M3 may/might/be allowed to

1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Goals
After this lesson you
 are able to differentiate between may, might
and to be allowed to

Slide 2 - Slide

May + verb
Mogen, zou kunnen
Mogen: ''toegestaan'', tegenwoordige tijd, formeel

You may go now.
Debbie is late, she may be ill.

Slide 3 - Slide

Might + verb
Zou misschien mogen (toegestaan, formeel)
Zou misschien kunnen

Might I ask the Minister a question?
There might be fully automatic cars soon.

Slide 4 - Slide

To be + allowed to + verb
Mogen (toegestaan, alle werkwoordtijden, wordt gebruikt i.p.v. may/can in alle andere tijden dan tegenwoordige tijd.

Thomas was allowed to leave early.
Everyone will be allowed to use a dictionary.

Slide 5 - Slide

To be allowed to
Might
May
Mogen (formeel)
Zou misschien kunnen
Zou misschien mogen
Mogen (alle werkwoordtijden)
Zou kunnen

Slide 6 - Drag question

Welk van deze woorden geeft aan dat iets meer waarschijnlijk is?
A
May
B
Might

Slide 7 - Quiz

Welk woord/welke woorden geeft/geven aan dat het iets met de wet te maken heeft?
A
To be allowed to
B
Might

Slide 8 - Quiz

He ... have to stay late again, but probably not.
A
may
B
might

Slide 9 - Quiz

In 2025 people ... vote again.
A
will be allowed to
B
are allowed to
C
might
D
may

Slide 10 - Quiz

I ... forget to call her. I have done that before.
A
may
B
might

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide