HC 6: Ontwikkelingssamenwerking & de toekomst van globalisering

Globalisering
1 / 44
next
Slide 1: Slide
GlobaliseringHBOStudiejaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Globalisering

Slide 1 - Slide

Lesdoelen H5
  • Benoemen van handelsfactoren die van invloed zijn op de wereldeconomie en ontwikkelingslanden.
  • De nadelen van grondstofuitvoer voor ontwikkelingslanden kunnen noemen. 
  • Het belang van stabiele grondstofprijzen voor ontwikkelingslanden kunnen omschrijven. 
  • De verschillende vormen van protectionistische maatregelen die landen doorvoeren kunnen beschrijven en haar eventuele gevolgen. 
  • Verklaren wat oorzaken zijn voor ontwikkelingslanden van het hebben van buitenlandse schulden. 
  • Verklaren welke gevolgen ontwikkelingslanden hebben door buitenlandse schulden. 
  • Vestigingsplaatsoverwegingen van bedrijven kunnen noemen.
  • De verschillende vormen van globaliseringsideologieën kunnen uitleggen.
Begrippen
  • Handelsbalans 
  • Ruilvoet 
  • Protectionisme 
  • Liberalisering 
  • Het internationale kapitaal verkeer 
  • Buitenlandse schulden 
  • HIPC initiatief 
  • EBA initiatief

Slide 2 - Slide

Bespreking vragen H5
vragen op OnderwijsOnline

Slide 3 - Slide

Lesdoelen H6
  • Het kunnen beschrijven van de actualiteit met betrekking tot de problematiek rondom ontwikkelingslanden. Het kunnen geven van adequate voorbeelden van invloed van beleid op ontwikkelingslanden.  
  • Redenen geven die verdeling van inkomen en bestrijding sociale ongelijkheid geven, door middel van:
- Onderwijs  
- Werkgelegenheid  
- Self help  
- Vervullen basisbehoeften  
  • Weten wat de millenniumdoelen zijn.  
  • Het kunnen geven van diverse bestedingsdoelen van hulp  
  • Het kunnen geven van het verschil tussen ontwikkelingshulp en ontwikkelingssamenwerking.  
  • Het kunnen beschrijven van de invloed die de politiek heeft op het te voeren ontwikkelingsbeleid.  
  • Het kunnen benoemen van de SDG's en de koppeling naar de milleniumdoelen.  
  • De impact van de nieuwe plannen in de EU (European Green Deal) en de V.S. (Green New Deal)  kunnen benoemen.
  • Het kunnen toepassen van de genoemde begrippen in nieuwe situaties: welke zijn van belang voor de specifieke casuistiek?

Slide 4 - Slide

"Marshall hulp" voor ontwikkelingslanden 
Diverse initiatieven gestart:




1. Truman, 1949: EC hulp aan onderontwikkelde gebieden
2. 1954: Food for Peace program (voedsel V.S. naar 3e wereld (L.A.) verscheept)
3. 1961: John F. Kennedy: Alliance for Progress ('60: ontwikkelingsdecennium / Peace Corps)

Slide 5 - Slide

Ontwikkelingshulp: redenen
Landen die voormalige koloniale betrekkingen hadden, zagen eerder een noodzaak in het geven van ontwikkelingshulp aan hun ‘achtertuin’. 
De VS deden dat o.a. ook met militaire hulp als motief.

Bij NL en Scandinavië → humanitaire gewin (belangrijker dan economische gewin of versterking van politieke belangen)


Pragmatische kant van hulp (Van den Berg & Ojik, 1995)
Ontwikkelingssamenwerking = een soort verzekeringspremie

Slide 6 - Slide

EC groei → welvaartsvermeerdering 
Jaren '50 en '60 stonden in het teken daarvan. Aantal landen profiteerden, NIC’s zijn voorbeeld. 
 
Overgrote deel profiteerde niet; oorzaak
  1. Wereldconjunctuur zit tegen
  2. Stijgende prijzen aardolie en industrieproducten (zie LessonUp HC5) 
  3. Dalende prijzen agrarische producten en delfstoffen → verslechtering ruilvoet
→ Behoefte aan ontwikkelingshulp ↑

Opvallend: sociale ongelijkheid ↑ (focus ontwikkelingshulp '70 verbreed naar socio-EC terrein)

Slide 7 - Slide

'70: herverdeling inkomens & bestrijden sociale ongelijkheid 
Instrumenten
  1. Onderwijs
  2. Werkgelegenheid
  3. 'Self-help'
  4. Vervullen van basisbehoeften
Gefaald
De exportwaarde van arme landen is structureel te laag:

Zijn landen meer gebaat bij betere toegang tot markten (voor export) dan hulp van rijke landen?

Slide 8 - Slide

De balans opmaken: VN Zuid-Commissie (1990) 
De conclusie, olv. Julius Nyerer, is: geen vooruitgang geboekt met armoedebestrijding
 

1. Self-reliance
Kritiek op de ontwikkelingslanden zelf: kansen voor eigen mogelijkheden wel gaan benutten
2. Gebrek aan samenwerking tussen landen
Intensievere Zuid-Zuid en Noord-Zuid samenwerking 
3. Good governance (beter landsbestuur)

Slide 9 - Slide

Commissie Brandt (1991)
  1. Tegenstellingen tussen Oost en West jarenlang voedingsbodem geweest voor conflicten in ontwikkelingslanden 
  2. Militaire uitgaven drastisch verminderd na val Berlijnse Muur
  3. Eind maken aan Westers protectionisme
  4. VN-Norm: 0,7% van BBP
Gevolg: eisen aan hulp ↑
  1. Goed bestuur 
  2. Naleving mensenrechten
  3. Beperking van militaire uitgaven

Slide 10 - Slide

Onstaan van aandachtsvelden binnen ontwikkelingssamenwerking 
  1.  Conflictpreventie- en bemiddeling 
  2.  Respect voor de mensenrechten 
  3.  Humanitaire hulp 
  4.  Opbouw civiele samenleving 
  5.  Goed bestuur 
  6.  Democratisering 
  7. Autonomie voor vrouwen

Slide 11 - Slide

Ontwikkelingsconcepten: van Duurzame Ontwikkeling (DO) tot de Millenniumdoelen
Duurzame Ontwikkeling (begrip uit VN rapport van Brundtland Commissie (1989)): 
 ‘Een ontwikkeling die tegemoetkomt aan de behoeften van het heden zonder die van komende generaties in gevaar te brengen’.

Duurzaam is in dit geval niet alleen betrekking op fysieke omgeving of leefmilieu, maar ook op instandhouding van samenleving door een rechtvaardiger verdeling van schaarse hulpbronnen.

Slide 12 - Slide

Milleniumdoelen (2000)

Slide 13 - Slide

Aard en bestemming van hulp 
Al eerder genoemde verschijnselen
Tekort op de handelsbalans (trade gap)
Door geringe opbrengst uit export in verhouding tot de kosten van import
Gebrek aan investeringskapitaal (investment gap)
Door te geringe belastingopbrengsten & binnenlandse besparingen

Slide 14 - Slide

Daarnaast onderscheid tussen...
Noodhulp
Directe noden tgv oorlog, natuurramp en mislukte oogsten door het geven van tenten, voedsel, kleding, water, medische hulp
Projecthulp
Structureel van aard, specifiek

grafiek = 2016
Programmahulp
Bilateraal, ook wel budgetsteun, geld wordt gebruik voor: algemene middelen of waterbeheer, schuldverlichting, importsteun. Heet sinds jaren ’90 ook wel sectorhulp; hulp bedoeld voor bepaalde sectoren (bv. Landbouw/onderwijs)

Slide 15 - Slide

Waaraan wordt hulp besteed? 
Bereidheid

Slide 16 - Slide

De internationale donorgemeenschap en NL 
Overgrote deel van ontwikkelingshulp komt van rijke landen in DAC (Development Assistance Committee). 

Daarnaast wordt door niet bij het DAC geregistreerde landen, alsmede door multinationals en miljardairs geld gegeven aan ontwikkelingslanden
Official Development Assistance (ODA) 2017
official development assistance (ODA)
https://public.tableau.com/views/AidAtAGlance/DACmembers?:embed=y&:display_count=no?&:showVizHome=no#1

Slide 17 - Slide

Welke organisaties in NL zorgen voor hulp?
MFO’s (Medefinancieringsorganisaties) bestaan uit:
- ICCO   
 - Hivos   
 - Cordaid Memisa   
 - Oxfam/Novib   
 - Plan Nederland 








 Daarnaast nog andere NGO’s als:   
 - Warchild    
 - Unicef NL    
 - Wilde ganzen    
 - SOS kinderdorpen    
 - Leprastichting   
 - Edukans 




Ook SNV’s (stichting Nederlandse vrijwilligers) die vrijwilligers naar ontwikkelingslanden sturen (technici, verpleegkundigen, landbouwkundigen, etc).  
 

Slide 18 - Slide

Sustainable Development Goals
Doelen (17)

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

SDG's: nog een weg te gaan

Slide 21 - Slide

De toekomst van globalisering
Mondiale cultuur? Veramerikanisering?
  • Voertaal
  • Businessmodel
  • Munteenheid
  • Wapenarsenaal
Verantwoordelijkheid van wereldspelers
  • Karl Polanyi
  • VS, BRICS, etc.
  • Grotere transparantie & verantwoordelijkheid
  • Thema's: klimaat, sociale ongelijkheid, welvaart
Global New Deal
  • ethisch en moreel juist
  • democratische en egalitaire mondiale orde
  • universele mensenrechten beschermen, zonder culturele diversiteit te verliezen

Slide 22 - Slide

De toekomst van globalisering: global new deal (UN)

Slide 23 - Slide

Samenwerkingsopdracht: EGD vs GND
  • 4 video's in  totaal (1 interactief)
  • Subkanalen overleggen
  • Opdracht: welke overeenkomsten en verschillen zijn er tussen de EGD(European Green Deal) en de GND(Green New Deal)?

Slide 24 - Slide

De toekomst van globalisering: European Green Deal (2019)

Slide 25 - Slide

De toekomst van globalisering: European Green Deal (2019)
  • Video (5:08)
  • 8 meerkeuzevragen

Slide 26 - Slide

8

Slide 27 - Video

01:16
(1/8) Waarom is het belangrijk dat de scheepvaart strengere regels krijgt?(meerdere antwoorden zijn juist)
A
stoken van ruwe olie stoot meer Co2 uit dan diesel
B
de binnenvaart loopt volledig vast
C
havens kunnen de overslag niet meer aan
D
ze werken nog niet met co2-certificaten

Slide 28 - Quiz

01:44
(2/8) Welk probleem wordt er genoemd?
A
Overheden heffen teveel belasting
B
overheden subsidiëren fossiele brandstoffen
C
De EU heeft een lastige wet ingevoerd

Slide 29 - Quiz

01:54
(3/8) Waar wil de EU straks minder geld aan uitgeven? (2 juist)
A
industrieparken
B
salarissen
C
landbouw
D
infrastructuur

Slide 30 - Quiz

01:55
(4/8) Waar wil de EU straks meergeld aan uitgeven?
A
visserij
B
klimaatbescherming
C
onderwijs
D
gezondheidszorg

Slide 31 - Quiz

02:43
(5/8) wat zal steeds voor problemen zorgen?
A
stroperige wetten
B
financiering
C
handelsverdragen
D
verkiezingen

Slide 32 - Quiz

03:31
(6/8) Waarom vind hij dit plan niet ambitieus genoeg?
A
te weinig geld
B
doelen zijn nog geen reductie

Slide 33 - Quiz

04:02
(7/8) Welke 3 redenen noemt hij tegen de European Green Deal?
A
doelen stellen staat niet gelijk aan de reductie van uitstoot
B
Salarissen van bestuurders van vervuilende bedrijven gaat omhoog i.p.v. omlaag
C
kapitalisme heeft dit veroorzaakt --> dat kan het zelf niet oplossen
D
huidige vorm van eco.groei + klimaatbescherming gaat niet samen

Slide 34 - Quiz

05:06
(8/8) welke praktische acties worden er genoemd?
A
quota op autoproductie
B
stopzetten subsidies op LPG-projecten
C
stoppen met nieuwe wegen aanleggen
D
havens per direct sluiten

Slide 35 - Quiz

Green New Deal
Voorstanders & tegenstanders
  • Video 1 (7:30) = voorstander
  • video 2 (8:24) = tegenstander
  • subkanalen discussiëren
  • opdracht : geef een genuanceerd beeld van de GND

Slide 36 - Slide

De toekomst van globalisering: green new deal! (V.S., 2019)

Slide 37 - Slide

De toekomst van globalisering: Green New Deal?

Slide 38 - Slide

European Green Deal vs Green New Deal
  • Subkanalen overleggen
  • Opdracht: welke overeenkomsten en verschillen zijn er tussen de EGD en de GND?

Slide 39 - Slide

Verwerking
  1. Maak per subkanaal een mindmap van HC 6(theorie slides) via GitMind (klik)
  2. Plaats de 'invite link' in de Class Notebook onder 'Mindmap HC 6'


Slide 40 - Slide

Wereldhandelsspel (Oxfam Novib)
Leerdoelen:
  • Internationale handel 
  • levensverwachting 
  • onderwijspeil 
  • BNP 
  • inkomensgelijkheid 
  • consumptie van goederen en diensten 
  • mondiale voetafdruk 
  • millenniumdoelen

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide