1. Natuurrampen in Japan

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Natuurrampen in Japan

Hoofdstuk 7

Belangrijk

Op de iPad alleen op LessonUp

Luisteren naar elkaar en docent

Stil tijdens zelfstandig werken

Waarschuwing 1: naam 

Waarschuwing 2: streepje + strafwerk

Waarschuwing 3: Time Out

Dit hoofdstuk:

We doen alles in LessonUp

Info uit het boek & opdrachten per paragraaf in de lessen

Verdeling in groepen:

Zelfstandig (toets 6,5 of hoger)

Extra uitleg (toets lager dan 6,5)

In de les:

1. Eerste paar minuten basisuitleg

2. Zelfstandige groep aan de slag, uitleggroep maakt de eerste opdrachten samen

3. Iedereen zelfstandig aan het werk

De groepen

Gele groep:

Je doet mee met de volledige uitleg. Je maakt de gele en paarse opdrachten.

Iedereen die dat wil, mag meedoen met de gele groep.

Paarse groep:

Je doet mee met de basisuitleg. Daarna maak je zelfstandig de paarse opdrachten. Als je snel klaar bent maakt je de groene opdrachten.

Groene groep:

Je doet niet mee met de uitleg, maar gaat direct zelfstandig aan het werk. Je maakt de paarse en groene opdrachten.

Dit hoofdstuk

Natuurrampen in Japan

Aarbevingen, vulkanen, tsunami's...

En daardoor ook andere rampen

Leerdoelen

1) Je kan benoemen welke natuurrampen er vaak in Japan voorkomen

2) Je weet uit welke lagen de aarde is opgebouwd

3) Je kan uitleggen wat endogene en exogene krachten zijn

4) Je kan uitleggen waarom er in Japan aardbevingen en vulkanen voorkomen

Natuurrampen zijn rampen die alleen zijn veroorzaakt door de natuur. De mens kan daar niks aan veranderen.

Een natuurramp kan van binnenuit de aarde komen, of van buitenaf. We noemen dat endogene en exogene krachten.

Een aardbeving is dus endogeen; een orkaan is exogeen.

Om te snappen hoe endogene krachten werken, moet je weten hoe de aarde er vanbinnen uit ziet.

De opbouw van de aarde

1. Hoeveel verschillende soorten 'platen' heeft de aardkorst? En hoe heten die platen?

2. Op wat voor soort plaat ligt Nederland?

3. Hoe komt het dat platen bewegen?

4. Wat is het gevolg van het bewegen van die platen? Dus: wat merken wij ervan?

De buitenkant van de aarde is een dunne schil. Die schil bestaat uit verschillende stukken: platen.

De dikke platen zijn 30-70 kilometer dik. Daar liggen de continenten op: het zijn continentale platen.

De dunne platen zijn 1-7 kilometer dik. Die liggen onder oceanen: oceanische platen.

Daaronder is een vloeibare laag magma. Die is in beweging en daardoor drijven de aardplaten van hun plek af.

5. Welk van deze voorbeelden is geen natuurramp?

a. Een overstroming

b. Ontbossing

c. Orkanen

d. Een vulkaanuitbarsting

6. Welk van de voorbeelden bij 5 is een endogene kracht?

7. Bedenk zelf een voorbeeld van een exogene kracht.

8. Bekijk de afbeelding. Op welke plaat ligt Japan?

9. Aan welke platen grenst

die plaat?

10. De pijlen op de kaart

geven beweging aan. Op

hoeveel manieren kunnen

de platen bewegen?

11. Hoe bewegen de gele en de groene plaat? Naar elkaar toe, van elkaar af of langs elkaar?

Japan ligt in de buurt van veel breuklijnen tussen platen. Daardoor komen er veel aardbevingen en

vulkanen

voor in dit gebied.

We noemen dit gebied rondom de Grote Oceaan de Ring van Vuur.

De aardplaten kunnen verschillende kanten op bewegen.

1. Convergent: ze bewegen dan naar elkaar toe

2. Divergent: ze bewegen van elkaar af

3. Transform: ze bewegen langs elkaar

Klik op de afbeelding om de verschillende bewegingsrichtingen van de platen op de wereld te zien.

12. Bij welke richting van de aardplaten krijg je waarschijnlijk de minst zware aardbeving? Leg je keuze uit.

13. Bij welke beweging denk je dat bergen ontstaan? Leg je keuze uit.

14. Als twee platen uit elkaar bewegen, komt er niet zomaar een gat in de aarde. Wat gebeurt er wel? Denk aan de aardlaag die onder de platen zit.

Tip: kijk dit filmpje nog eens terug.

Bij Japan gebeurt iets vreemds met de aardplaten. De ene plaat schuift daar onder de andere. Dat gaat niet vloeiend, maar met schokken. Dat zijn aardbevingen.

Er ontstaan zo ook vulkanen. Daar leer je in de volgende paragraaf meer over.

15. Bekijk het plaatje op de vorige dia. Welke kant bewegen de platen bij Japan op? Convergent, divergent of transform?

16. Hoe heten de twee platen die bij Japan botsen?

17. Welk van die twee platen schuift bij Japan onder de ander?

14. Wat gebeurt nadat een plaat wegduikt? Beschrijf:

a. Waar de plaat die naar beneden gaat, heen gaat (welke aardlaag)

b. Wat er in die aardlaag te vinden is

c. Wat er waarschijnlijk gebeurt met de plaat die wegduikt

15. Bij Japan verdwijnt een stuk plaat in de aarde. Waar komt dat stuk plaat weer terug?

16. Vat deze paragraaf samen. Doe dit op de manier die je zelf het fijnst vindt, bijvoorbeeld:

- Mindmap

- Samenvatting

- Met afbeeldingen

Denk aan:

- De leerdoelen van de paragraaf

- De blauwe begrippen

- De punten die je zelf lastig vindt