26/10 3hLezen 1 en 2 vaste tekststructuren

Proefwerk (6 nov)
Je wordt getoetst op drie onderdelen, namelijk:
  • Spelling: de Brug (werkwoordspelling, p. 274) en H1 (p.34-37)
  • Grammatica H1 (p. 28-31)
  • Lezen H1 (p. 12-17) en H2 (p. 44-51)

Kijk mee in je boek of online.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Proefwerk (6 nov)
Je wordt getoetst op drie onderdelen, namelijk:
  • Spelling: de Brug (werkwoordspelling, p. 274) en H1 (p.34-37)
  • Grammatica H1 (p. 28-31)
  • Lezen H1 (p. 12-17) en H2 (p. 44-51)

Kijk mee in je boek of online.

Slide 1 - Slide

Data toets en opdrachten:
  • Deze week: inleveren schrijfopdracht 'stijlvormen'
  • Volgende week:  inleveren boekopdracht (samenvatting en sociogram)
  • Volgende week: proefwerk spelling, grammatica, lezen

Slide 2 - Slide

Wat gaan we deze les doen?

  • HH Lezen h1 en h2: vaste tekststructuren (uitleg & quiz)
  • Zelf maken Lezen H2 opdracht 4 (blz. 47-48) 
  • Bespreken opdr. 4

Slide 3 - Slide

7 vaste tekststructuren
1. aspectenstructuur
2. verleden/heden/toekomststructuur
3. voor-en nadelenstructuur
4. vraag-antwoordstructuur
5. argumentatiestructuur
6. probleem/oplossingstructuur
7. verklaringsstructuur

Slide 4 - Slide

H 1: Vaste tekststructuren
  • aspectenstructuur: Tekst met onderwerp & diverse verschillende aspecten
  • verleden/heden/toekomst structuur: Tekst met onderwerp & vroeger, nu, toekomst
  • voor- en nadelenstructuur: Tekst met onderwerp & voor- en nadelen
  • vraag/antwoordstructuur: Tekst met vraag & antwoord

Slide 5 - Slide

aspectenstructuur



inleiding > onderwerp

middenstuk > een aantal 

aspecten (deelonderwerpen)

slot > samenvatting

voor- en nadelenstructuur
 

inleiding > onderwerp - vraag  - stelling

middenstuk > de voordelen en de nadelen

slot > afweging en conclusie

    
     

        
          
          
            
          
          
       

        7
       

       

       
         
           
              Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
           
         
       

       
       
         
           
              Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
           
         
       

       
         
           
              Differentiëer
           
         
         

           
             
                Differentiëer
             
             
             

             
                Instellingen
             
           
         
       


       
   
     
 
   
   
   
   
   

   
   

   
   
     
       
          aspectenstructuur
       
     
   

   
   
     
        inleiding        > onderwerpmiddenstuk > een aantal aspecten (deelonderwerpen) slot                   > samenvatting
     
   

   
  
 

 
 
 
   
   
   
     
       
       
       
 
   
   
    Slide
 
 
       
       
     
   
 
       

       

       
   
   
     
     
   
 
     

     

     
   

Slide 6 - Slide

De argumentatiestructuur
  • inleiding: stelling / standpunt (soms als vraag)
  • middenstuk: argumenten voor de stelling / tegenargument (+weerlegging)
  • slot: herhaling stelling (of beantwoording vraag)
  • voorbeeldtekst: betoog

Slide 7 - Slide

Probleem/oplossingstructuur
  • inleiding: probleem
  • middenstuk: gevolgen // oorzaken // oplossingen
  • slot: de beste oplossing / samenvatting / aanbeveling

Slide 8 - Slide

De verklaringsstructuur
  • inleiding: bepaald verschijnsel
  • middenstuk: kenmerken / voorbeelden verklaringen /oorzaak / reden
  • slot: samenvatting

Slide 9 - Slide

oefenen 
5 vragen
Log in op LessonUp met code die je krijgt

Slide 10 - Slide

Welke tekststructuur herken je door tijdsaanduidingen in de tekst?
A
Verleden/heden (toekomst) structuur
B
Argumentatiestructuur
C
Voor/nadelenstructuur
D
Aspectenstructuur

Slide 11 - Quiz

Hoe heet de volgende tekststructuur?
Inleiding: onderwerp
Middenstuk: diverse onderdelen van het onderwerp
Slot: samenvatting

A
ASPECTENSTRUCTUUR
B
ONDERWERP STRUCTUUR
C
VOOR- EN NADELEN STRUCTUUR
D
VRAAG- EN ANTWOORD STRUCTUUR

Slide 12 - Quiz

Welke tekststructuur eindigt met de beste oplossing?
A
Vraag-antwoordstructuur
B
Probleem-oplossingsstructuur
C
Argumentatiestructuur
D
Verklaringsstructuur

Slide 13 - Quiz

Welke vaste tekststructuur is zeker niet geschikt voor een uiteenzetting?(informatieve tekst)
A
Een aspectenstructuur
B
Een vraag-antwoord-structuur
C
Een argumentatie-structuur
D
Een verklaringstructuur

Slide 14 - Quiz

Welke tekststructuur past niet bij het betoog?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
argumentatiestructuur
C
verklaringsstructuur
D
aspectenstructuur

Slide 15 - Quiz

Zelf maken opdracht 4 (p. 47-48)

Lezen H2 

Daarna bespreken.

timer
1:00

Slide 16 - Slide

1. Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 17 - Open question

3. Uit welke alinea's bestaat de inleiding?
A
1
B
1 en 2
C
1, 2, 3

Slide 18 - Quiz

4. Welke structuur heeft de tekst?
A
voor- en nadelenstructuur
B
aspectenstructuur
C
vraag- antwoordstructuur
D
verleden- heden (-toekomst)structuur

Slide 19 - Quiz

8. Wat is de grootste verandering in de informatievoorziening tussen vroeger en nu? (al. 6)

Slide 20 - Open question

10. Vul drie veranderingen op het gebied van werk uit alinea 8 in.

Slide 21 - Open question


12. Bedenk kopjes van één woord boven de alinea’s 2 tot en met 9; elke alinea krijgt dus een kopje.

Slide 22 - Open question