De Keynesianen gaan wel uit van loonstarheid en prijsrigiditeit.
Belangrijk punt van de Keynesianen
is dat de economie geholpen kan worden
door de overheid als de productie en
daarmee de werkloosheid te laag is.
Keynes kijkt naar de vraagkant.
Slide 3 - Slide
Monetaristen
De Monetaristen gaan ook uit van loonstarheid en prijsrigiditeit.
Echter, anders dan de
Keynesianen denken ze niet dat de
effectieve vraag een grote oorzaak
van te weinig productie is.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
De GA-curve
Bij klassieke economen is de GA-curve verticaal. Prijzen en lonen reageren onmiddellijk op veranderingen in het inkomen, er is sprake van perfecte loon-en prijsflexibiliteit. Het gevolg is dat iedere vraagimpuls tot een hogere inflatie leidt, maar niet tot een hoger inkomen. Monetair beleid en begrotingsbeleid zijn dan niet effectief.
Bij zowel Keynesianen als monetaristen is de GA-curve niet verticaal waardoor op de korte termijn het inkomen kan afwijken van de potentiële productie. Monetair en begrotingsbeleid zijn effectief: bij onderbesteding leidt het stimuleren van de vraag tot een hoger inkomen.
Slide 6 - Slide
De IS-curve
Keynesianen en monetaristen denken hetzelfde over de helling van de GA-curve. Zij verschillen echter van mening over de kracht van het begrotingsbeleid en het monetaire beleid. Je kunt de opvatting van Keynesianen en monetaristen over de IS-curve als volgt samenvatten:
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Keynesianen vs. de klassieken
Klassieken
Keynes
Gaat uit van aanbod: al het aanbod wordt verkocht. Productie varieert.
Gaat uit van de vraag: effectieve vraag fluctueert: onderbesteding en overbesteding. Productie is constant.
Loon is kostenpost
Loon zorgt voor bestedingen
De onzichtbare hand van de markt zorgt vanzelf voor nieuw evenwicht.
Conjunctuurbewegingen zorgen voor nieuw evenwicht. Anti-cyclisch beleid nodig.
Slide 9 - Slide
Keynes vs Klassieken
Keynes
Klassieken
korte termijn
lange termijn
conjunctuur
structuur
anticyclisch beleid
laissez-fair beleid
productiecapaciteit is niet maximaal
productiecapaciteit is maximaal
KT: prijzen en lonen zijn star, aanbodlijn is horizontaal/vakker. Stimuleren is zeer effectief: BBP zal stijgen tot max productie.
LT: Prijzen en lonen zijn flexibel, verticale aanbodlijn. Stimuleren is zinloos. Productie zal niet stijgen.