Oefenen kunstbeschouwing

Oefentoets 
Kunstanalyse
Toets over beeldende begrippen
Beeldende begrippen toe passen op kunstwerken
Veel succes!
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute V

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Oefentoets 
Kunstanalyse
Toets over beeldende begrippen
Beeldende begrippen toe passen op kunstwerken
Veel succes!

Slide 1 - Slide

wat is het verschil tussen voorstelling en vormgeving?
A
voorstelling is hoe iets wordt weergegeven, vormgeving wat er wordt weergegeven
B
voorstelling is wat er wordt weergegeven, vormgeving is hoe iets wordt weergegeven
C
voorstelling is op toneel, vormgeving is bij beeldende kunst
D
voorstelling vertelt een verhaal, vormgeving 'vertelt' een emotie

Slide 2 - Quiz

Voorstelling is
A
een toneelstuk
B
dat wat je ziet
C
een droom
D
iemand voorstellen

Slide 3 - Quiz


Aspecten van de voorstelling


Aspecten van de vormgeving
Dit stilleven verbeeld de sterfelijkheid van de mens
Door het clair obscure lichtgebruik wordt de dramatiek van het werk versterkt
Op dit schilderij staat onder andere een schedel en een glas afgebeeld
Het geheel is heel diagonaal geordend

Slide 4 - Drag question


A
kikvorsperspectief
B
vogelvluchtperspectief
C
lijnperspectief

Slide 5 - Quiz

clair obscur?
A
licht donker contrast
B
lijnperspectief

Slide 6 - Quiz

mimiek
A
stofuitdrukking
B
gezichtsuitdrukking

Slide 7 - Quiz

grime
A
dialoog op podium
B
schmink

Slide 8 - Quiz

Dynamiek
Consonant
Medium shot
Absolute muziek
Montage
Kikvorsperspectief
Koppel de juiste definitie met het juiste begrip
De klanksterkte van de de muziek (volume)
Prettig in het gehoor liggende samenklank/akkoord
Gemiddelde camerafastand; pwerosnen worden getoond van hoofd tot middel
De ordening van opgenomen beeld en geluid
Abstracte muziek; muziek waarbij het gaatom de vorm en niet het verhaal
Standpunt waarbij de toeschouwer tegen alles opkijkt

Slide 9 - Drag question

Als er in een vraag over een opera staat 'noem aspecten van de vormgeving van de muziek'. Over welk onderdeel kun je het dan het dan NIET hebben.
A
Toon
B
Instrumentatie
C
Tempo
D
Kostuums

Slide 10 - Quiz

choreografie
A
samenhang van kleuren en vormen
B
In samenhang met geluid en/of muziek, decor en kostuum, belichting en locatie

Slide 11 - Quiz

een concertante uitvoering van een muziek
A
een muziek stelling bedoelt om op te dansen
B
een muziek voorstelling om te luisteren

Slide 12 - Quiz

dynamiek in muziek
A
tempo
B
klanksterkte

Slide 13 - Quiz


A
medium shot
B
long shot
C
distant shot
D
close up

Slide 14 - Quiz

Leg uit wat er bedoeld wordt met atonale muziek

Slide 15 - Open question

Dit schilderij is:
A
non-figuratief
B
abstract
C
geabstraheerd
D
figuratief

Slide 16 - Quiz

Hiernaast zie je
A
een kleur tegen kleur contrast
B
twee primaire kleuren
C
twee secundaire kleuren
D
een complementair kleurcontrast

Slide 17 - Quiz

Hiernaast ontstaat de suggestie van ruimte door:
A
lijnperspectief
B
de voorstelling
C
licht-donker
D
groot <=> klein

Slide 18 - Quiz

Hier wordt de ruimte voornamelijk gesuggereerd door:
A
afsnijding
B
lijnperspectief
C
standpunt
D
atmosferisch perspectief

Slide 19 - Quiz

montage
A
ordening van vormen en kleuren in schilderij
B
ordening van beeld en geluid in film

Slide 20 - Quiz


A
medium shot
B
long shot
C
distant shot
D
close up

Slide 21 - Quiz

Leg adhv een voorbeeld uit hoe geluid een scène in een film spannender kan maken

Slide 22 - Open question

Hiernaast is er sprake van:
A
Groot kleurcontrast
B
Gebruik van keuren uit een kleurfamilie
C
Gebruik van warme kleuren
D
Grote tooncontrasten

Slide 23 - Quiz

De grote donkerblauwe geëmailleerde koffiekan trekt de meeste aandacht. Wat is daarvan de oorzaak?

Sleep de juiste antwoorden naar het juiste antwoord.
GOED!
FOUT!
Heeft een primaire kleur
Heeft een ronde vorm
Staat in de punt van een driehoeks-compositie
Heeft een heel donkere kleur
Staat precies in het midden
Heeft een opvallende structuur

Slide 24 - Drag question