T7 P5 Hart- en vaatziekten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Het bloed in slagaders van de grote bloedsomloop is altijd zuurstof rijk, en in de aders zuurstof arm.

Bij de kleine bloedsomloop is dit precies andersom

1. waar
2. niet waar

De grootste slagader in je lichaam heet de ......

In een slagader zitten kleppen, in een ader niet.

1. waar
2. niet waar

De wand van een slagader is een stuk dikker en steviger. Dat moet ook want.....

Alleen bij de haarvaten kunnen stoffen uitgewisseld worden tussen de weefsels en het bloed. Waarom kan dit niet bij de slagaders of aders?

Waarom is de Poortader zo bijzonder?

Hart- en vaatziekten

Programma:

• De leerdoelen
• De bloeddruk
• Slagaderverkalking
• Infarct
• Hartritme

Leerdoel paragraaf 5

• Je moet oorzaken en gevolgen van hart- en vaatziekten kunnen noemen. Ook moet je kunnen aangeven hoe je de kans op hart- en vaatziekten kunt verkleinen  

De bloeddruk

 Bloeddruk is de druk die bloed uitoefent op de bloedvaten. Hoe meer druk, hoe hoger de bloeddruk.

Vrouwen hebben over het algemeen een lagere bloeddruk dan mannen.

Bij een lage bloedruk kun je eerder last hebben van duizeligheid of kou.

Een constant hoge bloeddruk is slecht voor de aderen. Dit zorgt voor een groter risico op andere hart- en vaatziekten.

Slagaderverkalking

Bij beschadigde aderen kan sneller een ophoping van Cholesterol ontstaan.

Deze ophoping kan een vernauwen of zelfs bloedvat afsluiten

Infarct

Bij een infarct blijft een bloedpropje hangen in een haarvat en sluit deze zo de bloedtoevoer af.

Zonder bloed en dus zuurstof kunnen weefsels afsterven.

Hartritme 

Het hart slaat niet altijd in hetzelfde ritme, bij sport of rust verandert het tempo.

Bij een hartritmestoornis is het tempo/ ritme lange tijd verstoord.