Ballondebat

Welkom!
Ga lekker zitten. 
Je telefoon mag je bij je houden.
Log vast in in deze LessonUp. 

Je hebt nodig:
  • je schrift
  • een pen.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
Ga lekker zitten. 
Je telefoon mag je bij je houden.
Log vast in in deze LessonUp. 

Je hebt nodig:
  • je schrift
  • een pen.

Slide 1 - Slide

Ballondebat

Slide 2 - Slide

Doelen:
- je leert met humor en creativiteit het publiek te overtuigen
- je leert hoe je overtuigend presenteert door stemgebruik, oogcontact en houding. 

Slide 3 - Slide

Situatie
Een heteluchtballon met 5 bekende personen. De ballon staat op neerstorten.

Alle spullen die gemist kunnen worden, zijn al overboord gegooid zoals tassen en drinken. 
Dit is helaas nog niet voldoende. 
Er zit niets anders op, vier ballonvaarders zullen uit de ballon moeten springen.

Eén iemand kan dus maar in de ballon blijven en overleven. Maar wie? 



Slide 4 - Slide

Ballondebat werkwijze:
Ronde 1: vijf belangrijke personen zitten in een luchtballon en vertellen in één minuut waarom zij in de luchtballon moeten blijven en de wereld niet zonder hen kan. 
Stemming: 2 personages worden uit de ballon gestemd (3 blijven).
Ronde 2: drie belangrijke personen zitten nu nog in de luchtballon. Zij speechen waarom één van de andere uit de ballon moet en de wereld makkelijk zonder hen kan.
Stemming: wie mag in de ballon blijven? 
Nabespreken: wat was de tactiek van de winnaar? 

Slide 5 - Slide

1. Wie ben je?
- 1 minuut bedenktijd 

-Je kunt kiezen uit veel verschillende personages, denk aan: 
Donald Trump, Martien Meiland, Pippi Langkous, Koning Willem Alexander, Pino.....
timer
1:00

Slide 6 - Slide

2. Voorbereiding
Bedenk zoveel mogelijk argumenten waarom jij zeker niet overboord moet. 

Je hebt 5 minuten om deze persoon voor te bereiden. 
Gebruik duidelijke argumenten en leef je in in de persoon. 
Je maakt een speech van 1 minuut. 
Overtuig je klasgenoten!
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Wiel draaien, welke persoon komt in de ballon?

Slide 8 - Slide

3. Debatteer

De vijf bekende personen komen in de ‘luchtballon’ staan: 
  • Ieder houdt zijn speech van 1 minuut.
    Waarom ben ik onmisbaar? 
  • Als je debatteert let je op je stem, oogcontact met de klas en je houding 
  • De anderen luisteren aandachtig, maken eventueel aantekeningen. 


timer
1:00

Slide 9 - Slide

Stemming na ronde 1:
Het publiek mag nu stemmen: 
De twee ballonvaarders met de minste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas en de andere ballonvaarders.

Wie moet er blijven?

Slide 10 - Slide

Welke ballonvaarder moet zeker blijven?
nummer 1
nummer 2
nummer 3
nummer 4
nummer 5

Slide 11 - Poll

4. Debatteer
De drie overgebleven ballonvaarders krijgen vijf minuten om hun speech voor te bereiden; 
- Waarom moeten de ándere personages uit de ballon? 
En waarom kan de wereld prima zonder hen?

De spreektijd is wederom één minuut per ballonvaarder. 
In deze ronde moeten de ballonvaarders dus uitleggen waarom de ándere personages uit de ballon zouden moeten.
timer
5:00
timer
1:00

Slide 12 - Slide

Stemming na ronde 2
Het publiek mag nu stemmen: 
De twee ballonvaarders met de meeste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas.


Wie moet er uit de ballon?

Slide 13 - Slide

Wie moet de ballon verlaten?
nummer 1
nummer 2
nummer 3

Slide 14 - Poll

5. Nabespreken
Wat was de tactiek van de winnaar; 
hoe dacht hij of zij het publiek voor zich te kunnen winnen? 

Slide 15 - Slide

Wat vond jij goed aan ronde 2?

Slide 16 - Open question

Wat heb je geleerd?

* Als debater let tijdens het debatteren op je stem, houding.
* Als debater houd je tijdens je speech oogcontact met de klas.
* Als debater gebruik je sterke argumenten.
* Als publiek heb je een debater beoordeeld op zijn/haar manier van debatteren.

Slide 17 - Slide

Hoe vond je het ballondebat?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll