Uitwerking Utrechtse methode
✅ Utrechtse methode toegepast op deze casus
Stap 5 – Morele argumenten bij elke optie
Optie 1: De jongen mag stoppen met insuline
Deze keuze respecteert zijn autonomie (hij beslist zelf), maar brengt zijn gezondheid ernstig in gevaar. Het principe van ‘niet-schaden’ wordt hierdoor geschonden. Ook zijn welzijn is in het geding. De rechtvaardigheid kan onder druk komen te staan als hij hierdoor extra zorg nodig heeft.
Optie 2: Je probeert hem te overtuigen om door te gaan
Hiermee bescherm je zijn gezondheid en welzijn, wat past bij de principes ‘niet-schaden’ en ‘weldoen’. Maar het beperkt zijn autonomie, omdat je zijn wens niet volgt.
Optie 3: Je gaat met hem in gesprek en biedt extra begeleiding
Deze aanpak biedt ruimte voor zijn autonomie én beperkt mogelijke schade. Je informeert hem goed, waardoor hij beter kan beslissen. Alle vier de principes worden hiermee in balans gebracht: autonomie, niet-schaden, welzijn én rechtvaardigheid.