H4 voeding en vertering-voedingsmiddelen en voedingsstoffen

 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen.
- Lees 4.1 in learnbeat
- Aanmelden op LessonUp

1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen.
- Lees 4.1 in learnbeat
- Aanmelden op LessonUp

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1. Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezel in voedingsmiddelen noemen.
2. Je kunt zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken.

Slide 2 - Slide

Voedingsmiddel: alles wat je eet of drinkt
Voedingsstof: De bruikbare bestanddelen in voedingsmiddelen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat zijn voedingsmiddelen?
A
Gezond leren eten
B
Middelen om voeding te maken
C
Alles wat we eten
D
Alles wat we eten en drinken

Slide 6 - Quiz

Wat is een voedingsmiddel?
A
eiwit
B
vet
C
koekje
D
koolhydraten

Slide 7 - Quiz

Wat is geen voedingsmiddel
A
Aardbei
B
Melk
C
Koolhydraten
D
Snoep

Slide 8 - Quiz

Dit voedingsmiddel is...
A
Plantaardig
B
Dierlijk
C
Zowel plantaardig als dierlijk
D
Niet dierlijk of plantaardig

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Functies voedingsstoffen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Voedingsvezels
Voedingsvezels: Plantaardige stoffen die je lichaam niet kan verteren.
Behoren tot de koolhydraten en zijn afkomstig van
celwanden.
+ Vezels zorgen voor een verzadigd gevoel (dat je voelt dat je vol zit).
+ Belangrijk voor een goede werking van de darmen

Slide 14 - Slide

Bekijk de afbeelding.
Welk voedingsmiddel kun je het
beste eten?
A
witbrood
B
croissant
C
bruinbrood
D
volkorenbrood

Slide 15 - Quiz

Voedingsvezels

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Aan de slag
4.1 Voedingsmiddelen en Voedingsstoffen

- Lees 4.1 door en maak de opdrachten.
- Maak een korte samenvatting

Leerdoelen behaald?

1. Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezel in voedingsmiddelen noemen.
2. Je kunt zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken.

Slide 18 - Slide

Wat gebeurd er bij darmperistaltiek?
A
Vet wordt verteerd
B
Verteringssappen worden aan het voedsel toegevoegd
C
Opname van voedingsstoffen
D
lengte en kringspieren duwen de voedselbrij voort

Slide 19 - Quiz

Bij darmperistaltiek..
A
zijn de kringspieren achter de voedselbrok aangespannen
B
zijn de kringspieren voor de voedselbrok aangespannen
C
zijn de lengtespieren voor de voedselbrok aangespannen
D
zijn de lengtespieren achter de voedselbrok aangespannen.

Slide 20 - Quiz

Wat is darmperistaltiek?
A
vertering van voedsel in darm
B
vertering
C
Samenknijpen van de darm
D
kramp in maag

Slide 21 - Quiz

Waar is darmperistaltiek?
A
Alleen in je slokdarm en dunne darm
B
Alleen in je slokdarm en maag
C
Alleen in je maag en dunne darm
D
Het begint in slokdarm en eindigt bij de anus

Slide 22 - Quiz

Wat is GEEN functie van darmperistaltiek?
A
voedsel kneden
B
voedsel mengen
C
voedsel voortduwen
D
voedsel afbreken

Slide 23 - Quiz

Schijf van Vijf
  • De schijf van vijf helpt om te zorgen dat je van alle voedingsstoffen genoeg binnen krijgt. 

  • In elk van de vijf vakken staat een groep voedingsmiddelen.
  • Hoe groter het vak, hoe meer je daaruit nodig hebt. 

  • Als je elke dag eet volgens de schijf van vijf, krijg je voldoende voedingsstoffen binnen.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

2

Slide 28 - Video

Aan de slag
Oefentoets thema 2: voeding en vertering
In Learnbeat ga je naar 2.4. voorbereiding op de toets
timer
15:00

Slide 29 - Slide

02:08
Zul je een kleursverandering zien bij de aardappel?
A
Ja, het wordt blauwzwart
B
Ja, het wordt geelbruin
C
Nee, geen verandering van kleur

Slide 30 - Quiz

02:10
Zal er een verandering van kleur zijn bij de cracker na het toevoegen van jodium?
A
Ja, het wordt blauwzwart
B
Ja, het wordt geelbruin
C
Nee, er is geen verandering van kleur

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide