Spelling H4 en 5, vwo 3, les 7

Welkom!
  • Betogen: bijna klaar!
  • Huiswerk nakijken: opdr. 2 t/m 4 
  • Uitleg koppelteken en weglatingsstreepje
  • Even oefenen
  • mk. 6, 7, 8 en 10
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
  • Betogen: bijna klaar!
  • Huiswerk nakijken: opdr. 2 t/m 4 
  • Uitleg koppelteken en weglatingsstreepje
  • Even oefenen
  • mk. 6, 7, 8 en 10

Slide 1 - Slide

Opdracht 2
  • 1 GGD - Gemeentelijke Gezondheidsdienst (initiaalwoord)
  • 2 hbo - hoger beroepsonderwijs (initiaalwoord)
  • 3 hsl - hogesnelheidslijn (initiaalwoord)
  • 4 i.p.v. - in plaats van (afkorting)
  • 5 km/h - kilometer per uur (symbool)
  • 6 LAKS - Landelijk Aktie Komitee Scholieren (letterwoord)
  • 7 mln. - miljoen (afkorting)
  • 8 n.o.t.k. - nader overeen te komen (afkorting)


Slide 2 - Slide

Vervolg opdracht 2
  • 9 OM - Openbaar Ministerie (initiaalwoord)
  • 10 prof - professor; professional (verkorting)
  • 11 z.g.a.n. - zo goed als nieuw (afkorting)
  • 12 zoab - zeer open asfaltbeton (letterwoord)

Slide 3 - Slide

Opdracht 3
  • 1 acquired immune deficiency syndrome - aids
  • 2 Algemene Nederlandse Wielrijdersbond - ANWB
  • 3 België, Nederland, Luxemburg - Benelux
  • 4 bij geen gehoor - b.g.g.
  • 5 Buitenlandse Zaken - BZ
  • 6 in zeer goede staat - i.z.g.st.
  • 7 jongstleden - jl.
  • 8 millimeter - mm

Slide 4 - Slide

Vervolg opdracht 3 
  • 9 naar aanleiding van - n.a.v.
  • 10 Sociaal-Economische Raad - SER
  • 11 vergelijk - vgl.
  • 12 Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering - WAO

Slide 5 - Slide

1 outfit 
2 beeldhouwer
3 cadeautje
4 chauffeur
5 havermout
6 ijskoud
7 journalist
8 kabouter
9 nauwelijks
10 nauwkeurig
11 pauze
12 route
13 rauwkost
14 saucijs
15 slasaus
16 trauma
17 trouwen
18 wenkbrauw


Slide 6 - Slide

Koppelteken en weglatingsstreepje

Lesdoelen:

Je weet wanneer en waar je een koppelteken en een weglatingsstreepje in een woord moet plaatsen.

Slide 7 - Slide

Gebruik koppelteken (1)


  • in samenkoppelingen, die anders onoverzichtelijk worden:
staakt-het-vuren, doe-het-zelfzaak, peper-en-zoutstel

  • in samenstellingen, tussen klinkers die je ook samen kunt uitspreken, de zogenaamde ‘botsende klinkers’: aa, ae, ai, au, ee, ei, eu, ie, ii, oe, oi, oo, ou, ui, uu en i+j, i+ij, e+ui): bio-industrie, café-eigenaar, massa-immigratie (maar: juryuitspraak, rijangst, massaontslag)

  • in samenstellingen van twee gelijkwaardige woorden:
chef-kok, hotel-restaurant, rooms-katholiek









Slide 8 - Slide

Gebruik koppelteken (2)
  • bij letters, cijfers, andere tekens, afkortingen en St of Sint:
&-teken, AOW-leeftijd, Sint-Bavokerk, vwo-leerling

  • bij aardrijkskundige namen, of woorden die daarvan afgeleid zijn:
Noord-Italië, Zeeuws-Vlaanderen, ‘s-Gravenhage, Nieuw-Zeelandse

  • in woorden met de voorvoegsels adjunct-, aspirant-, bijna-, ex-, interim-, kandidaat-, leerling-, niet-, non-, oud-: bijna-ongeluk, ex-man, interim-manager en voor een hoofdletter bij de voorvoegsels anti-, oer-, on- en pro-: anti-Russisch, on-Nederlands, pro-Amerikaans

Slide 9 - Slide

Gebruik weglatingsstreepje
  • als je een deel van een woord weglaat: voor- en tegenspoed (voorspoed en tegenspoed), kooklessen en -cursussen (kooklessen en kookcursussen), basis- en voortgezet onderwijs (basisonderwijs en voortgezet onderwijs).


Let op: gebruik geen weglatingsstreepje als je een heel woord weglaat: kleine en grote bedragen, nationale en wereldkampioenschappen.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Even oefenen
Kies bij de volgende slides het juiste antwoord.

Slide 12 - Slide

Verenigde Staten
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken

Slide 13 - Quiz

auto onderdeel
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 14 - Quiz

haat liefdeverhouding
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 15 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
dvd collectie
B
dvd-collectie

Slide 16 - Quiz

Koppelteken: ja of nee?
assistent + bondscoach
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Waar doe je het weglatingsstreepje?
A
Hij geeft autorijlessen en auto-.
B
Hij geeft autorijlessen en -cursussen.

Slide 18 - Quiz

Waar komt het weglatingsstreepje?

dinsdagavond en woensdagavond
A
dinsdag- en woensdagavond
B
dinsdagavond en woensdag-
C
-avond en woensdagavond
D
dinsdagavond en -avond

Slide 19 - Quiz

Waar komt het weglatingsstreepje?

coronatest en coronavaccin
A
coronatest en corona-
B
coronatest en -vaccin
C
-test en coronavaccin
D
corona- en coronavaccin

Slide 20 - Quiz

Opdracht

Blz. 130-133

Maak opdracht 6, 7 en 8. 


Slide 21 - Slide

Werkwoordspelling
Bij spelling komt ook elke keer werkwoordspelling terug. Veel van jullie vinden de werkwoordspelling lastig. Op de volgende slide staat een filmpje met een uitgebreide uitleg over de werkwoordspelling. Bekijk dit filmpje goed!

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Opdracht
Blz. 132-133
Maak opdracht 11 en 12

Vind je dit lastig, bekijk het filmpje op de vorige dia goed. 

Slide 24 - Slide

Extra oefenen

Via de eerste onderstaande link kom je op cambiumned waar je extra kunt oefenen met werkwoordspelling. Via de tweede link kom je een pagina met extra uitleg over de werkwoordspelling.

https://www.cambiumned.nl/oefenen/spelling/werkwoordspelling/

https://www.cambiumned.nl/theorie/spelling/werkwoordspelling/

Slide 25 - Slide