1HV_Chapitre 2_ABCD_WP2324

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Programme

Chapitre 2: Introduction

Parler: à la terrasse

Grammaire D: regelmatige werkwoorden op ER

Buts

• Ik weet waar hoofdstuk 2 over gaat.
  
• Ik begrijp een filmpje over Franse eetgewoonte.
• Ik kan een gesprek op een terras verstaan en voeren
• Ik kan de regelmatige werkwoorden op ER gebruiken

Chapitre 2

J'adore ça!

• Ik kan iets bestellen en iets kopen.
• Ik ken woorden die te maken hebben met eten en drinken.
• Ik ken de getallen tot en met 100.

Introduction p. 60-61

2c. Schrijf de woorden uit de film onder de juiste plaatjes.

Tip: de woorden staan ook bij 2a.

Ecoutez!

p. 63

D. Grammaire p. 72

Grammaire D: ER werkwoorden

préférer

détester

adorer

arriver

téléphoner

manger

préparer

aider

chercher

trouver

regarder

aimer

acheter

demander

parler

jouer

En nog veel meer....

Welke er-werkwoorden kennen we allemaal. Noteer ze op het bord met vertaling. Leerlingen nemen over.

Vervoegen?

Uitgangen?

Hoe dan?

je = ik

tu = jij

il = hij   /  elle = zij

nous = wij

vous = jullie (of u)

ils / elles = zij

De stam

De stam maak je door -ER van het hele werkwoord  af te halen. Achter de stam komen de uitgangen.

Bijvoorbeeld:

détester > détest

parler > parl

manger > mang

Exemple!

ik kijk          = je regarde

jij kijkt         = tu regardes

hij/zij kijkt = il/elle regarde

wij kijken      = nous regardons

jullie kijken = vous regardez

zij kijken       = ils/elles regardent

Nu jij!

Vervoeg het werkwoord: houden van = aimer

• j'aime
• tu aimes
• il/elle aime
• nous aimons
• vous aimez
• ils/elles aiment

Ezelsbruggetje

Weektaak

Maak:

• Paragraaf B: 9 + 10 + 11 + 12a
• Paragraaf D: 16 + 17 + 18 + 19

NAKIJKEN VIA SPELO.

Leer:

• Vocabulaire A + B p. 92
• Grammaire D p. 95

Hou het leerwerk direct goed bij!

De toets van Chapitre 2 is al in week 50 (over 4 weken)!

ex. 9

Un diner en l'air (p. 67)

Le verbe avoir

Exercice 1: https://www.liveworksheets.com/ap540514dd

Exercice 2: https://www.liveworksheets.com/tz1740918ev

quizlet.com

Apprends!

Vocabulaire A + B (p. 92)

Comment?

• Slim stampen
• WRTS
• Quizlet
• Overschrijven
• flitskaartjes maken
• Mindmap
• Plaatjes tekenen

quizlet.com

Phrases-clés C

Grandes Lignes en ligne

Chapitre 2

C. Phrases-clés

Exercice 13 abc

Tu préfères quoi?

Tu préfères quoi?

Tu préfères quoi?

Phrases-clés: à un terrasse

Parlez et travaillez à deux

Exercice 14 + 15

Hardop oefenen!

Fini? Apprends: voca A + B + Phrases-clés C (p. 92-94)

Traduis!

ik heb

wij hebben

jullie hebben

zij heeft

jij hebt

  avoir

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

tu

je/j'

                     avons

                          ont

                             ai

                        avez

                            as

                              a

Traduis: ik heb een broer

Traduis: wij hebben een zwembad

Traduis: Sophie heeft een hond

Traduis: jullie hebben een vis