03-06-2025 Sustainable living

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Good morning!

Today

Lesson Goals

1) BBC Newsround

2) Vocabulary Practice 

3) Grammar: if/when

Prepare for your Presentation

Lesson Goals

By the end of today's lesson, you will be able to...

- Use vocabulary that have to do with sustainable living

-Give your opinion on sustainable living

Vocabulary Practice

Ex. 49 a/b pg. 41

Theme Words: 

Sustainable Living

page 41

alternatives (alternatieven)

biodegradable(biologisch afbreekbaar)

conscious (bewust)

Eco-friendly (milieuvriendelijk)

Fairtrade (uit eerlijke handel)

Handmade (handgemaakt)

Locally grown (lokaal gekweekt)

Organic (biologisch)

Renewable (hernieuwbaar)

Responsibility (verantwoordelijkheid)

To recycle (recyclen)

To reduce (verminderen)

To reuse (hergebruiken)

To take action (in actie komen)

Grammar 11: if / when

page 45.

______ als je niet zeker weet of iets gaat gebeuren of om een voorwaarde aan te geven.

________ wanneer je wel zeker weet dat iets gaat gebeuren.

When

If

IF

WHEN

Als je zeker weet dat het gaat gebeuren

Als je niet zeker weet of het gaat gebeuren

op het moment dat

in het geval dat

If

When

Als het niet zeker is 

Als het zeker is 

Voorwaarde geven

Als

Toen/wanneer

water becomes ice

if you freeze it

we will swim every day

my clothes are wet

If it rains

when we go on holiday

(if/when) it rains tomorrow, we can't have a picnic.

1. If
2. When

My parents will buy me a car (if/when) I turn eighteen.

1. if
2. when

I'm going to London. I'll phone you (if/when) I get back.

1. if
2. when

We'll catch the train (if/when) we leave immediately.

1. if
2. when

Press this button ... the door doesn't open

1. if
2. when

... I get home, I will sit on the couch and relax for the rest of the evening.

Mister Sebel can still catch the train, ... he leaves right now.

... I go out, I always wear hight heels.

... you don't believe my story, ask Laura. She was there too.

My parents will buy me a scooter ... I'm 16.

I have to go now. I will finish my homework ... I get home.

... you don't like my present, I can get you something else.

... the weather stays good, we will go for a walk.

If

When

if

If

If

if

if

If

If

when

When

When

when

when

When

When

check:
Wanneer gebruik je 'when'?

1. als je niet zeker weet of iets gaat gebeuren
2. om iets te eisen
3. om een voorwaarde te stellen
4. als je zeker weet dat iets gaat gebeuren of als het wanneer betekent

Check:
Wanneer gebruik je 'if'?

1. als je niet zeker weet of iets gaat gebeuren
2. om een voorwaarde aan te geven
3. als je zeker weet dat iets gaat gebeuren
4. om iets te eisen

Homework

Chapter 4

• Ex. 54 a/b pg. 45
  
• Geplande taken: online book
• vocabulary Theme words, A, C, F.,G-page 50-51

Schrijfopdracht: met de Present Simple & present continuous over hoe zij 3 nieuwe ideeën kunnen implementeren thuis om meer duurzaam te wonen. 

Homework

Study Theme Words: Sustainable Living