4.1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Wat gaan we doen vandaag:

- Introductie middeleeuwen

- uitleg 4.1 met interactieve opdrachten

- zelfstandig 4.1 maken

Wat weet jij van de Middeleeuwen?

MIDDELEEUWEN

• 
  

Sleep de de afbeelding naar de juiste tijd in de middeleeuwen

MIDDELEEUWEN

Monniken en ridders

Welke 3 groepen (standen) herkende je op de vorige afbeelding?

Boeren

edelen/ridders

geestelijken / monniken

MONNIKEN

geestelijken

- Mensen konden veel niet verklaren en zochten daarom hulp bij god

- Ze moesten door om goed leven lijden

- Hoe dat moest leerden geestelijken je (zij stonden dicht bij god

- In ruil hiervoor betaalden mensen de kerk belastingen

In de kloosters zag je veel kunst, monikken maakten dat zelf. Deze kunst moest ervoor zorgen dat iedereen zag hoe groot en goed God was. Hier zie je een gouden kruis en links staat een prachtig beeld.

Naast kunt deden de monikken en nonnen ook aan wetenschap. Zij onderzochten de wereld en het klooster was voor kinderen de enige plek waar zij les konden krijgen, een soort school dus.

In de middeleeuwen konden maar weinig mensen lezen en schrijven. Gelukkig konden de monikken en nonnen dat wel! In de kantlijn maakten zij vaak mooi en grappige tekeningen over het dagelijksleven. 

Wat gebeurden er allemaal in een klooster?

Video

Echt monnikenwerk!

Hoe heet het tijdvak van hoofdstuk 4?

1. Tijd van Grieken en Romeinen
2. Tijd van Monniken en Ridders
3. Tijd van Steden en Staten
4. Tijd van Jagers en Boeren

mannen in het klooster heten:

1. nonnen
2. ridders
3. abt
4. monniken

In welk periode is de tijd van monniken en ridders

1. Prehistorie
2. Oudheid
3. Middeleeuwen
4. Vroegmoderne tijd

Wie hoorden bij de Eerste Stand?

1. Adel
2. Burgers en boeren
3. Geestelijkheid
4. Ridders

Wat was Bonifatius?

1. ridder
2. monnik
3. Leenheer
4. koning

Hoe wordt een vrouwelijke monnik genoemd?

1. Monnika
2. Non
3. Vrouwelijke monnik
4. Mevr. Vos

Wie was Willibrord?

1. Een missionaris die de Friezen bekeerde
2. Een monnik die een liefdesgedicht schreef
3. De koning van een groot rijk
4. Een gelovige ridder met veel horigen

Noem minimaal 1 ding wat je nog niet zo goed goed begrepen hebt.

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Huiswerk

Maken van 4.1 online

Dit heb je af voor de volgende les