Oversteekplaats voor fietsers (les 12)

Oversteekplaats voor fietsers
1 / 16
next
Slide 1: Slide
VerkeerBasisschoolGroep 4,7

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oversteekplaats voor fietsers

Slide 1 - Slide

In deze les leer je: 

Wat een oversteekplaats voor fietsers is.

Belangrijke afspraken die gelden bij een oversteekplaats voor fietsers.

Tekens en verkeersborden die je tegen kunt komen bij een oversteekplaats voor fietsers.

Slide 2 - Slide

Oversteekplaats voor fietsers.

Op bepaalde plekken zijn speciale oversteekplaatsen voor fietsers aangelegd. Er zijn geen stoplichten, maar het is wel een plaats waar fietsers veiliger kunnen oversteken. Er zijn oversteekplaatsen waar fietsers voorrang hebben, maar er zijn ook plaatsen waar fietsers het andere verkeer voor moeten laten gaan. 

Slide 3 - Slide

Oversteekplaats voor fietsers.

Je moet dus goed kijken wie er voorrang
heeft. Dit kun je zien aan de markering op het wegdek, de haaientanden en de verkeersborden. Soms is de oversteek-
plaats ook rood gekleurd, zodat het beter opvalt.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Afspraken
Er zijn speciale oversteekplaatsen voor fietsers.

Wil je hier oversteken? Kijk dan goed wie er voorrang heeft.

Dit kun je zien aan de markering op het  wegdek, de haaientanden en de verkeersborden

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Je ziet een oversteekplaats
voor fietsers.
Welke uitspraak past bij
deze foto?
A
fietsers hebben hier voorrang.
B
De voorrang worden met verkeerslichten geregeld.
C
Fietsers kunnen hier van beide kanten oversteken.
D
Auto's moeten hier stoppen voor fietsers.

Slide 8 - Quiz


A
De auto heeft voorrang.
B
De fietser heeft voorrang.

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Hoe kan je zien dat de fietser geen voorrang heeft?

Slide 11 - Open question

Op de eerste rijbaan komen geen auto's aan, dus steekt Nienke over. Op de tweede rijbaan komen wel auto's aan.
A
In het midden van de oversteekplaats moet Nienke stoppen.
B
Nienke moet hard doorfietsen.

Slide 12 - Quiz

Waar waarschuwt
het verkeersbord voor?
A
Pas op! Fietsers hebben hier voorrang!
B
Pas op! Er volgt een plaats waar fietsers van 2 kanten oversteken.

Slide 13 - Quiz

Steekt Pim
veilig over?
A
Nee, er komt een auto. Pim moet de auto voorrang geven.
B
Ja, de auto is er nog niet. Pim kan doorrijden.

Slide 14 - Quiz

Als de auto dichterbij was
geweest, wat had hij
dan moeten doen?
A
Pim had moeten stoppen.
B
De auto had moeten stoppen.

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video