De motorrijder ziet de jongen met de voetbal de straat op lopen en remt zo snel mogelijk. Maar voor hij stilstaat, legt hij nog een afstand af. Die afstand kun je in twee stukken verdelen:
• de reactie-afstand
• de remweg
De afstand van deze twee samen noem je de stopafstand.
stopafstand = reactie-afstand + remweg
Slide 23 - Slide
Stroom begrenzen
Als er stroom loopt door de NTC, wordt de NTC warmer. Daardoor wordt de meting minder nauwkeurig.
Oplossing: een gewoon weerstandje in serie met de NTC.
Slide 24 - Slide
Weerstand-temperatuur grafiek NTC
Slide 25 - Slide
NTC
Hoe warmer de NTC, hoe kleiner de weerstand, des te groter de stroomsterkte.
Slide 26 - Slide
Belangrijke woorden
Sensor
verwerker
actuator
LDR NTC
Bimetaal
Slide 27 - Slide
niet-ohmse weerstand: NTC
Bij een NTC wordt de weerstand kleiner als de temperatuur groter wordt.
Gebruikt bij temperatuursensor
Slide 28 - Slide
Grafiek NTC
Slide 29 - Slide
I-U grafiek van NTC
Slide 30 - Slide
Niet-ohmse weerstand
De weerstand is niet constant
NTC weerstand
Slide 31 - Slide
NTC
NTC is een tempratuurgevoelige sensor (weerstand).
Hoe hoger de temperatuur:
• des te kleiner is de weerstand van de NTC, en
• des te groter is de stroomsterkte die de stroommeter aangeeft.
Slide 32 - Slide
Stroom begrenzen
Als er stroom loopt door de NTC, wordt de NTC warmer. Daardoor wordt de meting minder nauwkeurig.
Oplossing: een gewoon weerstandje in serie met de NTC.
Slide 33 - Slide
Een temperatuursensor: NTC
Een NTC is een weerstand die van waarde verandert als de temperatuur verandert.
Lage temperatuur = grote weerstand
Hoge temperatuur = kleine weerstand
Slide 34 - Slide
Veranderlijke weerstand: NTC
Bij een NTC wordt de weerstand kleiner als de temperatuur groter wordt.
Gebruikt bij temperatuursensor
Slide 35 - Slide
NTC
De NTC is een weerstand die gevoelig is voor warmte, het is dus een temperatuursensor.
De NTC heeft een hoge weerstand bij een lagetemperatuur en
een lage weerstand bij hogere temperaturen
Slide 36 - Slide
PTC/NTC
Slide 37 - Slide
Voorbeelden niet Ohmse weerstand
NTC PTC LDR DIODE
Slide 38 - Slide
Automatische
schakelingen met een NTC?
Slide 39 - Slide
Hoe werkt een sensor?
Stel dat je een NTC schakelt met een normale weerstand van 100 Ω, kan je de stroomsterkte door en spanning over beide weerstanden uitrekenen. Bij een LAGE temperatuur heb je een HOGE weerstand bij de NTC.
Rtot=R1+R2=RNTC+R=400+100=500Ω
U=IR→Itot=RtotUtot=5005=0,01A
Itot=IR=INTC=0,01A
UNTC=INTC⋅RNTC=0,01⋅400=4V
UR=IR⋅R=0,01⋅100=1V
Slide 40 - Slide
Stroom begrenzen
Als er stroom loopt door de NTC, wordt de NTC warmer. Daardoor wordt de meting minder nauwkeurig.
Oplossing: een gewoon weerstandje in serie met de NTC.