Zenuwstelsel deel 3

Zenuwstelsel deel 2
Pijn 10.6
aandoeningen zenuwstelsel 10.7
1 / 47
next
Slide 1: Slide
AFPMBOStudiejaar 2

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Zenuwstelsel deel 2
Pijn 10.6
aandoeningen zenuwstelsel 10.7

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat is het
gele
gebied?
A
voorhoofdskwab
B
achterhoofdskwab
C
slaapkwab
D
wandbeenkwab

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Als je pijn hebt. Wat doe je dan?
A
Ik schreeuw het uit, iedereen mag weten dat ik pijn heb
B
Een echte man/vrouw laat pijn niet zien
C
ligt eraan waar de pijn zit
D
Ligt eraan waar en met wie ik ben

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb hoofdpijn, ik zal toch geen hersentumor hebben?
A
Mate van afleiding
B
mate van angst
C
mate van controle gevoel
D
mate waarin pijn herinneringen oproept

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De vorige keer bij de tandarts deed de wortelkanaalbehandeling veel pijn
A
mate van afleiding
B
mate van angst
C
mate van controlegevoel
D
mate waarin pijn herinneringen oproept

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Gezichtsuitdrukkingen (gespannen gezicht)
Stemming (paniekerig, paniekreactie)
Geluiden (zoals kreunen, jammeren)
Fysiologische signalen (tranen)
Hoe noem je pijn die wordt veroorzaakt door beschadigingen in het zenuwstelsel?
A
Acute pijn
B
sensibele pijn
C
chronische pijn
D
neuropatische pijn

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Aandoeningen van zs
slaaparm/carpale tunnelsyndroom
migraine
hersenschudding
hersenvliesontsteking
epilepsie
MS (multiple sclerose)
ziekte van Parkinson
ALS 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slaaparm 
Tijdelijk tekort aan zuurstof en voedingsstoffen
verdrukking/verminderd bloedtoevoer
lichaamsdeel naar beneden hangen/schudden

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Carpale tunnelsyndroom
Afknelling van zenuw
carpale tunnel: tunnel in de pols waar zenuw en pezen lopen
krachtsverlies is hand, slaapgevoel

Behandeling
brace/spalk
operatie

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Migraine
Hoofdpijn in aanvallen (4 uur - 3 dagen)
Meer bij vrouwen als bij mannen
Uitlokkende factoren:
Stress, vermoeidheid, hormonale verandering
Prodromen (voorteken) vlekken, aura, sterretjes
Behandeling; rust, medicatie, uitlokkende factoren minimaliseren


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

              Hersenschudding
Ernst: 
Snelheid, Kracht, Leeftijd > 60 jaar complicaties groter en Bloedstolling
Symptomen
Bewusteloosheid, Misselijk, Hoofdpijn/nekpijn
Suf, verward, concentratie problemen, Wazig zien
Behandeling:
Wekadvies: (kan binnen 24 uur na klap een bloeding ontstaan)
Rust

Tekst

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Hersenvliesontsteking
We hebben3 hersenvliezen. Welke hoort er niet bij?
A
Harde hersenvlies
B
zachte hersenvlies
C
grote hersenvlies
D
spinnenwebvlies

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Hersenvliesontsteking
Ontstoken hersenvliezen viraal of bacterieel

Nekstijf, hoofdpijn, kin niet op borst doen, rood-paarse niet wegdrukbare vlekjes huid (petechiën), hoge koorts, verminderd bewustzijn


Diagnose: Lumbale punctie
Behandeling: antibiotica

Slide 14 - Slide

Bacterieel is ernstiger 
Epilepsie
Verstoring in prikkeloverdracht (kortsluiting)
Aanval

oorzaak
                                                         - in helft van de gevallen niet bekend
                        - hersenaandoening 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Triggers
uitlokkende factoren:
alcohol/drugs
lichtflitsen
slaaptekort/spanning/stress
menstruatie 
vergeten medicatie

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Gegeneraliseerde aanval 
Blz. 147 
Fase 1

Fase 2

Fase 3

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Hoe te handelen
Blijf kalm
neem 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Behandeling
Medicatie: anti-epileptica 
Ketogeendieet, operatie 
leefregels: zwemmen, autorijden, bedienen zwaar materieel
Hulphond

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

MS (Multiple Sclerose)
Aandoening czs
Auto-immuunziekte
begint voor 30e levensjaar 
myelineschedes beschadigen

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat is geen functie van de myeline(schede)?
A
gevormd uit steuncellen
B
informatie wordt sneller doorgegeven
C
laagje om een axon
D
afvoeren afvalstoffen uit de zenuw

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Symptomen
Afhankelijk van welke zenuwbaan de myeline beschadigd is;



Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Verloop MS
onvoorspelbaar
verloop en ernst verschilt per persoon
afwisseling klachten en (gedeeltelijk herstel)
2 fasen:
1. rr -fase( relapsing (opvlamming) en remitting (verdwijnen/verminderen symptomen)
2. progressieve fase: geen herstelfase meer 

Slide 25 - Slide

rr= relapsing (opvlamming) en remitting (verdwijnen/verminderen symptomen)
behandeling
Geen genezing
gezond leefpatroon
schub  =opvlamming van de ziekte
medicatie om schub te voorkomen/verkorten

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wat is een trigger?
A
Epileptische aanval
B
beschermlaag om de zenuw
C
Uitlokkende factor
D
symptoom van een ziekte

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Parkinson
Bepaa

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Ziekte van Parkinson
Wat is het?

Wat zijn symptomen?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Parkinson
Bepaa

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Spina Bifida
  • Spina Bifida is een chronische neurologische aandoening (van het zenuwstelsel: hersenen, ruggenmerg en zenuwen).
  • Meestal bevindt de spina bifida zich ter hoogte van het lendenwervels (lumbaal) en soms ter hoogte van het  heiligbeen (sacraal) of de borstwervels (thoracaal).
  • Spina bifida ontstaat in de eerste 3-4 weken van de zwangerschap, wanneer de ruggenwervels worden aangelegd.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Vormen spina bifida
1. Spina bifida occulta  (gesloten)
De wervelboog is open. Het ruggenmerg vertoont geen afwijkingen en
de huid is intact. Op de exacte plek kunnen wel onvolledig gevormde
wervels zijn wat voor ingezonken huid zorgt.  

2. Spina bifida aperta  (open)
Op de rug is een uitpuilende vochtblaas zichtbaar.  

Spina bifida aperta meningocele: vochtblaas met alleen vocht
Spina bifida aperta myelomeningocele: vochtblaas met vocht, ruggen-
merg en zenuwen

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Spina Bifida

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

spina bifida occulta 
(gesloten)
spina bifida aperta
(open)

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Behandeling Spina Bifida
Ziekenhuizen hebben vaak spina bifidateam, zodat behandeling, therapieën, operaties, hulpmiddelen makkelijk en goed afgestemd worden. Team bestaat uit: neuroloog, kinderarts, revalidatiearts, uroloog, orthopeed, maatschappelijk werker, orthopedagoog en oogarts.  

Prognose afhankelijk hoogte van het defect en de ernst van de weefselbeschadiging

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

ALS
ziekte van de zenuwcellen die de spieren aansturen.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

ALS
= amyotrofische laterale sclerose

  • Amyotrofie = verlies van spierweefsel
  • Lateraal = aan de zijkanten
  • Sclerose = verharding

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

ALS
ALS: Amyotrofische Laterale Sclerose (zenuw-/spierziekte)
  • 1500 mensen in Nederland
  • Meestal gediagnosticeerd tussen 40 en 60 jaar
  • Gemiddelde levensverwachting is 3 jaar na diagnose 
  • Slechts 20% leeft langer dan 20 jaar

Oorzaak en daarmee ook de behandeling is onbekend...

Slide 38 - Slide

Myo = Spier
Atrofisch = afsterven
Lateraal = aan de buitenkant
Sclerose = littekens
ALS 
ALS: Amyotrofische Laterale Sclerose (zenuw-/spierziekte)
  • Motorische zenuwcellen sterven langzaam af
  • Spieren krijgen steeds minder aansturing (spierzwakte)
  • 'Use it or lose it' -> spieren worden dunner en kleiner (atrofiëren)
  • Uiteindelijk raakt de patiënt verlamd

Alleen de zintuigen, spijsvertering en hart
blijven vaak intact.

Slide 39 - Slide

In de anatomie is het zo je lichaam zich aanpast naar jouw activiteit. Sport je veel, dan zal je grotere spieren krijgen, een beter uithoudingsvermogen en een sterkere hartspier. Gebruik je de hersenen veel (door te leren), dan krijg je meer en effectievere verbindingen tussen zenuwcellen. Gebruik je een lichaamsstructuur NIET, dan zal het kleiner of dunner worden, of minder effectief.
Prognose
Overlijden meestal binnen 3 jaar na diagnose
meestal aan ademhalingsproblemen

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Bij welke aandoening hoort:
geheugenverlies, wond op hoofd, duizeligheid, misselijk
A
hersenvliesontsteking
B
hersenschudding
C
Parkinson
D
Epilepsie

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Dwarslaesie

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

dwarslaesie                                      

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Dwarslaesie
  • ruggenmerg beschadigd (onderbreking zenuwbanen)
  • signalen vanuit hersenen kunnen niet meer alle delen van het lichaam bereiken

Uitval is afhankelijk van ...
  • de plaats van de beschadiging: hoe hoger in het ruggenmerg de beschadiging zit, hoe groter het gebied is dat geen signalen meer krijgt.
  • de grootte van de beschadiging: we spreken van een totale dwarslaesie als uw ruggenmerg helemaal onderbroken is, en van een partiële dwarslaesie als uw ruggenmerg voor een deel onderbroken is.

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Dwarslaesie

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Beschadiging
Plaats:




Grootte:
Totale dwarslaesie: ruggenmerg is helemaal onderbroken
Partiele dwarslaesie: ruggenmerg is voor een deel onderbroken


Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Plaats van dwarslaesie
Mate van verschijnselen afhankelijk van:
- plaats
- compleet of incompleet

Hoge dwarslaesie: vanaf eerste lendenwervels
Lage dwarslaesie: vanaf 12e borstwervel

Dwarslaesie word aangegeven met de eerste
letter van getroffen gebied en letter van
een cijfer van de zenuw.

Slide 47 - Slide

This item has no instructions