BS thema 3 NED les 1: debatteren

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Nederlands in thema 3




                      Juridisch en taal.... Wat heeft dat met elkaar te maken denk je?

Slide 2 - Slide

Hier wil je dat ze nadenken over wat we zouden kunnen doen. 

Dus debatteren, verslagen schrijven, monoloog houden voor een rechtszaak.  etc.

Dan werken we toe naar ons leerdoel voor thema 3: spreken/gesprekken.
Waarom is taal belangrijk bij
dit thema: juridisch?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat leer je vandaag?
        Je weet wat het verschil is tussen een discussie en een debat
        Je herkent goede argumenten 
        Je kunt zelf goede argumenten uitdragen
       

               We gaan oefenen met debatteren...

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Na thema 3:
-Snap je hoe je een goede monoloog houdt
-Weet je hoe je een duidelijk gesprek voert
-Kun je debatteren

                WHY? Examen spreken/gesprekken!  In de volgende periode?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Een debat...
Is hetzelfde als een discussie
Is geen discussie
Is een discussie met regels
Ik heb geen idee

Slide 6 - Poll

This item has no instructions

Debat
Een debat is een discussie met regels

  • georganiseerd over een onderwerp
  • voor- en tegenstanders
  • spelregels, bijvoorbeeld over tijd
  • een jury/beoordeling op het einde

Slide 7 - Slide

Een debat wordt georganiseerd over een specifiek onderwerp en en er doen sprekers aan mee van wie je van tevoren weet dat ze het met elkaar oneens zijn over dat onderwerp.
Zij worden verdeeld in voorstanders en tegenstanders.
Ook worden vooraf een aantal ‘spelregels’ afgesproken. Bijvoorbeeld dat het debat maximaal een half uur duurt. Daarnaast is het bijna altijd zo dat er een derde groep mensen is die de voor- en tegenstanders proberen te overtuigen. Deze mensen nemen aan het einde van het debat een beslissing over wie het het beste gedaan heeft. De debaters proberen dus niet elkaar te overtuigen maar het publiek of de jury.
Discussie


  • Een discussie ontstaat als je het met iemand ergens over oneens bent. 
  • Je probeert de ander dan te overtuigen van je gelijk door het aanvoeren van argumenten. 
  • Soms lukt dat, soms niet.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Trucjes voor argumenten
  • Feiten geven 
  • Deskundigheid van jezelf of iemand anders noemen.  
  • Voorbeelden uit eigen ervaring - persoonlijk maken!
  • Inspelen op de gevoelens van iemand anders.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoe ziet een debat eruit?


1. Opening voorstanders
2. Reactie tegenstanders
3. Reactie voorstanders
4. Afsluiting tegenstanders 
5. Jury-beslissing met argumenten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

OPDRACHT
Bekijk deze video en  denk na over de stelling:

"Dat de jongen is veroordeeld voor straatintimidatie is overdreven"

  • Bedenk minimaal twee argumenten vóór deze stelling
  • Bedenk minimaal twee argumenten tegen deze stelling

Slide 11 - Slide

Als het kan in duo's aan de slag (bij 4 of 8 personen) 
2 tegen de stelling
2 voor de stelling 

Bij 8 personen: twee stellingen doen. 
Bij 6 personen: groepjes van 3


Werkwijze
  • We splitsen op in breakout rooms.

Voorzitter/tijdbewaker/jury: 2 studenten
Voorstanders: 2 studenten
Tegenstanders: 2 studenten 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Werkwijze in de breakout room:
  • Rollen verdelen
  • Voorbereiden (2 min.) 
1. Opening voorstanders (1 min.)
2. Reactie tegenstanders (1 min.)
3. Reactie voorstanders (1 min.)
4. Afsluiting tegenstanders (1 min.) 
  • Jury kiest winnaar (na overleg). Met tips en tops.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Hoe ging het debatteren?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

This item has no instructions

Slide 15 - Video

Als er nog ruimte is.

Slide 16 - Video

This item has no instructions