zijn;
  • er duidelijke afspraken zijn;
  • nadruk ligt op eigenaarschap.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Leren samenwerken voorwaarde:
Ook wel coöperatief leren genoemd.


Gelijke deelname
Individuele aanspreekbaarheid
Positieve wederzijdse afhankelijkheid
Simultane interactie

Slide 12 - Slide

Ezelsbruggetje: GIPS
Het gestrande team
Junglesurvival

Slide 13 - Slide

Bespreek deze opdracht gericht op samenwerking. Wat is de link met projectmatig werken?
Leren geschiedt middels leeractiviteiten

  • Leren door directe ervaring – ondergaan of op te doen door te handelen
  • Leren door sociale interactie - informatie uitwisselen
  • Leren door nadenken ofwel reflectie – voorafgaand, tijdens of na het handelen
  • Leren door het verwerken van theorie - d.m.v. opdrachten

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat zegt de leertheorie?
Behavioristische theorie
Wet van herhaling, wet van effect, succesbeleving, positieve bekrachtiging.
Cognitieve theorieën
Leren Leren, metacognitie
Handelingspsychologische theorie
Zone van naaste ontwikkeling, niet altijd stapsgewijs, leren door interactie
Constructivisme
Actieve rol student, leerproces is individueel, leren is een sociale ervaring, informatie koppelen aan voorkennis

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Krachtige leeromgeving

Kwaliteit van de leeromgeving kan je meten door te kijken naar het welzijn van de studenten en de mate van betrokkenheid van een student.

Ik kan het, ik hoor erbij, ik kan het zelf

Slide 17 - Slide

Basisbehoeften
Relatie: ik hoor erbij, ik voel me veilig, ik voel me gewaardeerd.
Competentie: ik kan het, ik ben iemand die iets kan, ik heb vertrouwen in eigen kunnen, ik voel me geaccepteerd en gewaardeerd.
Autonomie: ik heb invloed, ik kan iets zonder hulp, ik ben zelfstandig, ik ben een uniek persoon.
Belangrijk bij projectonderwijs
  • Werk allemaal op dezelfde manier, volgens een vaste structuur met dezelfde regels.
  • Vorm zelf de groepjes, b.v. op basis van leervoorkeuren of laat ze een belbin test doen.
  • De docent stelt zich voornamelijk als coach op en legt meer nadruk op het proces.
  • Zet formatief handelen in.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Hoe pak jij een project aan?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Projectmatig werken






Met een flinke toef scrum

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Studenten over scrum

Slide 21 - Slide

3:47-4:28
Vast verloop
Week 1: opstarten (startdocumenten, groepsdynamica, scrumbord, burndownchart, pitch)

Week 2 t/m 8: werken in sprints met pitches en reviews

Week 9: afronding met retrospective en release 

Daily stand-up: wat heb je gedaan, wat ga je doen, hulp nodig?

Slide 22 - Slide

Bij de pitch geef je toestemming om door te gaan (of niet).

Bij de review stel je vragen over wat er is afgerond, bekijk je wat er is afgerond, geef je feedback, bespreek je de samenwerking en wat ze de komende 2 weken gaan doen.

Bij de retrospective bespreek hoe iedereen heeft gefunctioneerd, wat ze hebben gedaan om tot dit resultaat te komen, hoe de samenwerking en planning is verlopen en begeleidt je de studenten bij het geven en ontvangen van opbouwende feedback.

Bij de release presenteren de studenten het eindproduct.
Start van elk project
Nulmeting + Startdocument

Hulpmiddel: 
https://www.16personalities.com/free-personality-test
https://www.loopbaancentraal.nl/doe_een_test/kwaliteiten

Slide 23 - Slide

Deze documenten kan je zowel individueel als in groepsverband met de studenten bespreken. Je komt hier tijdens de procesbegeleiding en evaluatie op terug.

Leg de link tussen de nulmeting en het startdocument.
Teamrollentest - groepjes samenstellen

Slide 24 - Slide

De studenten schrijven een korte samenvatting van de uitkomst/talenten (volgens de test).
Vervolgens moeten ze nadenk over de uitkomst en voor zichzelf nagaan of deze in hun ogen klopt.
Daarna moeten ze beschrijven wat volgens hen niet klopt.
Dit verslag mailen ze naar de coach en kan gebruikt worden voor het samenstellen van groepjes, opstellen van leerdoelen en punt van gesprek bij LOB gesprekken.

Vaste taakverdeling
Vaste taakverdeling in de groep:

Slide 25 - Slide

Effectieve methode om in een groep soepel samen te werken aan taken of opdrachten.
Hulpmiddel bij taakverdeling

Puntenpokeren b.v. met behulp van Scrum Poker Cards (Agile) van artArmin.

Slide 26 - Slide

Scrum poker of planning poker is een methode waarmee je punten toekent aan backlog (to do) items. 

Je pokert op deeltaak niveau en bepaalt daarmee:
  • hoe complex/zwaar die taak is. Een zwaardere taak krijgt meer punten.
  • wat je nodig hebt om een taak goed te kunnen uitvoeren
  • of een taak in 1 sprint kan worden afgerond
  • hoeveel taken er in 1 sprint kunnen worden gerealiseerd
  • Welke taak het best bij wie past
Werken met een scrumbord
Inzicht in taken en voortgang

B.v. met behulp van Trello

Slide 27 - Slide

Een scrumbord is een overzicht van verschillende taken die moeten worden uitgevoerd in een periode.

In groepje gaan ze de opdrachten in kleine stukjes (taken) hakken. Elke taak komt op een (digitale) post-it op het scrumbord.

Elke bijeenkomst met het projectgroepje start en ronden ze af met behulp van het scrumbord.

To do. 
Alle taken die uitgevoerd moeten worden
Doing. 
De taken waar op dat moment aan gewerkt wordt.
Done. 
Alle taken die zijn afgerond.

Uiteindelijk is het doel om alle taken onder de laatste kolom te hebben geplakt. Dat betekent namelijk dat alle taken die vooraf zijn bepaald ook zijn uitgevoerd.

Een broodje gezond maken
Verdeel deze activiteit in taken waar iedereen het mee eens is.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Hulpmiddel bij voortgang
Burndownchart
Visueel instrument om de voortgang inzichtelijk te maken.

Slide 29 - Slide

De burndown chart (ook wel burndown genoemd) levert de visuele informatie waarmee je je project of Scrum sprint dagdagelijks kan managen. 
De burndown toont de resterende hoeveelheid werk van het totale project of de huidige sprint. Deze voortgang wordt inzichtelijk gemaakt met behulp van ​​twee lijnen:
Een “resterend werk” lijn
Een “ideale” lijn

De story points, of “werk “zet je uit op de y-as, de tijd zet je uit op de x-as (horizontaal) en omvat de totale duur van je sprint of project. 
Sprint
Klein afgebakend project. B.v. fase 1.

Meer mogelijkheden tot feedback, waardoor de voorspelbaarheid van het uiteindelijke doel steeds toeneemt.

Start de sprint met een pitch voor een 'go' en eindig de sprint met een review voor evaluatie.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Sprint review
  • Welke taken zijn gedaan
  • Wat is nog niet af
  • Wat ging er goed, waren er problemen en hoe zijn die opgelost
  • Producten/voortgang laten zien en vragen beantwoorden
  • To do herzien en vernieuwde 'go'

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Retrospective
  • Wat hebben we goed gedaan en moeten we bespreken zodat we het niet vergeten?
  • Wat hebben we geleerd?
  • Wat moeten we in de toekomst anders doen?
  • Wat begrijpen we nog steeds niet?
  • Maak gebruik van werkvormen

Slide 32 - Slide

https://agilescrumgroup.nl/retrospective-vormen-ideeen-voorbeelden/
Hulpmiddel
Bij het formuleren van vragen voor proces- en productbegeleiding

WACKER-methode - observeren
STARRT-methode - reflectie 
WIL-Key methode - inzicht
STRAK-methode - verantwoording

Vraag niet: 'wat ben je aan het doen?'
Vraag wel: 'wat ben je aan het leren?'

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan bij 'differentiatie'?

Slide 34 - Mind map

This item has no instructions

Differentiatie
“Differentiatie is een onderwijsbenadering
waarbij leraren proactief aanpassingen doen in de inhoud van het onderwijs, de leermaterialen, de gevraagde leeractiviteiten en de producten van leerlingen om tegemoet te komen aan verschillende leerbehoeften van individuele leerlingen of van kleine groepen leerlingen, om daarmee de leermogelijkheden van alle leerlingen
in de klas te vergroten.”

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Op basis waarvan kan je differentiëren?

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Op basis waarvan kan je differentiëren?
1. Voorkennis                               2. Cognitieve vaardigheden
3. Metacognitieve vaardigheden      
4. Affectieve vaardigheden       5. Leervoorkeuren          
6. Interesses                                7. Achtergrond                      8. Motorische vaardigheden

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Opdracht

  1. Kies een kaartje
  2. Lees de tekst
  3. Voer de opdracht uit
  4. Gezamenlijke terugkoppeling

Kaartjes op basis waarvan je kan differentiëren 

1. Voorkennis 
2. Cognitieve vaardigheden
3. Metacognitieve vaardigheden
4. Affectieve vaardigheden 
5. Leervoorkeuren  

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Cheatsheet:
Online tools
Apps voor je telefoon
WACKER-methode
STARRT-methode
WIL-Key methode
STRAK-methode
Scrum



Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie

Slide 40 - Slide

This item has no instructions