werkwoordspelling bevrijding
1 / 22
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Wij ......... elk jaar de bevrijding
(vieren-tt)
(vieren-tt)
Slide 4 - Open question
Slide 5 - Slide
De soldaten ..... voor onze vrijheid.
(vechten-vt)
(vechten-vt)
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Slide
Oma heeft ..... over de oorlog.
(vertellen-vtd)
(vertellen-vtd)
Slide 8 - Open question
Slide 9 - Slide
Hij .... bloemen bij het monument.
A
leggen
B
legde
C
legd
D
legt
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
De mensen ... stil tijdens de herdenking.
A
is
B
zijn
C
waren
D
was
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
De vlag ... uit het raam.
A
hangt
B
hing
C
hangde
D
hang
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
We hebben kaarsjes... .
A
aansteken
B
aangesteken
C
aanstaken
D
aangestoken
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Slide
Zij ... trots naar de optocht.
A
kijkt
B
kijk
C
keek
D
kijken
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Slide
Mijn opa ... erbij toen de stad bevrijd werd.
A
is
B
was
C
waren
D
zijn
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
De burgemeester ... elk jaar een toespraak.
A
houd
B
hout
C
houdt
D
hield
