VTT-training

VTT-training: 
regelmatige wwn
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NT2Hoger onderwijs

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

VTT-training: 
regelmatige wwn

Slide 1 - Slide

We zijn bijna aan het einde van Deel 9 gekomen. In deze LessonUp maken we  een oefening op het perfectum. Ik geef ook meer uitleg bij taak 5.

Klik op het pijltje onderaan om verder te gaan.
Sleep de afbeeldingen naar de bijhorende verba.
klikken
bevestigen
wijzigen
annuleren
verwijderen

Slide 2 - Drag question

In deze oefening moeten jullie de afbeeldingen verbinden met het juiste verbum. Klik op de afbeelding en sleep ze naar het juiste vakje.

Je kan je antwoorden controleren door onderaan op “controleren” te klikken. Als je klaar bent, klik je op het pijltje om verder te gaan.
Sleep de afbeeldingen naar de bijhorende verba.
aanmelden
afmelden
sluiten
uitprinten

Slide 3 - Drag question

In deze oefening moeten jullie de afbeeldingen verbinden met het juiste verbum. Klik op de afbeelding en sleep ze naar het juiste vakje.
Je kan je antwoorden controleren door onderaan op “controleren” te klikken. Als je klaar bent, klik je op het pijltje om verder te gaan.
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
de foto - Jan - klikken - op

Slide 4 - Open question

Is de sleepoefening gelukt? Heel goed! We gaan nu het perfectum van deze verba inoefenen. 

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum. 

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
haar afspraak - Elise - bevestigen

Slide 5 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
Karel - op Facebook - zijn wachtwoord - wijzigen

Slide 6 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
zijn afspraak - Michiel - annuleren - bij de dokter

Slide 7 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
verwijderen - Carine -
haar account

Slide 8 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
ik - op Facebook - aanmelden - mij

Slide 9 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT. Gebruik deze woorden:
zich - van Facebook -
afmelden - Kobe

Slide 10 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
Lisa - het venster - sluiten

Slide 11 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Maak een zin in de VTT.
Gebruik deze woorden:
uitprinten - document - we - het

Slide 12 - Open question

In deze oefening moet je een zin maken met de woorden op het scherm. Je maakt een zin in het perfectum. Je gebruikt dus een vorm van hebben of zijn en het participium van het verbum.

Vul je antwoord in. Klik daarna op "bewaren". Als je wil controleren of je juist hebt geantwoord, klik dan op "toon uitleg". Als je klaar bent, klik je op het pijltje om naar de volgende vraag te gaan. 
Wat heb jij gisteren gedaan?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions