begrijpend lezen les 1: tekstdoel, soort, vorm en soort publiek

Nederlands
Begrijpend lezen
Les 1:
VWO 1
 P2 2023-2024
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands
Begrijpend lezen
Les 1:
VWO 1
 P2 2023-2024

Slide 1 - Slide

Periode 2

Begrijpend lezen:    Toets 24 januari 2024
schrijven 1:                  Toets 6 maart 2024
Fictie presentaties:   pitch 20 maart 2024

Slide 2 - Slide

  • Tekstdoelen kunnen voorspellen
  • tekstsoorten kunnen koppelen aan tekstdoelen
  • publiek van een tekst kunnen aangeven
  • verschillende tekstvormen herkennen

Leerdoelen voor deze les

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Ga naar Lessonup app
voer de code in.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide


Welk tekstdoel werd er afgebeeld?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide


Welk tekstdoel werd er afgebeeld?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide


Welk tekstdoel werd er afgebeeld?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Video

Aan de slag!
Ga naar het boek Op Niveau Blok 1: Lezen (blz 42) en
maak slide 20 t/m 36

Slide 19 - Slide

Wat is het verschil tussen een informatieve tekst en een uiteenzettende tekst (tekstsoorten).

Slide 20 - Open question

Welke van de teksten 5 t/m 11 (blz 37 t/m 40) (of slide 21 t/ 27) deel je in bij de uiteenzettende teksten?
Leg je antwoord uit.

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Welke van de teksten 5 t/m 11 deel je in bij de informatieve tekstsoort?
Leg je antwoord uit.

Slide 29 - Open question

Welke van de teksten 5 t/m 11 is of zijn activerende teksten? Leg je antwoord uit.

Slide 30 - Open question

Wat is het verschil tussen overtuigende en opiniërende teksten?

Slide 31 - Open question

Welke van de teksten 5 t/m 11 deel je in bij de overtuigende tekstsoort?
Leg je antwoord uit.

Slide 32 - Open question

Welke van de teksten 5 t/m 11 deel je in bij de opiniërend tekstsoort?
Leg je antwoord uit.

Slide 33 - Open question

Je weet nu de tekstdoelen en tekstsoorten van de teksten 5 t/m 11. Welke tekstvormen
herken je in deze teksten? Gebruik hierbij de voorbeelden uit het schema van de theorie.

Slide 34 - Open question

Tekst 5 en 9 hebben dezelfde tekstvorm, maar niet hetzelfde tekstdoel. Kan dat?
Leg je antwoord kort en duidelijk uit.

Slide 35 - Open question

Bepaal het publiek voor elk van de teksten 5 t/m 11. Gebruik hierbij de drie soorten publiek uit de theorie en de bron van de tekst. De bron is het tijdschrift of de krant waar de tekst uit komt. Leg uit hoe je tot je keuze bent gekomen.

Slide 36 - Open question