Grammatica - enkelvoudige/samengestelde zinnen, hoofd- en bijzin, voegwoorden
Hoofdstuk 4.7
Enkelvoudige en samengestelde zinnen.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 4.7
Enkelvoudige en samengestelde zinnen.
Slide 1 - Slide
Aan het eind van deze les...
weet je wat een enkelvoudige zin is
weet je wat een samengestelde zin is
kun je hoofd- en bijzinnen van elkaar onderscheiden
weet je welke voegwoorden bij welke zinnen passen
weet je wat een antoniem is
Slide 2 - Slide
Uitleg
Enkelvoudige en samengestelde zinnen
Slide 3 - Slide
Weet jij wat een enkelvoudige zin is? Schrijf er eens eentje op!
Slide 4 - Open question
Weet jij wat een samengestelde zin is? Schrijf er eens eentje op!
Slide 5 - Open question
Enkelvoudige en samengestelde zinnen
Een enkelvoudige zin is een zin met één persoonsvorm en één onderwerp. De jongen scoorde een 9 voor zijn toets.
Een samengestelde zin is een samenstelling van twee of meerdere zinnen en heeft twee of meer persoonsvormen. De jongen scoorde een 9 voor zijn toets, maarwas toch ontevreden.
Slide 6 - Slide
Ik vond de roman 'Het leven is vurrukkulluk' mooi, omdat het boek zo veel humor bevat.
Wat zijn de pv's?
A
vond, bevat
B
vond, is
C
is, bevat
D
er zitten 3 pv's in
Slide 7 - Quiz
Ik vond de roman 'Het leven is vurrukkulluk' mooi, omdat het boek zo veel humor bevat.
Wat is het voegwoord?
A
mooi
B
het boek
C
omdat
D
ik
Slide 8 - Quiz
Ik vond de roman 'Het leven is vurrukkulluk' mooi, omdat het boek zo veel humor bevat.
Enkelvoudige of samengestelde zin?
A
enkelvoudig
B
samengesteld
C
geen van beide
Slide 9 - Quiz
Samengestelde zin! Hoe gaat het dan met zinsdelen?
Ik vond de roman 'Het leven is vurrukkulluk' mooi, omdat het boek zo veel humor bevat.
[Mevrouw Vos gaat nu op het digibord kleuren]
Slide 10 - Slide
Hoofdzin en bijzin
Slide 11 - Slide
Hoofdzin
Onderwerp en pv staan naast elkaar: Hij koopt vanmiddag dat boek voor mij en ik zorg voor het eten.
Er kunnen geen woorden tussen het onderwerp en de pv
Hij *niet koopt vanmiddag een boek.
Bevat de belangrijkste informatie uit de samengestelde zin:
Als het niet regent, koopt hij vanmiddag een boek voor mij.
Slide 12 - Slide
Bijzinnen
Tussen ow en pv kunnen andere zinsdelen staan: Als hij vanmiddag dat boek voor mij koopt, zorg ik voor het eten.
Pv vaak achteraan in de zin; de info is minder belangrijk.
Bijzin is 'niet af'. Als het niet regent, (zin is niet af, je weet dat er nog info volgt => dus het is een bijzin)
Slide 13 - Slide
Samengestelde zin! Wat is hier dan de hoofdzin en wat is de bijzin?
Ik vond de roman 'Het leven is vurrukkulluk' mooi, omdat het boek zo veel humor bevat.
[Mevrouw Vos gaat weer op het digibord tekenen].
Slide 14 - Slide
Samengestelde zin
Let op: er is altijd minimaal één hoofdzin!
Twee hoofdzinnen (nevenschikkend)
Een hoofd- en een bijzin (onderschikkend)
Een hoofd- en twee bijzinnen, etc. (onderschikkend)
Bevat vaak komma (bv. tussen twee pv's)
Slide 15 - Slide
Voegwoorden bij hoofdzinnen: dus, en, maar, want
(nevenschikkende voegwoorden)
Ze vliegen vandaag naar Malaga, maar het is daar nu best koud.
Hij koopt vanmiddag dat boek voor mij en ik zorg voor het eten.
Hij eet vanavond pastaof hij eet vanavond pizza.
Ik kom te laat op school, wantde bus komt niet opdagen.
Slide 16 - Slide
Voegwoorden die bijzinnen inleiden: wanneer, hoewel, omdat, zodat, toen, als,...
(onderschikkende voegwoorden)
Als het niet regent, ...
Hoewel het laat is, ...
Omdat je het boek zo leuk vindt,...
Slide 17 - Slide
Kijk eens naar deze samengestelde zinnen en de rode woorden. Wat valt je op?
- Hij houdt niet van vis, maar hij lustwel kibbeling.
- Ik werk niet op woensdag, mijn man werkt daarentegen wel op woensdag.
- Een hotel is luxe, een tent is juist eenvoudig.
- Ik werk altijd binnen, in tegenstelling tot een boer die altijd buiten werkt.