Basisstof 3, dieren, les 2

Donderdag 21 januari, 4de uur, h1a
1. Aanwezigheidscontrole (door de juf!) + HW noteren door jullie!
2. Uitleg §3.3 over dieren + controlevragen
3. HW-controle (opd. 1 t/m 3 van §3.3 over dieren) + bespreken
4. Zelfstandig aan het werk met het nieuwe huiswerk













HW voor dinsdag 26 januari, 5de uur:
 Lezen §3.3, blz. 183 t/m 187 + M. opd. 5 t/m 7 van §3.3 over dieren
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Donderdag 21 januari, 4de uur, h1a
1. Aanwezigheidscontrole (door de juf!) + HW noteren door jullie!
2. Uitleg §3.3 over dieren + controlevragen
3. HW-controle (opd. 1 t/m 3 van §3.3 over dieren) + bespreken
4. Zelfstandig aan het werk met het nieuwe huiswerk













HW voor dinsdag 26 januari, 5de uur:
 Lezen §3.3, blz. 183 t/m 187 + M. opd. 5 t/m 7 van §3.3 over dieren

Slide 1 - Slide

s
k
o
f
g
s
Organismen
Prokaryoten
Eukaryoten
1. Bacteriën
2. Schimmels
3. Planten
4. Dieren

Slide 2 - Slide

domeinen en rijken

Slide 3 - Slide

Vier rijken


Kenmerken van de rijken:

Slide 4 - Slide

§3.3 Dieren

Slide 5 - Slide

Leerdoelen:
  • Je leert dat dieren in te delen aan de hand van kenmerken van het skelet en symmetrie.
  • Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Het rijk van de dieren
Twee kenmerken voor indeling spelen een belangrijke rol, namelijk:
  • Symmetrie
  • Skelet

Tweezijdig
Veelzijdig
Niet
Uitwendig
Inwendig

Slide 8 - Slide

Symmetrie

Slide 9 - Slide

Skelet
           De stevige delen van een dier geven stevigheid en bescherming.
                                  

Inwendig skelet
Uitwendig skelet    Geen skelet

Slide 10 - Slide

Indeling van dieren
Dieren worden verdeeld in 34 stammen.
Zes voorbeelden zijn:
1. Sponsdieren
2. Neteldieren
3. Weekdieren
4. Stekelhuidigen
5. Geleedpotigen
6. Gewervelden

Slide 11 - Slide

1. Sponsdieren
  • Niet-symmetrisch
  • Uitwendig Skelet --> skelet van hoornvezels tussen de cellen
  • Leven meestal op de bodem van de zee

Slide 12 - Slide

2. Neteldieren
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Meestal geen skelet
  • Leven in het water
  • Vangen hun prooi met tentakels

Slide 13 - Slide

3. Weekdieren
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Uitwendig skelet --> meestal een schelp of huisje

Slide 14 - Slide

4. Stekelhuidigen
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Inwendig skelet van kalk
  • Huid is bedekt met stekels/knobbels
  • Leven op de bodem van de zee

Slide 15 - Slide

5. Geleedpotigen
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Uitwending skelet --> een pantser
  • Groei alleen mogelijk tijdens vervelling
  • Gelede poten (bestaan uit stukjes)
  • Lichaam bestaat uit segmenten
Duizendpoten                  Insecten
Kreeftachtigen            Spinachtigen

Slide 16 - Slide

Gewervelden
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Inwendig skelet --> wervelkolom

Slide 17 - Slide


Ga naar Lesson Up en wacht op de klascode.....


Maak de volgende zeven vragen:

Slide 18 - Slide


Dit voorwerp is
A
niet symmetrisch
B
tweezijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch

Slide 19 - Quiz

Welke symmetrie heeft dit dier?
A
Niet symmetrisch
B
Tweezijdig symmetrisch
C
Veelzijdig symmetrisch

Slide 20 - Quiz

De symmetrie van dit dier is?
A
tweezijdig
B
veelzijdig
C
eenzijdig
D
a-symmetrisch

Slide 21 - Quiz

Het skelet van dieren geeft stevigheid en bescherming. Het skelet kan inwendig of uitwendig zijn. Sommige dieren hebben helemaal geen skelet. 

Wat voor skelet hebben de dieren in de afbeeldingen hieronder? 
Sleep het juiste woord onder het plaatje.

kwal
zeester
muis
inwendig skelet
uitwendig skelet
geen skelet

Slide 22 - Drag question

Bij welke stam zijn de dieren niet symmetrisch?
A
Stekelhuidigen
B
Sponzen
C
Gewervelden
D
Weekdieren

Slide 23 - Quiz

Bij welke stam hoort de kokkel?
A
geleedpotigen
B
gewervelden
C
neteldieren
D
weekdieren

Slide 24 - Quiz

sponzen
gewervelden
geleedpotigen

Slide 25 - Drag question