Français Ithaka
1 / 26
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Waar wordt Frans gesproken?
A
Alleen in Frankrijk
B
Alleen in België en Frankrijk
C
Alleen in Zwitserland, Frankrijk en Canada
D
Over de hele wereld
Slide 2 - Quiz
Slide 3 - Slide
une pizza
un coca
un thé
un croissant
Slide 4 - Drag question
Baguette
Tour Eiffel
Croissant
Fromage
Slide 5 - Drag question
En France, on mange ....
des escargots
des macarons
des pains au chocolat
des croissants
Slide 6 - Drag question
une baguette
un croissant
la confiture
une boulangerie
un café
un restaurant
Slide 7 - Drag question
Zee-egel
Kikkerbilletjes
Slakken
Tong van koe
Slide 8 - Drag question
Eiffeltoren
Sacré-Coeur
Louvre
Notre-Dame
Arc de Triomph
Slide 9 - Drag question
Slide 10 - Open question
Wie is deze Franse meneer
A
Louis X
B
Napoleon
C
Julius Caesar
D
Hannibal
Slide 11 - Quiz
Wat is de bijnaam van het Franse elftal?
A
Les verts
B
Les bleus
C
Les rouges
D
Les blancs
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
Hoe hoog is die Eiffeltoren eigenlijk?
A
324 meter
B
501 meter
C
106 meter
D
253 meter
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Slide 17 - Slide
Wat betekent 'comment tu t'appelles'?
Slide 18 - Open question
Wat betekent: 'Je m'appelle Luc'?
Slide 19 - Open question
Comment ça va?
A
Hoe heet je?
B
Heb je een cavia?
C
Hoe gaat het?
D
Waar woon je?
Slide 20 - Quiz
Ça va très bien!
A
Het gaat wel!
B
Het gaat heel goed!
C
Mijn cavia heet Bien.
D
Het gaat slecht!
Slide 21 - Quiz
Je suis triste...
A
Ik ben blij.
B
Ik ben Triste kwijt.
C
Ik ben verdrietig.
D
Ik ben boos.
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Video
Slide 24 - Slide
Tu parles français?
Tu es français?
Tu habites où?
Tu as quel âge?
Comment tu t'appelles?
Salut, ça va?
Ben je Frans?
Hoe oud ben je?
Hoi, hoe gaat het?
Waar woon je?
Hoe heet je?
Spreek je Frans?
Slide 25 - Drag question
Ken jij de getallen al in het Frans? Sleep de Franse getallen naar de juiste cijfers!
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
neuf
dix
deux
six
cinq
un
huit
quatre
sept
trois
