3.1 Formules van stoffen

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Formules van stoffen

Paragraaf 3.1

Formules elementen

Elementen = niet-ontleedbare stoffen

Meeste elementen zijn één atoom

Zeven elementen komen voor als twee-atomige
moleculen.

Claire Fietst Naar Haar Oma In Brabant.

Van molecuulformule naar naam (1)

1. Noteer de namen van de symbolen

2. Noteer het Griekse telwoord van elke index voor de atoomsoort. (mono alleen bij tweede atoomsoort)

3. Zet de uitgang ide achter laatste atoomsoort

griekse telwoorden

Van molecuulformule naar naam (2)

De naam van het laatste element verandert een beetje (-ide):

- chloor => chloride

- zwavel => sulfide

- zuurstof => oxide 

Systematisch naamgeving

Stoffenlijst uitdelen

Deel 1+2: symbolen atomen

Deel 3: symbolen elementen

Deel 4: symbolen verbindingen (niet allemaal volgens systematische naamgeving)

Welke van de volgende stoffen bestaat altijd uit 2 atomen?

1. Fluor
2. fosfor
3. zink
4. kwik

Waarmee geef je aan dat er 5 van een aantal atomen in een molecuul aanwezig zijn?

1. Tetra
2. tri
3. di
4. Penta

Wat is de naam van:

1. fosforchloride
2. fosforpentachloor
3. fosforpentachloride
4. pentachloorfosforide

Wat is de naam van

SiBr​4​​(s)

1. siliciumbromide
2. siliciumtribromide
3. siliciumtetrabromide
4. siliciumpentabromide

Wat is de naam van

C​4​​H​10​​

1. Methaan
2. Ethaan
3. Propaan
4. Butaan