quiz klas 4h

Bonjour !
1 / 27
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Bonjour !

Slide 1 - Slide

Les objectifs d'apprentissage
 je kent:
  • belangrijke feiten over het Franstalig gebied.
  • hoofdzaken van de staatsinrichting
  • belangrijke gebeurtenissen uit de recente geschiedenis
  • belangrijke geografische gegevens
  • hoofdzaken van het onderwijssysteem
  • opvallende verschillen met de Nederlandse cultuur 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Hoeveel mensen spreken Frans over de hele wereld?
A
50 miljoen
B
75 miljoen
C
85 miljoen
D
100 miljoen

Slide 4 - Quiz

welk getal is deux cent quatre-vingt-treize?
A
230
B
243
C
293
D
283

Slide 5 - Quiz

Als je crudités bestelt, dan krijg je...
A
schaaldieren
B
rauwkost

Slide 6 - Quiz

Hoe heette Frankrijk in de tijd van de romeinen?
A
Normandie
B
Gallië
C
Bretagne
D
Grande- Bretagne

Slide 7 - Quiz

Le nom romain pour Paris (de Romeinse naam voor Paris)est....
A
Arelate
B
Augustodonum
C
Lugdunum
D
Lutetia

Slide 8 - Quiz

welke sport wordt er gespeeld tijdens le tournoi des 5 nations?
A
voetbal
B
ternnis
C
rugby
D
polo

Slide 9 - Quiz

Waar is de zetel van het Europees parlement?
A
Straatsburg
B
Brussel
C
Parijs
D
Lille

Slide 10 - Quiz

welke soldaat ligt begraven onder de arc de triomphe?

Slide 11 - Open question

Il y a combien d'habitants en France?
A
46 million
B
96 million
C
66 million
D
86 million

Slide 12 - Quiz

Wie was de Gaulle?
A
een beroemde sportman
B
een beroemde staatsman
C
een uitvinder

Slide 13 - Quiz

Wat was de bijnaam van Louis XIV?
(Lodewijk de 14e)

Slide 14 - Open question

wat bedoelt de ijsverkoper als hij vraagt: quel parfum?

Slide 15 - Open question

Vrai of faux: Québec is de franstalige provincie van Canada?
A
vrai
B
faux

Slide 16 - Quiz

hoe heet het Franstalige deel van België?

Slide 17 - Open question

Hoe heet de schrijver van Les Misérables?
A
Alexandre Dumas
B
Victor Hugo

Slide 18 - Quiz

zet de volgende zin in de futur:
Il fait du tennis
A
Il fairas du tennis
B
Il fera du tennis
C
Il fairont du tennis
D
Il ferent du tennis

Slide 19 - Quiz

Wat betekent mineur in de zin: Interdit aux mineurs
A
mijnwerker
B
minderheid
C
minderjarige
D
minderwaardige

Slide 20 - Quiz

diner
gouter
déjeuner
petit-déjeuner
1
2
3
4

Slide 21 - Drag question

wat is de hoofdgodsdienst van Frankrijk?

Slide 22 - Open question

Comment s'appelle l'hymne national de la France (het Franse volkslied)
A
La Marseillaise
B
La Parisienne
C
Le chant des Paris
D
La concorde

Slide 23 - Quiz

Wat betekent 'laicité'?
A
de strikte scheiding van kerk en staat
B
de vrijheid van geloof
C
de culinaire fijnproeverij
D
de Franse gastronomie

Slide 24 - Quiz

Wat is "une pression"?
A
B
C
D

Slide 25 - Quiz

Geef met een smiley aan hoe je deze quiz vond
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

Slide 27 - Slide