41.Stunde 3HV 24/25

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Herzlich Willkommen

                  1.Setz dich bitte.

                  2. Lege dein AB, TB, Heft und Kuli auf den Tisch.

                 3. Ruhe.

Prüfungungen  (Periode 3)

week 20:    16/5 (vrijdag)                 Cit- Luistertoets (3x)

week 23:      5/6 (donderdag)         Toets: K3+ K4: WS/ Gr

week  26 ( toetsweek):                      Lezen + WB??

week   24 :    15/6 zondag : deadline inleveren vlog ( cijfer is optioneel)

Week 16 : Mailopdracht ( Feedback) 

                       

Wie war das doch wieder mit den Wechselpräpositionen?

Schreibe alles auf 

Ergänze

1. Ich stelle mein Fahrrad an...........Mauer (v.)

2.Wir lesen ein Buch ( over de)........................ Weltkrieg (m.)

3. ( een week geleden) ............................... war ich krank.

4. Wir fahren heute in......................Stadt(v.)

5. Er setzt sich (tussen zijn)...............Freunde.....

Ergänze

Lieb.........Aaron,

Schön, dass du jetzt auch in mein...........Stadt Hamburg wohnst. Sollen wir morgen in.................Stadt gehen, dann können wir zusammen  ( noem 3activiteiten die jullie kunnen doen in Hamburg)........................................................

Liebe Grüße,

Mees

Lernziel

 Du kannst einen informellen Brief auf Deutsch schreiben.

Du kannst passend auf einen informellen Brief reagiern

Du kennst die Regeln in Bezug auf Briefe schreiben

Lernziel

 Du kannst einen informellen Brief auf Deutsch schreiben.

Du kennst die Regeln in Bezug auf Briefe schreiben

Du kannst über deine Stadt Informationen geben

Programm

HA- Kontrolle /  Ha für Donnerstag

Aufgaben besprechen

Briefe vergleichen - Kriteria besprechen

Brief schreiben- zu zweit verbessern- eine neue Version schreiben

HA für Donnerstag

Lernen:         

K4: L1 -L5 WS lernen + Grammatik+  RM: L3

Aufgaben  besprechen

K4: L3: S.29/30/ Nr.11,12,14

Briefe vergleichen

Kriterien besprechen

Briefe schreiben

Reagiere passend auf einen Brief. Denke an die Kriterien / Grammatik.  

Viel Spaß

Welk cijfer geef je voor het schrijven van een brief/ mail in het Duits en waarom? Wat ging goed? Waar moet je nog aandacht aan besteden?

1

2

3

4

5

Aufgaben  besprechen

K4: L1: S.8/Nr. 2-4 

K4: L1: S.12 Nr. 8-10 

K4: L2: S.15/Nr. 1

K4: L2: S.19/20 Nr. 7-10 

Die Welle

We kijken samen naar de film Die Welle

Lernziel

Aan het einde van de film kun je de impact van groepsdynamiek begrijpen aan de hand van de film Die Welle.

Die Welle

Was siehst du auf dem Foto? Beschreibe.

Was bedeutet der Titel?

www.google.nl

Die Welle

Worum soll es in diesem Film gehen? 

Die Welle

Project op school

Leerlingen laten ervaren hoe groepsdruk werkt

Project liep uit de hand

Moest worden stop gezet

Stelling: een dictatuur is vandaag de dag in Nederland niet meer mogelijk

JA

NEE

Mijn vrienden(groep) heeft grote invloed op me

Ja

Nee

Als mijn VRIENDEN vragen of ik voor hen wil liegen, doe ik dat

ja

nee

Als mijn VRIENDEN vragen om voor hen te stelen, zou ik dat uiteindelijk wel doen

ja

nee

Groepsgevoel : je nuttig voelen "erbij horen".

ik zou daar zeker gevoelig voor zijn

Ik ben daar ongevoelig voor

7/2 - Regel

Als je de vragen ( WO/ WOHIN) niet kan toepassen, is er sprake van 7/2-regel

auf en über : 4e naamval/ rest: 3e naamval

7/2 - Regel

Als je de vragen ( WO/ WOHIN) niet kan toepassen, is er sprake van 7/2-regel

auf en über : 4e naamval/ rest: 3e naamval

  7/2-Regel

Gaat het niet om een plaatsbepaling en kun je niet wo/wohin vragen? --> 7/2-regel (vaak figuurlijke dingen)

'Wir warten auf d..... Bus'

Je wacht niet echt op de bus, wo/wohin kun je niet vragen. Dan krijgen auf+über de vierde naamval en de anderen krijgen derde naamval.

de vz +3/+4 = an, auf, hinter, neben, in, über, unter, vor, zwischen

wo+ 3/ wohin +4 (waar/ waarheen)

Hij staat achter je!  (wo/wohin?)

.... steht hinter ..... !

zij staat tussen ons! (wo/ wohin?)

.... steht zwischen .... !

het springt op je

Die Katze  springt auf ... (wo/wohin)

Tijdsbepaling en keuzevoorzetsels

Was haben wir letzte Stunde gemacht?

Was ist unser Lernziel?

Liebe Carlijn,

Wie geht es dir? Ich freue mich riesig auf deinen Besuch. Ich habe schon die ganze Woche geplant. Berlin ist super groß. Ich werde dir alle Sehenswürdigkeiten zeigen. Am ersten Tag werden wir den Reichstag besuchen. Danach will ich dir den Fernsehturm zeigen.......

Bis bald. 

Liebe Grüße,             Marie

Du schreibst eine Mail über deine Stadt

Was brauchen wir für diese Mail? Welche Info? Welche Grammatik?Wortschatz?

Du schreibst eine Mail über deine Stadt 

• Info über Stadt: Sehenswurdigkeiten/ Ausgehmoglichkeiten
• Stadtplan: Wegbeschreibung
• WS: Stadt/ Dorf/ Wegbeschreibung/ Essen + Trinken
• GR: Verben(werkwoorden)/ werden( worden)/ naamvallen/                 keuzevoorzetsel

Wie schreibt man eine Mail?

Wie sieht der Aufbau einer Mail aus?

Wie schreibt man eine Mail?

1.Einleitung: Begrüßung ( passend)

2.Mit der Einleitung zum Inhalt hinführen

3.Im Hauptteil  Informationen übermitteln

4.Mit einem positiven Schlusssatz abrunden

5.Freundliche Grußformel nutzen

6.E-Mail mit deiner Signatur „unterschreiben“